PortretSpanje
Juan Carlos’ mythe ligt in duigen. Zal de Spaanse kroon overleven?
De helft van de Spanjaarden wil af van het koningshuis, de andere helft is juist koningsgezind. Portret van twee families.
In Madrids chique wijken wappert aan menig gevel fier de officiële Spaanse vlag, de Rojigualda. Maar in de hoofdstedelijke arbeiderswijken hangt ook de republikeinse vlag nog regelmatig aan een balkon. Spanje is diep verdeeld over de vraag of het land wel beter af is met de huidige parlementaire monarchie of juist moet transformeren tot een republiek.
De tweespalt kreeg deze zomer een nieuwe injectie toen de ooit zo bewierookte oud-koning Juan Carlos I in zelfverkozen ballingschap in Abu Dhabi ging. Zijn aanwezigheid in Spanje was onhoudbaar geworden toen de vorst het middelpunt werd van een smeergeldaffaire. Uit justitieel onderzoek bleek dat Carlos I miljoenen aan smeergeld in eigen zak zou hebben gestoken in een zakendeal met Saoedi-Arabië. Dat bleek funest voor zijn toch al hevig wankelende imago.
De overlevering, van generatie op generatie, van de beleving van de democratische transitie, de dictatuur, en de Spaanse Burgeroorlog bepalen nog steeds voor een belangrijk deel de blik van voor- en tegenstanders op het koningshuis.
Koningsgezinden hopen nu vurig dat de huidige koning Felipe VI na het vertrek van zijn vader de Spaanse monarchie veilig zal stellen voor toekomstige generaties. Terwijl republikeins Spanje zich in de handen wrijft en voorzichtig weer durft te dromen van een Derde Spaanse Republiek.
Zijn opa zag hoe zijn vader en oom werden afgevoerd door de franquisten
Straatveger Javier Pérez Galindo (34) kan niet wachten: iedere 14de april trekt hij met een paar kameraden naar het stadhuis in zijn woonplaats Móstoles, een Madrileense voorstad. De herdenking van het uitroepen van de Tweede Republiek in Spanje wordt door hen aangegrepen om van het gemeentebestuur te eisen dat ook zij, net als in 1931, de rood-geel-paarse republikeinse banier hijsen, tot nu toe zonder succes.
Javier ziet zichzelf als de politieke erfgenaam van zijn grootouders, allen overtuigd republikeins: zijn overgrootvader van moederskant, Santiago, was de republikeinse burgemeester van het gehucht Torrecilla de la Jara in Castilië-La Mancha. Bij het uitbreken van de burgeroorlog in 1936 werd hij opgepakt en in de cel gegooid door Franco-gezinden die de macht overnamen. “Mijn oma vertelde hoe zij als klein meisje vast kwam te zitten als ze haar hoofd tussen de tralies van zijn cel stak”, vertelt Javier met een platte pet op tussen de armoedige roodbakstenen arbeidersflatjes van Móstoles. Zijn opa van vaderskant zag intussen als jonge jongen zijn eigen vader en diens broer afgevoerd worden door franquisten. Ze kwamen nooit meer terug.
Oma trok met Javier’s moeder Hortensia in de jaren vijftig naar Madrid. Nu Franco aan de macht was, werden zij in het dorp met de nek aangekeken vanwege het ‘rode verleden’ van haar man. Moeder en dochter werkten in de hoofdstad doordeweeks voor een steenrijke familie, omringd door luxe. Maar in het weekend wachtte hen een krot omringd door niet-geasfalteerde straten waar de stroom om de haverklap uitviel.
De rijke familie organiseerde recepties waar ook Juan Carlos kwam. Op een dag smulde hij zo van de bloedworst van Javier’s oma dat hij om nog een stuk vroeg. Maar omdat er niets meer op de schaal lag, serveerde ze hem toen maar een stuk worst dat ze in de vuilnisbak had zien liggen, vertelt Javier. Moeder Hortensia stribbelt tegen en houdt vol dat de tweede worst gewoon net uit de koelkast kwam, waardoor er een gestold vetrandje op zat.
‘Het ceremonieel. De uniformen. Dat ging over Spanje, mijn land’
Hoe anders kwam Sonsoles Queipo de Llano y Álvarez de Toledo (25) in aanraking met de koninklijke familie. In haar ouderlijk huis was de monarchie altijd onlosmakelijk verbonden met Spanje. Tot ver terug in de 19de eeuw was haar deels adellijke familie al generaties lang verknoopt met politiek, leger en de kroon, vertelt haar vader Juan, die zelf nog paardrijles gaf aan prinses Helena.
Als meisje trok Sonsoles met haar familie op de belangrijkste nationale feestdagen steevast naar koninklijke paleizen waar trouw werd gezworen aan de Spaanse vlag. Ook al gaat ze nu als gesjeesde twintiger – financieel adviseur en eigenaar van een bedrijf dat dronebeelden maakt van de paardensport – niet meer naar de plechtigheden, de herinneringen vervullen haar nog steeds met trots. “Ik vond dat prachtig. Het ceremonieel. De uniformen. Dat ging over Spanje, mijn land”, vertelt Sonsoles met een brede glimlach op een terrasje in Pozuelo de Alarcón, een van Madrids duurste buitenwijken vol ommuurde villa’s.
De achternaam Queipo de Llano doet overigens veel Spanjaarden sidderen, vanwege een beruchte gelijknamige franquistische generaal, maar hij is volgens Sonsoles geen directe familie.
Als tiener was vader Juan nog aanwezig bij de kroning van Juan Carlos, die na de dood van dictator Franco (1975) het nieuwe staatshoofd werd. “Dat was een moment van grote vreugde, de monarchie keerde eindelijk terug naar Spanje”, weet hij nog. Sonsoles en haar vader zijn Juan Carlos vooral dankbaar dat hij na de Franco-dictatuur als nieuw staatshoofd Spanje door de roerige transitiejaren stuurde. Dat de weg naar democratie met horten en stoten ging ondervond Sonsoles’ opa aan den lijve: de militair kwam in 1979 om bij een aanslag waarbij haar oma gewond raakte.
De val van koning Juan Carlos I
Republikein Javier vindt het echter onterecht dat Juan Carlos nog steeds als dé brenger van democratie wordt gezien. Want daarbij worden volgens hem voor het gemak de stakingen en demonstraties door linkse groepen in de transitiejaren vergeten. “Tijdens de transitie omarmde links opeens de monarchie”, vertelt Javier. Sommige republikeinen werden ‘juancarlistas’, aanhangers van de nieuwe koning, onder wie Spanje in democratisch vaarwater terechtkwam. Ook zijn moeder Hortensia vond de koning in die jaren een prima vent: “Hij bracht rust”, herinnert hij zich.
Geboren in 1985, groeide Javier naar eigen zeggen op met het beeld van Juan Carlos als een halve heilige. Dat begon pas echt te wankelen toen Spanje na 2008 in een economische crisis belandde. In diezelfde tijd werden de verhalen over corruptie en de vele vrouwen van de koning steeds hardnekkiger; toen er in 2012 te midden van economische rampspoed beelden opdoken van een luxe jachttrip van de koning in Botswana waren de rapen helemaal gaar. De koning abdiceerde twee jaar later.
Javier, die zich voor politiek was gaan interesseren en inmiddels meer over zijn familiegeschiedenis te weten was gekomen, was toen al lang en breed afgehaakt. Met schoolgenoten debatteerde hij in een kraakpand in Móstoles urenlang over politiek en de republiek.
Belangrijke rol als koninklijk uithangbord
De in 1995 geboren Sonsoles vindt dat Juan Carlos juist na de transitie een belangrijke rol heeft gespeeld. Bijvoorbeeld als representant van Spanje in het buitenland, waar hij een uithangbord was voor het Spaanse bedrijfsleven. De recente val van de vorst vindt ze pijnlijk, maar ook wel weer een consequentie van ‘een cultuur’ in Spanje die bol van de corruptie staat: “Macht corrumpeert. Uiteindelijk was hij een mens die fouten heeft gemaakt. Met alles wat hij voor Spanje heeft gedaan moeten mensen zelf de balans maar opmaken.”
Zijn zoon Felipe VI zal de monarchie goed doen, denkt Sonsoles: in een politiek sterk verdeeld- en territoriaal gefragmenteerd land als Spanje is het dan ook belangrijk dat er iemand boven de partijen staat. Een president zou direct om zijn ideologische afkomst bij een groot deel van de Spanjaarden in ongenade vallen, redeneert zij.
Maar is dat niet ook juist het probleem van Felipe? Een aanzienlijk deel van de niet-koningsgezinde Spanjaarden heeft niets met zijn autoriteit en separatisten kunnen zijn bloed wel drinken, zeker toen Felipe tijdens de onafhankelijkheidscrisis in Catalonië in 2017 hard naar hen uithaalde en daarmee een kant zou hebben gekozen.
Van monarchie naar republiek?
De staatsrechtelijke weg van een parlementaire monarchie naar een republiek is niet eenvoudig in Spanje. Allereerst is er een tweederde parlementsmeerderheid nodig om nieuwe verkiezingen uit te schrijven waarna een referendum kan worden gehouden om veranderingen aan te brengen in de grondwettelijke status van het koningshuis. In het Spaanse parlement is hier nauwelijks animo voor, al wil de activistisch linkse coalitiepartner Podemos het debat over de monarchie wel weer aanzwengelen. Hoewel peilingen uiteenlopen, lijkt ongeveer de helft van de 47 miljoen Spanjaarden voorstander van een republiek, terwijl de andere helft de monarchie verkiest. Een meerderheid wil hier best een referendum over houden; een aanzienlijk deel van de Spanjaarden wijst de recente uittocht van Juan Carlos af.
‘Links geïnspireerd’ onderwijs heeft er volgens Sonsoles voor gezorgd dat bij Spaanse jongeren een simplistisch beeld is ontstaan van de monarchie als ‘slecht en repressief’, terwijl de republiek ‘goed en democratisch’ zou zijn. “Wij leren op school niet om het van verschillende kanten te bekijken. Het is absurd dat wij onderworpen zouden zijn aan het koningshuis terwijl dat geen werkelijke politieke macht heeft. Kijk liever naar waar je voor gestemd hebt in het parlement”, zegt Sonsoles.
Zij ziet ook wel in dat een republiek democratischer is dan een (parlementaire) monarchie, al vindt Sonsoles dat de voordelen niet opwegen tegen de nadelen. En, zegt ze, de monarchie is zo duur nog niet in vergelijking met een nieuwe staatsinrichting. Javier ziet dat uiteraard anders. Zijn moeder Hortensia kan leven met zowel een republiek als een parlementaire monarchie. Zij kent de republiek eigenlijk ook alleen maar uit de verhalen van haar moeder. “De eerst keer dat Javier de republikeinse vlag tevoorschijn haalde moest hij mij vertellen wat dat was, ik wist het echt niet”, lacht ze.
Javier is teleurgesteld dat de linkse regering van premier Pedro Sánchez de monarchie niet formeel ter discussie wil stellen. Zijn eigen generatie redeneert veel te materialistisch en te weinig ideologisch, vindt hij: “Iedereen is bezig met zijn huis en inkomen. Het overkoepelende debat over onze staatsinrichting wordt niet echt gevoerd, terwijl dat toch alles met elkaar te maken heeft.”
Instagramaccount nieuw leven inblazen
Sonsoles vindt dat er in deze tijd van coronacrisis belangrijker zaken zijn dan het debat over de monarchie nieuw leven in te blazen. Helaas schitterde Felipe volgens haar juist de afgelopen crisismaanden door afwezigheid. Zijn tv-toespraak in het voorjaar om het land een hart onder de riem te steken is maar weinig Spanjaarden bijgebleven.
Wil de Spaanse kroon overleven, dan moet het koningshuis zichtbaarder worden en beter uitleggen wat zij doet, denkt Sonsoles: minder stijf en institutioneel communiceren, misschien het Instagramaccount nieuw leven inblazen? “Ouderen die de transitie hebben meegemaakt sterven uit. Jongeren denken nu dat het koningshuis alleen maar jachtpartijen organiseert en van paleis naar paleis reist. Zij willen wéten waarvoor ze betalen.” Als de koning dat doet, creëert hij draagvlak voor de toekomst van de monarchie, denkt Sonsoles, en zal Spanje niet snel in een republiek veranderen.
“Degenen die nu klagen over Juan Carlos moeten weten dat zij dat kunnen doen omdat hij de democratie bracht”, zegt vader Juan. “Als de pilaar van de monarchie wegvalt, wankelt Spanje. Het is één pakket waar de Spanjaarden tijdens de transitie voor hebben gekozen.”
Lees ook:
Zelfs de coronacrisis kan Spanje niet verenigen
De Spaanse regering probeert in de strijd tegen het coronavirus de regie te voeren over de autonome regio’s. Die scharen zich niet zonder slag of stoot achter Madrid.