Boudewijn Smid  Beeld Sophie Eekman
Boudewijn SmidBeeld Sophie Eekman

BoekrecensieRoman

Vermakelijke klusroman van Boudewijn Smid had meer mogen ontregelen

Boudewijn Smid schreef een klusroman vol drama, maar het blijft allemaal aan de oppervlakte.

Gerwin van der Werf

Een bouwval, een verbouwing, tijdgebrek, het geld is op, de planning deugt niet, de werklui komen en gaan wanneer ze willen, de puberkinderen gooien de kont tegen de krib – alles staat onder druk. Huis Vrede Breuk van Boudewijn Smid volgt in deze roman, zijn derde, het scenario van televisieprogramma’s als Help mijn man is een klusser en De Grote Verbouwing.

Bij zo’n programma denk je ook dikwijls: mijn hemel, er komt wel iets te veel ellende tegelijk, waarna je er handenwrijvend nog eens voor gaat zitten. In Huis Vrede Breuk kan de lezer zich op dezelfde manier verkneukelen aan de perikelen rond de verbouwing van het huis van wannabe-schrijver Bob Beerhorst en zijn gezin. Alles is nog nét even erger dan in het ergste klusprogramma. Wat wil je nog meer?

Bob heeft zijn veilige maar duffe baantje als documentalist opgezegd om zich volledig te richten op het schrijven van zijn ‘grote darwinistische roman’, in een nieuwe omgeving: hij heeft een opknapper aan de rand van de stad gekocht. Dat alles fout gaat weten we op voorhand, want in de proloog lezen we al dat hij schrijft vanuit de gevangenis. Dat is dus episch misgegaan, het handenwrijven kan een aanvang nemen.

Een cast als in een filmkomedie

Boudewijn Smid laat de boel vakkundig escaleren en voert daarbij een cast op die je zo voor je ziet in een filmkomedie. Er is een filosofische huisarts die zijn patiënten veracht, een PVV-buurman met een verzameling sabels, een puberzoon from hell, een autistische dochter, een even trotse als ondoorgrondelijke Poolse aannemer en een gladde bouwbegeleider die meer oog heeft voor Bobs vrouw dan voor de verbouwing zelf.

Daar loopt de sukkelige Bob dus tussendoor. Hij drinkt te veel, schoffeert zijn kinderen met zogenaamd de beste bedoelingen, krijgt een psychopaat van een buurman op zijn dak, verwijdert zelf asbest en moet dealen met intimidaties van de buurtjeugd. Dat hij geen letter van die darwinistische roman op papier gaat krijgen zolang die verbouwing duurt, spreekt voor zich.

Soms lukt er wel eens iets, komt de vloer of de badkamer gereed of wordt de buurman weer even gepaaid, net als in de klusprogramma’s op televisie, maar het verhaal ontvouwt zich verder zoals je verwacht, iedere scène is stereotiep: ruzies met pubers, echtelijke gesprekken, gedoe met werklui en gezuip en geflikflooi op het Boekenbal.

Heel herkenbaar

Herkenbaar, dat is zo’n woord dat boven komt drijven bij het lezen van dit met vaart geschreven boek. Al die toestanden, heel herkenbaar. Dat kan heel leuk zijn, maar in literatuur verwacht je iets meer ontregeling. Bovendien ging ik me steeds meer afvragen: wie is die Bob Beerhorst nu eigenlijk en waarom zouden zijn problemen ons interesseren? Hij moppert over zijn ‘genenpakket’ en heeft nachtmerries over zijn vader, maar wat er precies met hem aan de hand is blijft onopgehelderd.

Drama zit er volop in dit boek, maar het blijft aan de oppervlakte. Bob heeft problemen ja, met zijn huis, zijn manuscript, de buurman, zijn zoon, zijn dochter, noem maar op, maar hij moddert onverstoorbaar door. Praktische problemen en levensvragen vallen van hem af als water van een verenkleed. Bob lijkt haarfijn aan te voelen dat hij weliswaar steeds op zijn bakkes gaat, maar nooit écht geraakt kan worden. Tja, de lezer vermaakt zich ondertussen wel, maar geraakt wordt hij evenmin.

null Beeld

Boudewijn Smid
Huis Vrede Breuk
Arbeiderspers; 288 blz. €22,99

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden