ColumnBert Keizer
Het blijft een hachelijke zaak: nomadisch werkende huisartsen
Als u uitgetobd bent over stikstof, migratie en klimaat dan hebben we nog een zorgcrisis voor u. Hier een vignet, mij vorige week aangereikt door meneer F., 82 jaar oud en worstelend met prostaatkanker. Hij had pijn en ging naar de huisarts. Er was een nieuwe arts, of er waren een paar nieuwe, in zijn dorpspraktijk neergestreken. Bij wijze van openingszet deelde zij hem kittig mee: “U moet weten dat ik hier alleen op maandagen zit”. Waarop meneer F., veel bitser dan hij bedoelde, naar haar uitviel met de mededeling: “En u moet weten dat dit ons laatste gesprek is. Tot nooit meer ziens mevrouw”, en beende naar buiten. De pijn maakte hem narrig. Op dinsdag trof hij een andere, eveneens parttime werkende huisarts, “maar die zit er zowaar drie dagen”.
Jonge huisartsen werken tegenwoordig vaak nomadisch. Ze trekken rond van praktijk naar praktijk, doen veel waarneming en verdienen op die manier meer dan genoeg. Ik hoorde laatst van een jonge waarnemer die 300 euro per uur in rekening bracht voor haar onschatbare inbreng. In Medisch Contact van 2 maart legt Danka Stuijver (zelf waarnemend huisarts) uit waarom jonge huisartsen niet zelf een praktijk willen runnen. ‘Het kan worden opgevat als een vorm van staken … ze geven aan zich een onbetekenend radertje te voelen in een log, bureaucratisch, wantrouwend en conservatief systeem’. Ze weten wel dat ‘de vaste huisarts de kracht en kern vormt van het huisartsenvak, maar zij durven die persoon niet te zijn. Ze willen zich niet committeren als praktijkhouder uit angst te worden opgeslokt in een zorgsysteem van steeds meer eisen, regels en taken die bij de huisarts over de schutting worden gegooid.’
Slecht nieuws voor mijn generatie
En zo verdwijnt een van de belangrijkste aspecten van de relatie tussen een dokter en een ziek mens: continuïteit. Dat een jonge arts in alle rust beargumenteert waarom zij geen kwaliteit kan leveren, en ook niet zál gaan leveren, is behalve een gotspe ook nogal slecht nieuws voor mijn generatie. Het betekent dat je bij acute nood buiten kantooruren, bezocht wordt door een arts die jou nog nooit gezien heeft. En die zal je sneller naar een Spoedeisende Hulp sturen. De nomadisch werkende huisarts betekent het wegvallen van een filter dat voorkwam dat de verkeerde problemen op de Spoedeisende Hulp belandden.
Er is nog een oorzaak van te veel ouderen op de Spoedeisende Hulp: de sluiting van de verzorgingshuizen. Het gebeurde onder staatssecretaris Martin van Rijn, van de PvdA, die daarmee moeiteloos de mensen waar zijn partij iets voor zou moeten betekenen in de shit liet zakken. Het is met gemak de domste, schadelijkste en uiteindelijk duurste manoeuvre ooit bedacht binnen een Haags bureel. Opnieuw werd er een filter verwijderd tussen thuis en ziekenhuis, dit keer in de vorm van de verpleegkundige in het verzorgingshuis die in samenspraak met de huisarts onnodige ziekenhuisopnames kon voorkomen.
Het grijpt allemaal mooi in elkaar om de hoeveelheid ellende te vergroten. Door de sluiting van de verzorgingshuizen zijn ouderen er in de thuissituatie vaak veel beroerder aan toe dan voorheen. En ze worden buiten kantooruren bediend door huisartsen die deze mensen helemaal niet kennen.
Te weinig grijs haar
Vervolgens is er in het ziekenhuis na acht uur ’s avonds te weinig grijs haar aanwezig. Dat wil zeggen: te weinig oudere, ervaren artsen die niet meteen op diagnosejacht gaan. Artsen die de tijd durven nemen om misschien wel helemaal niets te doen. Ja, dat kost meer tijd dan de protocolmachine aan het draaien te zetten. Ik was zelf ooit een jonge arts en weet nog heel goed hoe ik mijn verlegenheid rond de vraag wat te doen wist te begraven onder een barrage van diagnostische fratsen.
We eindigen op een noot van hoop. Ook binnen geneeskunde is men zich bewust van deze misstanden en er zijn initiatieven rond de gebroken heup bijvoorbeeld, of bij kanker op hogere leeftijd, om medische interventies te doseren.
Daarnaast is het aan ouderen om zich te wapenen tegen de ellende waar je in kunt belanden met je oudere lijf door iets op te schrijven over wat je niet wilt dat er met je gebeurt. En iemand aan te wijzen die het voor je opneemt, zo mogelijk een van je kinderen.
Maar het blijft een hachelijke zaak: nomadisch werkende huisartsen en de gevolgen van hun zwervende bestaan.
Bert Keizer is filosoof en arts bij het Expertisecentrum Euthanasie. Voor Trouw schrijft hij wekelijks een column over zorg, filosofie, en de raakvlakken daartussen.