Een half jaar na het WK voetbal in Qatar worden gastarbeiders nog slechter behandeld. Trouw sprak een aantal van hen.
Op 3 januari 2023 valt het kwartje bij Francis Nanseera, Mark Mwesigwa en Joseph Mulondo. Als ze zelf niet in beweging komen wordt hun leven niet beter.
De drie Oegandezen zijn collega’s, vrienden, kamergenoten en gastarbeiders. Ze zijn straatarm. Ze delen al hun eten. Water drinken ze noodgedwongen uit gratis openbare kranen bij moskeeën. In hun knaloranje uniformen stappen ze van hun scooter om op de knieën met hun mond eronder te hangen. Soms moeten ze wachten tot de straatkatten klaar zijn, vertellen ze, maar hygiëne is niet het belangrijkst.
Al negen maanden krijgen ze geen salaris. Als maaltijdbezorgers (over)leven zij van fooi. Hun baas heeft hun pinpassen in bezit, blokkeert de toegang tot hun bankrekeningen en spendeert elke maand alle salarissen zelf. Dit zien ze via sms’jes en bankafschriften. Via detacheringsbureau Infinity in Doha bezorgen ze voor Talabat – een soort Arabische Thuisbezorgd met stervoetballer Cristiano Ronaldo als gezicht.
Er komt wel salaris binnen. “Een bedrag van 1800 riyal (460 euro, minimumloon) aan salaris is overgemaakt naar uw rekening”, staat er in sms’jes die ze krijgen. Maar in de dagen na de overboeking licht hun telefoonscherm op met nieuwe berichten: geld opgenomen, geld opgenomen, geld opgenomen. In augustus beklagen ze zich bij hun baas, die vervolgens geen salaris meer overmaakt.
Nanseera, Mwesigwa en Mulondo vestigen hun hoop op het WK voetbal en de beloftes van Fifa-president Gianni Infantino. Het toernooi zou voor verandering in Qatar zorgen. Die derde januari is salarisdag. Het WK is dan drie weken afgelopen. Maar het salaris komt niet.
Gastarbeiders stierven
De Fifa, het Qatarese organisatiecomité en ook de KNVB benadrukten tegen de kritische buitenwereld vaak de voordelen die het WK met zich meebrengt: duurzame verbetering op allerlei facetten in Qatar, zoals betere arbeidsomstandigheden.
Tienduizenden gastarbeiders uit straatarme landen bouwden tussen 2010 en 2022 immers WK-faciliteiten onder erbarmelijke omstandigheden. Naar schatting stierven daarbij honderden tot duizenden mensen als gevolg van werkongelukken, uitputting of andere fysieke ontberingen.
Moest Nederland het toernooi boycotten, was telkens de vraag. Het antwoord van het kabinet en voetbalbond KNVB bleef hetzelfde. Juist door deelname zou een ‘dialoog’ met Qatar mogelijk blijven en dat bood perspectief op verbetering voor gastarbeiders.
De situatie is nog erger
Na het WK is geen sprake van verbetering maar van een teruggekeerd angstklimaat. Bedrijven schenden opnieuw arbeidsrechten. Dat zeggen dertien gastarbeiders waarmee Trouw de afgelopen maanden via een videoverbinding sprak. Na het WK is hun salaris opnieuw verminderd. Werkdagen duren langer dan toegestaan, met nauwelijks of geen vrije dagen.
De situatie is na het WK erger, zeggen sommige gastarbeiders, omdat de schijnwerpers niet meer op Qatar staan. Klagen durven zij niet, wetende dat vrienden of collega’s na het toernooi naar huis gedeporteerd zijn. Namen van gastarbeiders die nu in Qatar zitten en de bedrijven waar zij werken, zijn in dit verhaal gefingeerd. De mannen vrezen voor represailles.
Mwesigwa, Nanseera en Mulondo durven wel vrijuit te spreken. Als er geen voetbalfan meer in de verlaten straten van Doha te vinden is, lopen zij een kantoor van het arbeidsministerie binnen om een klacht in te dienen.
Ze eisen 4000 euro aan achterstallig salaris en hun paspoorten. Die zijn ook ingenomen door hun baas. Ze willen naar huis mét hun geld. Iets na vieren lichten hun telefoonschermen weer op. Een klachtbevestiging. “Eisen: salaris, paspoort. Het ministerie neemt binnen vijf dagen contact op.” Het worden vijftien dagen.
Op 18 januari willen Nanseera, Mwesigwa en Mulondo om elf uur ‘s avonds net hun bed in stappen, als vier politiewagens hun straat inrijden. Ze stoppen voor het gebouw waar de vrienden verblijven. Ze controleren ID-kaarten van alle bewoners.
Ze komen voor ons, denkt Nanseera, vanwege de klacht. Als de agenten hun kamer binnenkomen, halen zij inderdaad boeien tevoorschijn. Later blijkt dat hun baas hen heeft aangegeven als weglopers. Een bekende truc in Qatar om lastige werknemers te lozen, want op weglopen staat deportatie.
Als de klok op het bureau middernacht slaat, vecht Nanseera tegen vermoeidheid en besluit te zitten. “Opstaan!”, schreeuwt een agent. Dat doet Nanseera snel, maar niet snel genoeg. Hij ziet een vuist op zich afkomen, die hem op zijn borst treft. En nog een. Zo hard, dat Nanseera half bewusteloos raakt. Een andere agent schrikt zo erg, dat hij de gang op rent om water te halen.
‘We werden als oud vuil gedumpt’
Als de mannen voor het hekje in de rechtszaal staan, na een week in een detentiecentrum, richt de rechter zich tot hen. “Wat willen jullie?”
“Naar huis”, zeggen zij. “Maar wel met ons salaris.”
“Ik zal jullie baas vragen of hij de pinpassen terug kan geven”, belooft een aanwezige ambtenaar. Die avond worden ze gedeporteerd naar Ethiopië. Ze krijgen een reisverbod naar Qatar gedurende zes jaar. Vanuit Ethiopië moeten ze de vlucht naar Oeganda zelf betalen.
De 4000 euro blijft in Qatar, bij hun baas. In de Oegandese hoofdstad Kampala leven zij de maanden daarna als werklozen. “We werden als oud vuil gedumpt”, zegt Nanseera via een videoverbinding. “Ook na het WK is het in Qatar een puinhoop.”
Een elektronische betaalsysteem, ontwikkeld in 2015, moest wanbetaling voorkomen. Werkgevers moesten daarmee binnen zeven dagen salaris overboeken. Veel bedrijven gebruiken het echter alleen om meldingen te versturen, zoals bij de Oegandese maaltijdbezorgers. De overheid stelt in augustus 2022 na nieuwe misstanden dat zij ‘de gaten geïdentificeerd hebben’, maar ook nu krijgen migranten dus nog nepberichten.
Migranten die deze krant sprak, kregen geen hulp van de autoriteiten. De politie verwees hen naar het ministerie van arbeid, en andersom. In Mwesigwa’s bevestigingsbericht van zijn klacht staat een link naar een anoniem meldpunt voor arbeidsrechtenschendingen van het ministerie. Op hun site staat ook een link naar een meldingsformulier voor misstanden op de werkvloer. Trouw vroeg migranten die links te testen, maar die blijken niet te werken.
77-urige werkweek
Jim, een loodgieter en tuinman uit Oeganda, test de links naar de meldingsformulieren. Bij hem doen ze het ook niet. Hij doet zijn verhaal om twaalf uur ‘s middags tijdens zijn middagpauze. De temperatuur kruipt richting dertig graden. De twintiger werkt bij een hotel in de woestijn buiten Doha, pal aan de Perzische golf. Een van de deelnemende teams verbleef hier tijdens het WK.
Ook Jim ondervindt dat de arbeidsomstandigheden na het WK zijn verslechterd. Zijn loon van 460 euro tijdens het WK valt in januari terug naar 354 euro.
Tussen 21 februari en 20 maart heeft hij geen dag vrij, blijkt uit een presentieformulier waarop zijn werkuren staan ingevuld. Die lijst is ondertekend door zijn baas. Jim werkt twaalf uur per dag, van zes uur ‘s ochtends tot vijf uur ‘s middags. Dat is twee uur langer dan toegestaan. Elke vrijdag, wettelijk een verplichte vrije dag in Qatar, moet hij vijf uur overwerken. Zijn werkweken duren 77 uur. Het wettelijk maximum is 48 uur.
Jim zwijgt, want zijn baas dreigt vaak met het uitdelen van speciale formulieren bij ‘slecht gedrag’. Op dat formulier, in handen van Trouw, staan hokjes als ‘salarisverhoging’ of ‘promotie’, en ‘weglopen’ en ‘beëindiging’. “Als je baas beëindiging aanvinkt, is het slecht nieuws”, zegt Jim. “Bij nummer drie sturen ze je weg.” Zo’n vinkje krijgen zij volgens Jim bij het geven van weerwoord of bij het drinken van alcohol. Elf van de dertien gastarbeiders die Trouw sprak, herkennen het formulier.
Het vakje ‘persoonlijke verzoeken’ wordt volgens Jim het vaakst aangevinkt. Dat wordt gebruikt bij salariskwesties of bij het wisselen van baan. In februari vroeg Jim vakantie aan voor begin mei. Toen hij niets hoorde, vulde Jim nog een keer een formulier in. Zijn werkgever weigerde. Hij moet tot september doorwerken. “Dan vul ik het formulier vandaag of morgen voor een derde keer in”, lacht Jim wat ongemakkelijk. “Wat moet ik anders doen?”
Trouw legde het formulier voor aan mensenrechtenorganisaties Equidem, Amnesty International, Human Rights Watch en Gulf Centre for Human Rights, dat zich richt op de Golfregio. Zij herkennen het formulier niet, maar Equidem weet van het bestaan af.
Als straf geen salaris
Ook een audio-opname van een Pakistaanse manager die werkt voor beveiligingsbedrijf Stark Security bevestigt dat deze formulieren de ronde doen. De manager leest voor. “Iedereen die vanaf nu één dag afwezig is, geven wij vijf dagen geen salaris. Als straf. Ze krijgen ook een waarschuwingsformulier. Na drie waarschuwingen zullen we je ‘termineren’.”
Maar Stark Security ging nog veel verder. Na het WK verscheurde het bedrijf contracten van beveiligers zonder hun salaris uit te betalen. Ze moesten ook zwijgcontracten tekenen. Uiteindelijk liet Stark 200 arbeiders arresteren en deporteren omdat zij hun salaris eisten, blijkt uit nieuw onderzoek van Equidem. Stark-beveiligers die klokken willen luiden worden op dit moment geïntimideerd, zegt Equidem-onderzoeker Jason Nemerovski.
Drie voormalig medewerkers van het bedrijf luisterden op verzoek van Trouw de tape. Twee van hen, de Keniaanse Andrew Maganga en de Pakistaanse Muhammad Tayeeb Khan, hebben Qatar inmiddels verlaten. De drie mannen identificeren de manager als hun voormalige opzichter. Khan en Maganga werden na het WK gearresteerd en gedeporteerd nadat ze een klacht indienden over hun werkomstandigheden. Beiden brachten een week door in een afgesloten slaapzaal in de gevangenis.
Trouw zag beelden van Khans arrestatie en de gevangenisruimte, volledig gevuld met stapelbedden en tientallen etende jonge mannen. Stark weigerde hen na het WK voedsel te geven en stopte ook de watertoevoer naar hun accommodatie, bevestigt Nemerovski. In de gevangenis zegt Khan een collega van zelfmoord te hebben gered. Drie collega’s zitten volgens hem nog altijd vast. “Niemand krijgt contact met hen”, zegt Khan in een geschreven brief over zijn ervaringen na het WK. “Wij eisen hun vrijlating van Qatar en de Fifa.”
In de hoteltuin houdt Jim zich gedeisd, anders dan Maganga en Khan. De Oegandees wil niet in de problemen komen tijdens het videobellen, praat zacht, kijkt schichtig om zich heen. Hij hoort voetstappen, maar een glimlach verschijnt. Zijn collega Paul komt in beeld. Op de achtergrond een vers gemaaid gazon omringd door geknipte heggen. Daarachter glinstert de kust van de Perzische Golf in het zonlicht.
Pauls glimlach verdwijnt bij de vraag hoe het gaat. “Weet u, meneer. Ons is meer salaris en baankansen beloofd na het WK. Dat is allemaal niet gebeurd.” Hij mijmert over een baan als chauffeur of elektricien. “Maar ik wil niet in de problemen komen.” Wisselen van baan is volgens hem niet mogelijk vanwege de vereiste NOC-verklaring.
Met die verklaring geeft een werkgever toestemming van baan te wisselen, maar die toestemming wordt zelden gegeven. De NOC-verklaring is een belangrijke pilaar van het kafala-systeem. Daarin staat dat gastarbeiders een Qatarees als ‘sponsor’ toebedeeld krijgen die over hun verblijfstatus beslist, en in feite hun eigenaar is. Dat werkt moderne slavernij in de hand, zeggen critici.
Qatar schafte die beruchte NOC-verklaring op papier twee jaar geleden af. Maar alle gastarbeiders met wie Trouw sprak zeggen dat werkgevers die nog steeds vragen. Op het actieformulier van Jim is ook het hokje ‘NOC’ te lezen.
Verantwoording
Voor dit verhaal staafde Trouw alle getuigenissen aan bankafschriften, klachtbevestigingen, werkroosters, presentielijsten, mails, video’s, foto’s en chatberichten met hun Qatarese werkgevers. Die bevestigden alle ervaringen van de gastarbeiders gesproken voor dit verhaal. Over het fysieke geweld op het politiebureau sprak Trouw eerst twee gastarbeiders die getuigen waren en zelf over het voorval begonnen. Het slachtoffer sprak de krant pas als laatste. Ook vier mensenrechtenorganisaties waarmee deze krant sprak, bevestigen de situatie in Qatar.
Valse beloftes van vakbonden
In Qatar gaat het niet alleen fout aan de kant van de werkgever. Ook de vakbonden komen hun beloftes die ze voor het WK deden, niet na. Neem Paul. Deze arbeidsmigrant wil zich graag ontwikkelen. Voor mensen zoals hij, besluiten de KNVB en vakbond FNV te investeren in scholingsprojecten en juridische bijstand. De FNV is lid van vakbondsfederatie Bwi, die al jaren in Qatar werkt, en heeft om die reden ingangen.
De projecten van de KNVB en de FNV worden bekostigd met veilingsopbrengsten van de gedragen wedstrijdshirts van het Nederlands elftal. Die leveren 380.000 euro op, meldt de KNVB een dag na de finale op 19 december.
Hoe dat geld besteed is, is tot op de dag van vandaag niet duidelijk. Op vragen van Trouw of de verslechterde situatie in Qatar na het WK een obstakel voor die besteding vormt, ontkent de KNVB op 8 maart. De voetbalbond verwijst naar een kamerbrief van 3 maart over ‘concrete verbeteringen van mensenrechten in Qatar’ van minister Hoekstra van buitenlandse zaken en minister Helder van volksgezondheid. Die schetst volgens de KNVB ‘een ander beeld’ dan Trouw.
Cijfers van na het WK ontbreken
Beide ministers citeren rapporten van de Internationale Arbeidsorganisatie (Ilo) die verbeteringen constateert, maar die rapporten dateren van 31 oktober 2022, twee weken vóór het WK. Ook wordt de Qatarese minister van arbeid aangehaald. Maar cijfers van na het WK ontbreken.
De betrouwbaarheid van de Ilo, een VN-waakhond, staat ter discussie. Qatar financiert de Ilo-missie in het land volledig, met 25 miljoen dollar. En cijfers die de organisatie gebruikt, komen met regelmaat van de Qatarese overheid.
Hoe dat kan? “Alleen de overheid kan administratieve gegevens verstrekken”, verklaart het hoofd van de Qatarese Ilo-missie Max Tuñón per mail. “Daarop doen wij onafhankelijk onderzoek. Het arbeidsministerie gaat voorop in de hervormingen, en heeft directe impact gehad op de levens van honderdduizenden gastarbeiders.”
Ilo-rapporten zijn lovender over verbeteringen na het WK dan rapporten van mensenrechtenorganisaties. Begin mei organiseert de Ilo in Doha een conferentie waarin het Qatar prijst. Het land zou voorop lopen in het beschermen van arbeiders tegen extreme hitte.
Het is twijfelachtig of die optimistische houding terecht is. Want twee dagen na de WK-finale kunnen gastarbeiders in nood geen hulp meer zoeken bij vakbondsfederaties. Het ministerie van arbeid verbreekt in alle stilte de samenwerking met twee van hen. Een van hen is Bwi, de partner van de KNVB en FNV die de veilingopbrengst moet besteden. Dat geld is mede daardoor nog steeds in Nederland, en vooralsnog niet geïnvesteerd in ontwikkelingsprojecten.
‘Mijn vrijheid is verdwenen’
William benadert de Ilo, via sociale media. “Ik heb hulp nodig”. De Oegandese schoonmaker werkt al een jaar illegaal in Qatar. Zijn baas weigert zijn identiteitskaart te verlengen. Het WK bracht geen verbetering, zoals hij had gehoopt.
Uit zijn presentielijst van april blijkt dat hij werkweken van 84 uur maakt. Dat is twaalf uur per dag, van acht uur ‘s ochtends tot acht uur ‘s avonds, zeven dagen per week. Hij krijgt twee vrije dagen per maand. Alle documenten zijn ondertekend door zijn baas. Hij noemt zijn situatie ‘traumatiserend’, maar William geeft niet op. “Ik moet mijn dromen vervullen, daarvoor verlaten wij onze landen. In Oeganda is het leven ook zwaar.”
Met zijn uurloon moet hij maandelijks 810 euro verdienen. Uit zijn bankafschriften blijkt dat hij in april maar 374 euro kreeg. “Wettelijk mag ik maximaal tien uur per dag werken met vier vrije dagen. Het is oneerlijk, maar ik kan niets doen.” Als hij klaagt bij de autoriteiten komt zijn verlopen identiteitskaart aan het licht.
William krijgt alleen ziekteverlof als het ernstig genoeg is voor een ziekenhuisbezoek, blijkt uit een appgesprek in januari 2023 dat Trouw inzag. “Goedemorgen. Ik heb de presentielijst gekregen. 15, 16 en 17 december was je absent”, schrijft een administratief medewerker van het bedrijf. William reageert direct. “Hallo goedemorgen. Ik was die dagen ziek.” Hij blijft in bed met hoge koorts. William denkt zelf van de hitte. Zijn collega reageert een minuut later. “Graag bijgevoegd een brief van het ziekenhuis of een medische factuur van die drie dagen.”
“Ik had geen geld voor het ziekenhuis, dus ik heb gewoon Panadol (paracetamol, red.) genomen”, legt William uit. “Geen acceptabele reden”, schrijft zijn collega.
“Dus je denkt dat ik lieg?” William klinkt fel. “Naar het ziekenhuis gaan voor een dokter kost me tien euro. Waar haal ik dat geld vandaan? Ik heb geen geld.” Een reactie blijft uit, een salariskorting van veertig euro niet.
In 2020 meldden mensenrechtenorganisaties Human Rights Watch en Justice for Wage Theft al soortgelijke misstanden bij dit schoonmaakbedrijf.
William houdt zich momenteel koest. “Een vriend van me is onlangs gedeporteerd toen hij klaagde over zijn baas. Ik ben ook bang voor deportatie. Mijn familie is van mij afhankelijk. De ene helft van mijn hart zegt over dit gesprek: je zou het niet moeten doen. De andere helft zegt: je moet delen wat hier gebeurt.”
Ook met de Ilo deelt hij zijn problemen. Trouw zag de correspondentie in. De Ilo vraagt William documenten te mailen. Hij stuurt screenshots van gesprekken en paspoortkopieën, ook van illegale collega’s. Maar de Ilo reageert niet meer.
Op 22 maart stuurt William een reminder. Hij staat op een ‘follow up-lijst’, schrijft de Ilo. Ze krijgen veel mails de laatste tijd. Volgens Ilo-hoofd Tuñón komen na het WK dagelijks ‘nieuwe casussen’ van migranten binnen.
Als William binnen tien dagen niets hoort, moet hij weer mailen. Bang om gepakt te worden, durft hij zich al een jaar enkel nog in taxi’s te verplaatsen. “Mijn vrijheid ben ik kwijt. Alleen dankzij Gods genade kom ik elke dag veilig thuis.”
Zijn onderkomen in Qatar blijkt allerminst veilig. Op een filmpje van 27 januari, als het zwaar regent, is gekletter op het dak te horen. Een straal water stroomt door het systeemplafond op het stapelbed. De rest van het plafond staat vol condensdruppels.
Als Williams kamergenoot een van de roosters omhoog duwt, stroomt nog meer regenwater op het al doorweekte stapelbed. Op de achtergrond klinkt gegrinnik. William zegt dat de omstandigheden zo zwaar zijn, dat ze van de wanhoop moeten lachen.
Als William de camera ronddraait tijdens het videobellen, blijken meer mensen in de groengeverfde bedrijfskantine te zitten. “Geen zorgen, zij mogen dit horen. Ze ervaren hetzelfde als ik.” Dan schrikt hij op. “De baas roept je”, zegt iemand. Daarop wisselt zijn blik een aantal keer onrustig tussen zijn collega en het telefoonscherm.
Vuistslagen
Maaltijdbezorger Nanseera heeft uiteindelijk vier weken last gehad van de vuistslagen op het politiebureau. Op 15 april begon hij met een nieuwe baan bij een wervingsbureau in Kampala, Oeganda. “Dat betekent ook dat ik de donkere tijd in Qatar kan afsluiten”, zegt hij glimlachend terwijl zijn dochtertje op de achterbank van de auto zwaait.
Zijn vriend Mwesigwa klampt in Kampala nog steeds iedereen aan op zoek naar werk. “In Oeganda kom je niet aan werk zonder connecties. Daarom verkocht ik mijn motor om naar Qatar te kunnen.” Mwesigwa woont bij zijn ouders, omdat hij niet voor zichzelf kan zorgen. “Ik voel me down, kon ik maar iets doen.” Hij vraagt of zijn vriend Trouw kan rondbrengen in Kampala. Ook Mulondo is nog werkloos.
William mailt begin april de Ilo opnieuw. “U beloofde na tien dagen te reageren.” De reactie: “We hebben nog geen update van het arbeidsministerie gehad. Daarna informeren we je.” William twijfelt of dat ooit gaat gebeuren.
De echte namen van de anonieme arbeiders zijn bekend bij de hoofdredactie.
Lees ook:
‘Gastarbeider’ in Qatar: ‘Ik dacht dat ik ging sterven’ De straatarme boer Gaziur Rahman (26) is een van de migranten die de stadions bouwden voor het WK voetbal in Qatar.