Het mijn- en industriecomplex Zeche Zollverein in Essen, sinds 2001 op de werelderfgoedlijst van Unesco.

Beeldboek

Foto’s van een filmische schoonheid, waar ooit de industriële revolutie begon

Het mijn- en industriecomplex Zeche Zollverein in Essen, sinds 2001 op de werelderfgoedlijst van Unesco.Beeld HJ Hunter

Vervallen fabrieken en huizen, kapotte wegen: fotograaf HJ Hunter legde in een prachtig fotoboek een rauw, postindustrieel landschap vast.

Wybo Algra

Een grauwe, industriële woestenij. Dat is de indruk die bij de jonge Henk de Jager bleef hangen van het landschap aan het begin van de vakantie, meteen voorbij de Belgische grens richting Luik, op weg naar de Ardennen. Die grenspaal was voor zijn moeder het sein om de raampjes dicht te draaien – en dat zegt wat, als je beseft dat die niet voor niets openstonden: zijn vader was kettingroker, ook achter het stuur.

Henk is nu bijna 60 en werkt onder de naam HJ Hunter als fotograaf. Nog helemaal niet zo lang; na zijn studie literatuur verhuisde hij naar Maastricht, zijn eerste baan was bij pensioenuitvoerder ABP in Heerlen. Pas de laatste tien jaar noemt hij zich echt fotograaf, en Once upon a time is zijn eerste boek. Hij werkte er sinds 2015 aan.

Straatbeeld in Seraing, België. Beeld HJ Hunter
Straatbeeld in Seraing, België.Beeld HJ Hunter

Dat boek begon met losse foto’s, als het ware in de achtertuin van zijn woonplaats. Dat groeide gaandeweg uit tot een samenhangend project op – ontdekte hij gaandeweg – de geboortegrond van de industriële revolutie op het Europese vasteland: de streek van steenkool en staal in Nederlands en Belgisch Limburg, Noordrijn-Westfalen en Wallonië, waar rond de mijnbouw een zware industrie opbloeide.

Met de mijnsluitingen sinds de jaren zeventig van de vorige eeuw, onder het motto ‘van zwart naar groen’, begon de economische neergang. In Nederland is de boel sindsdien netjes opgeruimd, van het mijnverleden is weinig meer te zien. In Duitsland en Vlaanderen werden de restanten vaak gepromoveerd tot aantrekkelijk cultureel erfgoed, met een mix van jonge, startende bedrijven, musea, theaters. Maar Wallonië, waar HJ Hunter de meeste foto’s nam, is een ander verhaal. Het is een rauw, postindustrieel landschap: vervallen fabrieken en huizen, kapotte wegen.

Op deze parkeerstrook bij het industrieterrein Keulen-Eifeltor wachten prostituees in tien tot vijftien caravans op hun klanten. De ruimte tussen twee caravans is precies groot genoeg voor het parkeren van een personenauto. Beeld HJ Hunter
Op deze parkeerstrook bij het industrieterrein Keulen-Eifeltor wachten prostituees in tien tot vijftien caravans op hun klanten. De ruimte tussen twee caravans is precies groot genoeg voor het parkeren van een personenauto.Beeld HJ Hunter

De band die de fotograaf gaandeweg ging voelen met deze desolate omgeving, en vooral ook de bewoners, spat van de pagina’s met landschappen, interieurs en portretten. “Met sommige van deze mensen heb ik jaren contact gehad”, vertelt hij. “Ze hebben geen enkele neiging zich mooier voor te doen dan ze zijn. In het contact met hun ervaar ik zoveel hartelijkheid en warmte.” De landschappen zijn soms naargeestig, soms van een filmische schoonheid, soms absurdistisch.

Woning in Charleroi. Beeld HJ Hunter
Woning in Charleroi.Beeld HJ Hunter

Ook hier in Wallonië wordt gesloopt en gerenoveerd, ook hier krijgen fabrieksgebouwen nieuwe bestemmingen. Sommige foto’s uit 2016 en 2017 zou hij nu niet meer kunnen maken. Maar het gaat langzaam.

Zie ook www.hjhunter.photography.

null Beeld

HJ Hunter
Once upon a time
Lecturis; 176 blz. € 45

Lees ook:
Esch-sur-Alzette: van mijnstad tot Culturele Hoofdstad van Europa
Reisjournalist Sander Groen ging kijken in de voormalige mijnstad in het zuiden van Luxemburg en geeft vijf tips.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden