Een collectie lenzen van Christiaan Huygens (portret op de achtergrond). Beeld Rijksmuseum Boerhaave, Leiden
Een collectie lenzen van Christiaan Huygens (portret op de achtergrond).Beeld Rijksmuseum Boerhaave, Leiden

Wetenschap

Geniale Christiaan Huygens had een bril nodig

De zeventiende-eeuwse wetenschapper Christiaan Huygens moet bijziend zijn geweest. Dat verklaart waardoor zijn telescopen niet zo scherp waren als had gekund.

Joep Engels

Hij was misschien wel de grootste Nederlandse wetenschapper ooit. Christiaan Huygens (1629-1695) leverde belangrijke bijdragen aan de wis- en natuurkunde, hij vond het slingeruurwerk uit, ontdekte de maan Titan van Saturnus en verklaarde waardoor deze planeet er door de telescoop zo vreemd uitzag. Saturnus had geen hengsels zoals bijvoorbeeld Galilei dacht. Dat was volgens Huygens een ring.

Samen met zijn broer Constantijn sleep hij zijn lenzen zelf en bouwde hij ook zijn eigen telescopen. Die lenzen waren van onberispelijke kwaliteit, maar de telescopen waren verre van optimaal. De verhoudingen tussen de sterkte van de lenzen en hun afstanden klopten niet helemaal. Dat lag niet aan zijn technisch of wiskundig inzicht, maar aan zijn ogen. Huygens was bijziend, schrijft de astrofysicus Alex Pietrow in het tijdschrift Notes and Records: the Royal Society Journal of the History of Science.

Hoewel Huygens zelf een theorie over de aard van het licht ontwikkeld had (die nog steeds van kracht is), was de kennis over lenzen en hun lichtbreking in de zeventiende eeuw nog beperkt. Er waren geen formules waarmee je de ideale afstand tussen het objectief en het oculair van een telescoop kon berekenen.

Uit Huygens’ geschriften blijkt dat hij uitging van een set lenzen waarvan hij wist wat de ideale afstand was. Vervolgens berekende hij hoe zijn gewenste, veel grotere telescoop eruit moest zien – die formules waren er wel.

Maar ja, schrijft Petrow. Als je ogen een lenscorrectie nodig hebben, kloppen die formules niet meer. Vervolgens leidt hij uit de imperfectie van de telescoop af hoe slecht Huygens gezien moet hebben. Hij kon niet goed meer veraf zien: wat een ander op zeven meter afstand scherp zag, kon Huygens pas op twee meter afstand lezen. Oftewel, Huygens was bijziend.

Portret Christiaan Huygens Bernard Vaillant (met door Alex Pietrow toegevoegde bril). Beeld Wikipedia
Portret Christiaan Huygens Bernard Vaillant (met door Alex Pietrow toegevoegde bril).Beeld Wikipedia

Hij had een bril nodig gehad met een sterkte van -1.5. Dat is niet veel. Volgens Pietrow was zo’n afwijking in de zeventiende eeuw niet problematisch. “Zelfs als Huygens zich bewust was van de tekortkomingen van zijn gezichtsvermogen, zou hij geen bril nodig hebben gehad. Ook bij het maken van telescopen speelde dit geen rol. Dus nam hij deze oogafwijking waarschijnlijk onbewust mee in zijn ontwerpen.”

Lees ook:

Met zijn bekende flair laat Vincent Icke zien dat wetenschap onzekerheid is, zoeken en gissen

Vincent Icke pakt de draad op die Christiaan Huygens drie eeuwen geleden spon, en schetst de ware aard van de wetenschap.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden