SchrijversinterviewIa Genberg
Ia Genberg schreef een boek over liefde in de jaren negentig: ‘Je moet de veranderlijkheid van relaties zien te verdragen’
Lange tijd werd Ia Genberg in Zweden gezien als een miskende schrijver maar met haar veelbekroonde nieuwe roman De Details brak ze door. Een boek over relaties die verdwenen, en toch blijven. ‘Gevoelens waaien over, iemand kan sterven. Zo is het nu eenmaal.’
Schrijver Ia Genberg stelt voor om af te spreken in de Theaterbar op de tweede verdieping van Kulturhuset, het Stockholmse Cultuurhuis. Het ruimtelijke café met glazen pui kijkt uit over de koopgoot Sergel Torg. Tussen de mondaine maar eentonig geklede Stockholmers – Scandinavische merkkleding in uitsluitend zwart, grijs en beige, perfecte maquillage, strakke kapsels – valt Genberg met haar bescheiden verschijning uit de toon.
Ze is zo onpretentieus en opsmukloos als maar zijn kan op wandelschoenen, in haar kloffie, en met een rafelige rugzak om een schouder. “Doe maar wat jij neemt”, antwoordt ze schouderophalend, als ik vraag of ik koffie, fris, wijn, bier of iets anders voor haar kan bestellen.
Tijdgeest, het weekendmagazine van Trouw, bespreekt iedere week romans, geschiedenisboeken, kinderliteratuur en nog veel meer. U leest onze boekrecensies hier.
We treffen elkaar voor een gesprek over De details, Genbergs laatste roman, de eerste roman van haar die nu ook in het Nederlands verschijnt. Genberg, van oorsprong journalist, debuteerde elf jaar geleden in Zweden als romancier met Söta Fredag (Zoete Vrijdag).
Lange tijd werd ze gezien als een lichtelijk miskende schrijver; geroemd door literatuurcritici, maar onbekend bij het grote publiek. Vorig jaar schreef een Zweedse cultuurrecensent dat ‘ik in alle eerlijkheid niet begrijp waarom Ia Genberg niet bekender is. Naar een fantasievoller, eigenzinniger en stilistisch scherper auteur kun je lang zoeken.’
Ia Genberg (1967) is van oorsprong journalist, debuteerde elf jaar geleden in Zweden als romancier met Söta Fredag (Zoete Vrijdag). Haar laatste roman De details won in Zweden de prestigieuze Augustprijs. Het is de eerste roman van haar die ook in het Nederlands verschijnt. Vriendschap is een belangrijk thema in haar werk. Genberg is getrouwd en heeft drie kinderen.
Het verschijnen van De details lijkt nu een kantelpunt. Genbergs vierde roman won vorig jaar de gerenommeerde Zweedse literatuurprijs Augustpriset en wordt in tientallen talen uitgegeven. In Nederland verschijnt het boek deze maand bij de Bezige Bij in vertaling van Janny Middelbeek-Oortgiesen.
Genberg blijft er gelijkmoedig onder. “Het boek leeft nu zíjn leven. Ik wil tevreden kunnen zijn met het resultaat, maar als het eenmaal is uitgebracht moet het op eigen benen verder. Mijns inziens is de weg van zo’n werk geheel willekeurig. Ik oefen er in ieder geval geen enkele controle op uit.”
Een staat waarin grenzen vervaagden
De details begint zoals het schrijfproces begon, tijdens de eerste golf van de coronapandemie. Genberg verkeerde drie weken in een koortsachtige toestand, een staat waarin grenzen vervaagden, en ze naar eigen zeggen “als niet gek, toch minstens nogal mistig was”.
Toen ze moe werd van het staren naar slechte actiefilms trok ze een willekeurig boek uit de kast. Het was Paul Austers New York-trilogie, en op het schutblad ontdekte ze een lang vergeten opdracht. In De details – dat geen memoir is, maar wel autobiografische elementen bevat – is dat vertaald naar:
29 mei 1996
Snel weer beter worden.
Bij Fyra Knop hebben ze Franse crêpes en cider.
Ik kijk ernaar uit om daar weer met jou heen te gaan.
Kusjes (het liefst op jouw lippen),
Johanna
“Ik daalde neer in de herinnering aan de persoon die me dit gegeven had, de buitenwijk waarin we woonden, het appartement, het leven dat we deelden. De herinnering was niet direct nieuw, maar ik herinnerde me haar op een nieuwe manier, zoals je ergens in het voorbijgaan een bekende geur kan ruiken en naar een zomer uit je kindertijd wordt vervoerd.
“Ik ging aan mijn bureau zitten en begon te schrijven. In die koortsachtige flow raakte ik een speciale, sentimentele toon die me beviel. Aan die toon heb ik proberen vast te houden. Dat lukte me alleen door elke dag de hele tekst te herschrijven alsof ik gaandeweg het manuscript aan het stemmen was. Het was een slopend proces. Ten slotte had ik 150 bladzijden. Dat moest maar genoeg zijn, want ik trok het niet langer.”
‘We leven zoveel levens binnen in ons leven, kleinere levens met mensen die komen en gaan, vrienden die verdwijnen, kinderen die opgroeien, en ik begrijp nooit welk van mijn levens nou eigenlijk het kader vormt’ zo opent het laatste hoofdstuk in De details. Deze zin vat het wezen van de roman, die is opgebouwd uit vier portretten van personages die in en uit het leven wandelen van het vijfde personage: de verteller.
Genberg beschrijft een bestaan, niet in de grove streken van chronologie en mijlpalen, maar in de details van de relaties die ons maken tot wie we zijn. Ieder hoofdstuk is een schildering van een relatie – een liefdesrelatie, een vriendschap, een familieband – uit het leven van de ik-persoon. De verteller is degene die al die portretten aan elkaar verbindt, maar de lezer leert haar alleen via de anderen kennen.
De ik-persoon ordent haar leven aan de hand van verschillende mensen die, ondanks dat de relaties eindig zijn, haar blijvend hebben gevormd.
“Ja, alle vier portretten eindigen in een breuk tussen de verteller en de geportretteerde. Of ze verdwijnen, of ze gaan dood. Wat was eigenlijk de vraag?”
Ziet u het leven zo, is het leven de som van onze intermenselijke relaties? En sterven we ook elke keer een beetje bij iedere stukgelopen relatie?
“Integendeel, die ontmoetingen zitten blijvend in ons systeem, zelfs al zijn ze van voorbijgaande aard. We draaien een tijdje om elkaar heen en gaan dan weer ieder ons weegs, maar we dragen elkaar voortdurend met ons mee. We worden gevormd door de dingen die gebeuren en de plaatsen waarheen we ons begeven, maar toch het meest, denk ik, door de mensen die een poosje met ons oplopen.”
Alle vier relaties in De details zijn tijdelijk – zoals alles welbeschouwd tijdelijk is. Toch hebben de personages lief alsof de band tot in de eeuwigheid voortduurt. ‘Het lag in de aard der zaak dat het voorbij zou gaan, een beetje zoals een jaargetijde’, voorspelt de verteller over haar kortstondige maar hevige affaire met Alejandro.
‘Naarmate de tijd verstreek’, zegt de verteller in het hoofdstuk over vriendin Johanna, ‘verveelvoudigden onze gemeenschappelijke referenties en belevenissen, totdat onze levens er uiteindelijk tot aan de rand toe mee waren gevuld. Zij was mijn hoofdpersoon. Mijn leven bestond uit Johanna, de gesprekken die we voerden, de plek op aarde die we deelden.’ En: ‘We installeerden ons in elkaar zoals alleen mensen doen die zeker zijn van een lang leven samen, alsof er een garantie was afgegeven dat niets ons zou scheiden vóór de dood.’
Is dat de tragiek van relaties? Dat onze verbintenis met anderen het belangrijkste is dat we hebben, maar dat die anderen ons ook makkelijk ontglippen? Dat je iemand niet in een doosje kan stoppen en bewaren?
“Volgens mij is dat juist goed, althans, als je onder die voorwaarden een band durft aan te knopen. In de vluchtigheid zit potentiële nabijheid. Het maakt dat je de ander niet als te vanzelfsprekend gaat beschouwen.”
De verteller gaat met mensen in zee van wie ze vooraf al weet dat het gaat eindigen in pijn. Herkenbaar, en tegelijkertijd denk je: wat doen we onszelf toch aan?
“De ik-persoon hóudt van die mensen. Ze maakt de inschatting: het is de eindigheid toch waard. Relaties zijn immers nooit voor eeuwig en het leven valt niet veilig te spelen. Wanneer gebeurt er dan iets leuks of onverwachts? De vier mensen in het boek zijn allemaal bewerkelijke, gecompliceerde types. Maar dat maakt ze ook aantrekkelijk.”
Ik denk weleens: de enige manier om iemand voor altijd aan je te binden is door kinderen te krijgen.
“Daar zit iets in, een biologische band is de enige niet-vrijwillige relatie. Tot een kind of ouder heb je je te verhouden, of je nu wil of niet. Heb je kinderen? Want die band kan ook onvoorspelbaar zijn, hoor. Je moet de veranderlijkheid van relaties zien te verdragen. Gevoelens waaien over, iemand kan sterven. Zo is het nu eenmaal.”
Het boek speelt in de jaren negentig, in aanloop naar en rond de millenniumwisseling. De ik-persoon is jongvolwassen en snakt naar waarachtige ervaringen en rendezvous. Ze heeft verschillende baantjes, studeert, stopt met studeren, schrijft, leest, stookt wijn, brengt avonden met vrienden door op Stockholmse daken. Ze ontmoet, zoekt, vindt en verliest.
Klinkt er nostalgie door naar de jaren negentig?
“Ik geloof niet dat ik nostalgisch ben, maar ik snap dat je het zo kan lezen. Vanuit een literaire optiek vind ik het een spannende periode. In die tijd was ik zelf jongvolwassen, het was het decennium voor ik kinderen kreeg. Ik was naar buiten gekeerd, ontmoette veel mensen, probeerde veel dingen. De tijd was modern maar nog niet zo digitaal. Een relatie was: iemand in de ogen kijken en praten.”
Dat is een belangrijk thema in ‘De details’: kwijt kunnen zijn, in het pre-digitale tijdperk.
“Ja, in die jaren kon je iemand nog gewoon uit het oog verliezen, bijvoorbeeld tijdens het uitgaan. Dan moest je fysiek op zoek. Keer op keer langs iemands huis, en dan staan kloppen. Iemand kon ook naar India reizen en dan wist je dat er een kans was dat je diegene nooit meer zou zien.
Wellicht kwamen ze niet terug, of ze kwamen wel maar kregen een ander adres en telefoonnummer. Dan stond je, jaren later, te grasduinen in stapels telefoonboeken in de hoop die ene naam te vinden. In dat opzicht was die tijd interessanter, dynamischer dan vandaag. Maar dat betekent niet dat het toen beter was of dat ik terug wil.”
Verlangt u wel naar de mogelijkheid om te verdwijnen?
“Misschien, een beetje, maar ik heb kinderen, en ik wil niet dat zij kunnen verdwijnen. Het is dus dubbel. Hoe dan ook: echt verdwijnen gaat tegenwoordig toch niet meer.”
Genberg kijkt bedenkelijk, alsof ze probeert uit te kienen hoe ze, eventueel, toch op een dag in rook op zou kunnen gaan.
“Je bankpas moet in ieder geval weg. Maar hoe overleef je zonder? Waarschijnlijk ben je min of meer gedwongen crimineel te worden.”
Ia Genberg
De details
Uit het Zweeds vertaald door Janny Middelbeek-Oortgiesen
De Bezige Bij; 160 blz. € 21,99