BoekrecensiePlakboek
Een feest voor W.F. Hermans-fans, een nieuwsgierig makende introductie voor nieuwkomers
Het universum van Willem Frederik Hermans, dat de speelse kant van de schrijver wil belichten, is de weerslag van onbezorgd grasduinen in het archief.
Willem Frederik Hermans: misschien is hij toch wel onze grootste schrijver. Hij is in ieder geval groter dan één enkel jubileumjaar, want Hermansjaar 2022 werd weliswaar afgesloten door koning Willem-Alexander met het in ontvangst nemen van het laatste deel van zijn Volledige werken, maar in 2023 verschenen al twee belangwekkende nieuwe boeken over Hermans. Begin dit jaar kwam Salomon Kroonenberg met De aarde volgens W.F. Hermans, waarbij zijn werk als geoloog centraal staat, en nu is er Het universum van Willem Frederik Hermans, een reusachtig plakboek vol nooit eerder getoonde brieven, foto’s en trivia, samengesteld en van commentaar voorzien door door Max Pam, Hans Renders en Piet Schreuders.
Wereld, universum, tja, Hermans lijkt toch de enige schrijver uit ons taalgebied bij wie zulke grote woorden niet dood neervallen, of een flauw ironisch sausje worden. Zijn oeuvre is meer dan dat van welke schrijver dan ook iets uit één stuk, een onwrikbaar universum in zichzelf, een steenharde wereld vol chaos waarin de schrijver meedogenloos regeert. WFH kent bovendien oprechte bewonderaars voor wie het maken van zo’n boek een heilige zaak is. In het geval van Pam, Renders en Schreuder is dat ook een vrolijke zaak. ‘De speelse kant’ van Hermans willen zij belichten in dit boek, zo staat het in het voorwoord. ‘Die hield hem dag en nacht wakker om van alles en nog wat te verzinnen dat hij vervolgens tot uiting bracht in brieven, collages, foto’s.’
De samenstellers van Het universum van Willem Frederik Hermans kregen toegang tot het enorme privé-archief van de schrijver, en hadden daarom tienduizenden documenten tot hun beschikking voor dit boek.
De speelse kant van WFH? Het maakt beslist nieuwsgierig. Hij staat eerder bekend als grillig, verongelijkt, messcherp en onverzoenlijk. In sommige interviews komt de schrijver ineens geestig en vrolijk uit de hoek, dat is waar. Ontregelend is hij in alle gevallen. Maar speels?
De schijn van strenge volledigheid
Pam, Renders en Schreuder kozen voor een chronologische aanpak, ieder jaar in het leven van Hermans is een hoofdstuk, en ieder hoofdstuk behandelt een ander onderwerp. Die gaan van zijn eerste verhaal in de schoolkrant van het Barlaeus tot zijn voortleven als straatnaam, en van al zijn katten tot zijn schrijfmachines. Die structuur geeft een beetje de schijn van strenge volledigheid, maar in wezen is dit een weerslag van onbezorgd grasduinen in het archief, achteraf losjes gestructureerd rond die onderwerpen.
De speelse kant van WFH, als die er dan inderdaad is, komt in het boek vooral tot uiting in zijn levendig geformuleerde brieven en briefjes. Op de eeuwige vraag – van een scholier nota bene – of Dorbeck uit De donkere kamer van Damokles nu echt bestaat of toch een hallucinatie van de hoofpersoon Osewoudt is, schrijft Hermans: ‘Ja hoor, ik bestond. Dorbeck’ (Let op die verleden tijd).
Speels kun je ook de merkwaardige fotocollages noemen die hij begin jaren zestig maakte – zijn fascinatie was hooguit bekend van het in eigen beheer uitgegeven Mandarijnen op zwavelzuur. Aan de fotografie van Hermans werd onlangs een grote tentoonstelling gewijd, maar het meeste fotomateriaal in dit boek is nooit eerder openbaar gemaakt. Nieuwe feiten over het leven van de schrijver tref je niet zo snel aan, maar op sommige van die feiten wordt wel nét een ander licht geworpen door die geweldige rijkdom aan bronnen.
Heftige affaire
Neem de heftige affaire met Truusje Comes. We wisten uit de biografie van Willem Otterspeer dat Hermans in de oorlogsjaren verliefd was op de charmante ‘Truche’, die hij op een tekencursus ontmoette en maandenlang het hof maakte, hoewel ze was verloofd. Dat Willem dat jaar aan niets anders dacht dan aan Truche wordt ineens zichtbaar als je in zijn agenda van 1943 kunt kijken: álle aantekeningen in de agenda gaan over ‘T’.Een foto uit die agenda maakt het voelbaar en ontroerend.
Van Hermans’ fascinatie voor schrijfmachines weten we ook wel het een en ander, maar om Hermans zo’n apparaat te zien repareren, of op die dingen getypte briefjes van hem te lezen, dat voegt wel degelijk iets toe. Meestal hoeven de samenstellers dan ook weinig meer te doen dan de bronnen te laten spreken, ze beperken zich wijselijk tot een inleiding en enige context, en dat is prima. Soms kiezen ze ineens wél voor langere toelichtingen, zoals bij het hoofdstuk over drugsgebruik waar de toon wat te jolig wordt, of bij de ‘ruzie’ met Gerard Reve over de stinkende wasbakken op de logeerkamers van WFH.
De samenstellers geven in het voorwoord aan ook een nieuw, jonger publiek voor WFH te willen aanboren, misschien moesten er daarom ‘sappige’ verhalen in. Maar sappig zijn vooral die brieven, foto’s en knipsels – door het drietal samenstellers met zoveel plezier en precisie opgediend dat dit ‘plakboek’ een feest is voor WFH-fans en voor wie hem niet of nauwelijks kent een introductie die nieuwsgierig maakt naar zijn werk.
Max Pam, Hans Renders en Piet Schreuders (samenstellers)
Het universum van Willem Frederik Hermans
De Harmonie; 452 blz. €49,50