Klimaatreferendum
Gaat Berlijn voor een versnelde transitie, of niet? De inwoners beslissen dat zondag
In Berlijn wordt zondag een referendum gehouden om de stad voor 2030 klimaatneutraal te maken, in plaats van in 2045 zoals nu gepland staat. In de politiek en in het bedrijfsleven wordt dat doel onhaalbaar genoemd, mede vanwege de enorme kosten. De meeste politieke partijen zijn daarom tegen, maar voorstanders lobbyen door.
Op een brug over het Landwehrkanal in Berlijn herinnert een team klimaatactivisten de burgers aan het klimaatreferendum dat zondag plaatsvindt. In de eerste lentezon lijken voorbijgangers bevattelijk voor het enthousiasme van het campagne-voerende viertal. Ze stoppen om de felle groen-rood-blauwe flyer aan te nemen, of spreken hun steun uit – één van hen heeft net zomaar een ijsje gekregen van een supporter.
Toch moet er nog veel gebeuren om van het referendum een succes te maken. Het slaagt pas als 25 procent van de stemgerechtigden in de stad ‘ja’ stemt. “Het belangrijkste is dus dat wij mensen naar de stembussen zien te krijgen”, vertelt activist Jessamine Davis.
Daarom staan verschillende teams met activisten iedere dag wel ergens in Berlijn op straat. “Ik heb berekend dat ik tot nu toe wel zo’n 20.000 mensen heb aangesproken”, lacht ze. Davis sloot zich in 2021 aan bij Klimaneustart Berlin, net in de tijd dat dit burgerinitiatief besloot om een wetswijziging via een referendum af te dwingen.
De klimaatactivisten willen dat de stad al in 2030 klimaatneutraal wordt en niet, zoals gepland, in 2045. Klimaatneutraal betekent dat de stad dan niet meer broeikasgassen mag produceren dan het kan reduceren. Het wetsvoorstel is in overleg met experts en advocaten opgesteld en maakt de klimaatplannen bindend.
Duur plan
Over het algemeen reageren Berlijners positief op het referendum, merken de activisten op de brug. De 25-jarige activist Liz Steinwandel sloot zich aan nadat ze zelf op straat was benaderd door iemand die campagne voerde. De student in ecologische duurzaamheid was al op jonge leeftijd met het klimaat bezig. “Ik vond het in die tijd frustrerend dat het anderen niet echt leek te interesseren”, zegt ze. Maar hier in Berlijn is dat nu anders. “Ik vind het geweldig dat wij met z’n allen een verschil kunnen maken. Het ligt binnen handbereik.”
Toch is er ook weerstand tegen het wetsvoorstel. Zo is het plan gigantisch duur. De activisten zelf schatten 113 miljard euro, sommige schattingen vallen hoger uit. In de politiek en bedrijfsleven wordt het plan dan ook ‘onhaalbaar’ genoemd. Behalve de Groenen, die recentelijk een draai maakten, zijn alle politieke partijen tegen het wetsvoorstel.
In ‘pech-hoofdstad Berlijn’ kunnen renovaties namelijk decennia duren, daarnaast kampt de stad met een tekort aan arbeidskrachten en een beperkt budget. Ook Felix Creutzig, natuurkundige en hoogleraar duurzaamheidseconomie van de Technische Universiteit in Berlijn, noemt het plan onrealistisch. “Mijn kritiek is dat dit doel extreem ambitieus is en erg moeilijk gerealiseerd kan worden”, zegt hij.
Het klimaatdoel dat de stad zich al eerder heeft gesteld lijkt hem voldoende: in 2030 70 procent minder uitstoot van broeikasgassen ten opzichte van 1990 en klimaatneutraal in 2045. “Je kunt het waarschijnlijk een paar jaar naar voren halen, maar dat lijkt me een redelijker doel.”
Energietransitie lijkt haalbaar
De wetswijziging van Klimaneustart moet de Berlijnse regering verplichten actie te ondernemen in drie sectoren: transport, energie en de gebouwen van de stad. Alleen over de haalbaarheid van de plannen voor de energietransitie maakt Creutzig zich geen zorgen. “Dat is namelijk goed georganiseerd door het ministerie van economie op federaal niveau”, zegt hij.
De stad kan op de ruime, omringende deelstaat Brandenburg leunen voor windenergie. “Daarnaast heeft Berlijn zelf een goede strategie op het gebied van zonnepanelen.” Volgens Creutzig zal het moeilijker zijn om gebouwen in Berlijn klimaatvriendelijk te maken. “Het renoveren van grote gebouwen als universiteiten duurt minstens een decennium”, zegt hij.
Ook zal de stad warmtepompen moeten bouwen om de verwarming van de gas-afhankelijke stad te organiseren. Daar is de benodigde financiering, planning en infrastructuur voor nodig. Maar het opzetten van zo’n project kost veel tijd, omdat het Berlijnse bestuur kampt met een tekort aan personeel, ingewikkelde bureaucratische processen en een gebrek aan digitalisering. “Als dat opgelost kan worden zou dit het proces met twee tot drie jaar kunnen versnellen.”
Politieke weerstand
Ook in de Verkehrswende, de verkeerstransitie, voorziet Creutzig problemen. “Dit is de enige sector waar de uitstoot van broeikasgassen zelfs toeneemt”, zegt hij. “Hier hebben we een radicaal beleid nodig. Het makkelijkste zou een verbod op auto’s met een verbrandingsmotor in de stad zijn, waardoor alleen nog elektrische auto’s mogen rijden.”
Maar zulk beleid gaat volledig in tegen standpunten van partijen als de CDU, die voor automobilisten opkomt en in februari bij de verkiezingen in Berlijn de grootste partij is geworden. En dat is volgens Creutzig uiteindelijk het onderliggende probleem. “Er is een brede consensus dat we de klimaatdoelen moeten halen”, zegt hij. “Maar als we het over specifieke instrumenten hebben, dat we A moeten doen om B te bereiken, dan stuit je op grote politieke weerstand.”
Claudia Kemfert, hoogleraar energie-economie, denkt juist dat het wetsvoorstel van Klimaneustart politieke struikelblokken weg zal nemen. “Onafhankelijk van welke partij aan de macht is, welke discussies en belangen er spelen, ze moeten het doen”, zegt Kemfert. “Want als dit referendum slaagt, dan staat dat vastgelegd in de wet. Dat is natuurlijk nooit een garantie in de politiek. Maar ze kunnen er in ieder geval niet meer omheen. De partijbelangen zijn niet meer het belangrijkste.”
Vastgelopen op ideologie
Ze noemt de verkeerstransitie als voorbeeld. Dat debat is vastgelopen op ideologie, “terwijl het heel zinvol is in een stad als Berlijn om de focus van de auto naar het openbaar vervoer te verleggen.” De stad heeft volgens haar veiligere en bredere fietspaden nodig. “Dat is niet moeilijk en ook niet duur”, zegt Kemfert. Er moeten geen nieuwe snelwegen worden gebouwd en het aanbod in elektrische deelauto’s moet toenemen. “Dat is allemaal haalbaar. Daarom moeten we nu druk op politici zetten.”
Kemfert denkt dat de wetswijziging meer duidelijkheid zal scheppen. “We hebben in Duitsland klimaatdoelen, maar we hebben niet vastgesteld wat dit voor iedere regio betekent, hoeveel emissies elke stad bijvoorbeeld kan uitstoten”, zegt Kemfert. Berlijn heeft zich, net als andere Duitse steden klimaatdoelen gesteld. “Maar het is te laat, te weinig en niet bindend genoeg”, zegt ze. “Er is een groot gebrek aan ambitie.”
Volgens de activisten van Klimaneustart heeft de stad dan ook een ambitieuze moonshot-mindset nodig, verwijzend naar de Amerikaanse maanlanding. Onder druk van de competitie met de Sovjet-Unie lukte het dat land in zeven jaar de Apollo 11 naar de maan te sturen, in plaats van de geplande tien jaar. Als het écht moet, dan zal veel meer mogelijk blijken dan eerder gedacht, zo redeneren de activisten.
Eén-op-ééngesprekken
En op straat veranderen mensen dagelijks van gedachten, merkt het viertal activisten op de Kreuzbergse brug. “Er zijn mensen die bepaalde angsten hebben, over de energiecrisis, of een verbod op auto’s”, zegt Davis. Eén-op-ééngesprekken helpen volgens haar enorm. “We maken duidelijk dat er geen klimaatrechtvaardigheid is zonder sociale rechtvaardigheid.”
“We willen duidelijk maken dat we hun geen auto’s ontnemen zonder het openbaar vervoer zo toegankelijk, comfortabel en bruikbaar te maken dat zij hun auto niet meer nodig hebben.”
Zulke gesprekken hebben meteen effect: “Eergisteren sprak een collega een kwartier met een oudere vrouw”, zegt ze. “Ze had al in haar agenda geschreven: vergeet zondag niet ‘nee’ te stemmen. Maar na het gesprek met mijn collega streepte ze ‘nee’ door en schreef ze ‘ja’ op.”
Ook hoogleraar Creutzig stemt, ondanks zijn bezwaren, zondag vóór het wetsvoorstel. “Een ‘nee’ impliceert dat mensen niet aan klimaatbescherming willen doen”, zegt hij. “Dan is het makkelijk voor politieke partijen om het allemaal maar van tafel te schuiven. Tegenstemmen is dus eigenlijk geen optie.”
Lees ook:
In Duitsland kopen klanten wél steeds vaker bio-producten
In tegenstelling tot Nederlanders kopen Duitsers vaker biologische producten. Maar om van de sector echt een succes te maken zal de Duitse politiek zich sterker in moet zetten voor de biologische voedselindustrie.