FramingHans de Bruijn
Sensitivity readers zijn geen taalslagers, maar ook geen gewone redacteuren
De uitgever van Roald Dahl wil bepaalde passages in zijn oeuvre veranderen. Daartoe zijn sensitivity readers ingezet. Dat woord roept veel verzet op.
Een gevoeligheidslezer is een redacteur die een tekst doorneemt vanuit het perspectief van een bepaalde groep. Dat kunnen transgenders zijn, mensen uit een bepaalde cultuur, mensen die een chronische ziekte hebben.
Hoe worden sensitivity readers geframed? Je kunt het raden: als taalpolitie, intolerante wokisten, ze censureren, halen de ziel uit een boek. Sensitief? Ze zijn slagers en slopers.
Hoe verdedigen sommige gevoeligheidslezers hun professie? We zijn gewone redacteuren, zeggen ze. Bij een historische roman leest een historicus mee. Bij een detectiveverhaal leest een rechercheur mee. En zo kan de sensitivity reader ook meelezen.
Respect en compassie
Wat is het bezwaar tegen die verdediging? Het is net niet waar. Historici en rechercheurs kijken of het verhaal authentiek genoeg is. Een sensitivity reader doet hetzelfde. Maar kijkt daarnaast of over de ander met respect en compassie wordt geschreven.
Wanneer je de sensitivity reader als een gewone redacteur beschrijft, kan dat overkomen als wegduiken voor de kritiek. Er is niks bijzonders aan je werk – en dus geen reden voor kritiek. Maar je werk is natuurlijk wel bijzonder in een diverse samenleving, waarin we zoveel anderen niet goed kennen. Je maakt auteurs gevoelig voor de ander en dus beter. En je bent geen slager, je doet suggesties. Auteurs mogen zelf weten wat ze daarmee doen.
Met een slimme term kun je de werkelijkheid niet alleen beschrijven, maar ook maken. Hans de Bruijn is bestuurskundige en debatspecialist. Wekelijks analyseert hij de sturende taal van beleidsmakers.