Klimaatverandering
Regen heeft Europa wel, maar het water wordt niet vastgehouden
Het voorjaar is net begonnen, maar in delen van Zuid-Europa zien we al een droogte die ‘normaal’ pas midden in de zomer optreedt. Wat is er aan de hand?
Bij droogte denk je al gauw aan een gebrek aan regen. Maar die open deur gaat dit jaar in Europa nauwelijks op. “De neerslag is naar het zuiden toe wat minder, maar niet enorm”, zegt Ryan Teuling van de Universiteit Wageningen. Hij houdt zich bezig met hydrologie en kwantitatief waterbeheer. Het water is er dus wel, maar het houdt de droogte niet tegen. Vier factoren spelen daarin een grote, en groeiende, rol.
Ook het noorden van Europa heeft er al mee te maken. “Dit zijn mechanismes die we de komende decennia vaker gaan tegenkomen”, denkt Teuling.
1. De verdamping gaat véél sneller
Hoe warmer de lucht, hoe makkelijker water uit de bodem verdampt. Maar die relatie gaat niet een-op-een, die stijgt exponentieel. Dus als het in het toch al warmere Spanje 1 graad warmer is dan gebruikelijk, leidt dat tot veel meer extra verdamping dan 1 graad extra warmte in Nederland doet. Zo’n uitvergroot effect doet zich nu voor in het zuiden van Europa. Het is in delen van Spanje al boven de 40 graden, en het aanwezige vocht in de grond verdampt in een tempo dat we eerder alleen in hoogzomer zagen.
2. Sneeuw wordt regen
De warmte van de lucht bepaalt de neerslag: wordt het regen of sneeuw? Dat heeft een omslagpunt, een stijging van -4 naar -3 graden Celsius maakt weinig uit, die levert in beide gevallen sneeuw op. Maar op een gegeven moment kan een kleine temperatuursverhoging ervoor zorgen dat er ineens helemaal geen sneeuw ligt. En sneeuw heeft een ongelooflijk belangrijke eigenschap: die blijft even liggen alvorens te smelten en komt daardoor dus ook later als water beschikbaar in lager gelegen gebieden. Bovendien weerkaatst sneeuw zonlicht, waarmee ze verdamping vertraagt. Winterse regen in plaats van sneeuw in de Spaanse siërra betekent dan ook dat het water al in de winter grotendeels door de rivieren is afgevoerd en bovendien extra snel is verdampt, met een droge lente als gevolg.
3. Een droge bodem koelt de lucht niet
Alles heeft invloed op elkaar, en dat zorgt voor de beruchte ‘terugkoppelingseffecten’ die maken dat klimaatverandering soms zo hard kan gaan. Als verdamping zorgt voor een drogere bodem, zal er dus steeds minder verdamping optreden, waardoor de lucht minder gekoeld kan worden. Wij zijn gewend dat de hete droge lucht van boven de Sahara door verdamping af begint te koelen zodra die boven Europa komt. Maar met een droge bodem gebeurt dat niet. “Die extreme temperaturen trekken steeds verder op naar het noorden”, legt Teuling uit. “Op gegeven moment trekken die ook de Pyreneeën over.”
4. Mensen worden afhankelijker van water
En dan is er nog de factor van het menselijk handelen. We raken gewend aan een bepaalde hoeveelheid beschikbaar water en richten ons leven daarnaar in. Teuling noemt als voorbeeld een dam. “Die zien we dan al gauw als een oplossing voor een watertekort. We gaan dat aanwezige water gebruiken en worden ervan afhankelijk. Vervolgens heb je dan niets meer over als er een echte droogte komt.”
Lees ook:
Het Spaanse voorjaar is al een zomer
Nu het voorjaar al zo heet is, vrezen autoriteiten dat er ernstige waterproblemen ontstaan.