null Beeld

ColumnBert Keizer

Pas op, want nu volgt het einde van alles

Bert Keizer

Tegen beter weten in begon ik te lezen in Katie Macks boek The End of Everything (Astrophysically Speaking). Zij is astrofysicus met als specialisatie (of obsessie) de bestudering van de vraag hoe het verder gaat met het heelal. Een van de opvallendste aspecten van onze ideeën over de kosmos is dat we menen dat daar niet veel gebeurt. En als er al eens iets gebeurt dan is dat zo ver weg dat het ons nauwelijks raakt.

Mack trekt dit vloerkleedje schielijk onder al je meubilair vandaan met als gevolg dat de hele boel in de lucht komt te hangen. Ik begrijp niet veel van haar tekst. De meeste toestanden die fysici beschrijven, bestaan voor 80 procent uit wiskundige vergelijkingen die zich op astronomische afstand bevinden van de wereld zoals ik die begrijp.

Zo kan ik het niet helpen om aan het begin van het heelal te denken als een compacte bal ongeveer het formaat van, zeg eens wat, de maan? Nee, kleiner. Ik moet er wel omheen kunnen lopen. Deze bal bevindt zich in een ruimte en vliegt ineens in brand en dan wordt alle materie alle kanten op geslingerd en dat stolt dan totdat je sterren krijgt. En die sterren draaien allemaal om elkaar heen want ze trekken elkaar aan. En een van die sterren is onze zon waar wij omheen draaien.

Cosmic Microwave Background

Mack toont in haar boek aan dat dit de welhaast uitzinnig vervormde versie is van het werkelijke gebeuren. Er was geen compacte bal. Er was geen ruimte. Er was geen tijd. En het begon 14 miljard jaar geleden met ‘een ogenblikkelijke groei’. Fysici proberen zicht te krijgen op wat er gebeurde in de eerste biljoenste van een biljoenste seconde. Er is namelijk een echo aanwezig van die uitgangsklap in de vorm van de Cosmic Microwave Background, een signaal dat is blijven hangen. Door de eigenschappen daarvan te bestuderen kunnen we conclusies trekken over hoe materie er toen misschien uitzag. Er waren nog geen atomen bijvoorbeeld.

Voordat ze oversteekt naar het einde van alles werpt ze eerst, bijna in het voorbijgaan, een blik op wat ons hier staat te wachten, lang voordat de kosmos ermee ophoudt. Over ongeveer vijf miljard jaar zal de zon opzwellen tot wat astrofysici een rode reus noemen, een bekende fase in het leven van sterren. De zon wordt dan zo groot dat Mercurius en waarschijnlijk ook Venus zullen worden opgeslokt. De oppervlakte temperatuur op aarde zal dan zo’n 1500 graden zijn. Al ‘ons’ water zal verdampen en er blijft niets over behalve een verkoolde rots. Dat ‘verkoolde’ klinkt goed, maar alles wat kan verkolen is dan kooldioxyde geworden en er rest alleen gloeiend gesteente. Wij kennen geen enkele levensvorm die daar zou kunnen bestaan.

Misschien hebben we ons tegen die tijd zodanig omgevormd dat we daar best tegen kunnen. Of, andere mogelijkheid, misschien zijn we dan reeds lang verhuisd naar een planeet die een beetje op de onze lijkt. Maar dan zijn we echt nog niet uit de brand hoor. Pas op, hier raakt de astrofysica in haar element, want nu volgt het einde van alles.

Het hele feest kan opnieuw beginnen

Het gebeurt langs wegen die ik niet begrijp en dus ook niet kan navertellen. Ik geef u de Disneyversie. U weet dat verre sterrenstelsels zich met onwaarschijnlijke snelheden van ons verwijderen. Als alles in het heelal van elkaar blijft wegvliegen dan dooft uiteindelijk het licht en blijft er een donkere lege ruimte over met hier en daar een steenklomp die in een eindeloze leegte rond zweeft.

Het kan ook zijn dat de hele boel als de omhoog gegooide steen weer naar beneden komt zodat het allemaal eindigt in die compacte bal waaruit het vertrok. En dat bergt dan weer de mogelijkheid in zich dat het hele feest opnieuw begint. Er zijn optimisten die geloven dat we misschien iets van een erfenis zouden kunnen doorgeven aan ‘de mensen’ die in ‘het volgende heelal’ hun kans gaan krijgen. Dat lijkt me nou echt een Disney-mogelijkheid. En trouwens, wat zouden we doorgeven: ‘Kijk uit!’? Mack eindigt met de vraag of er iets nog zin heeft als ooit echt alles verloren zal gaan? Want wij zijn, vrees ik, niet langer geschreven in de palm van Zijn hand.

Bert Keizer is filosoof en arts bij het Expertisecentrum Euthanasie. Voor Trouw schrijft hij wekelijks een column over zorg, filosofie, en de raakvlakken daartussen.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden