Door hun eigen winkel komen Roxanne Filius en Ramon Kwaak aan sparen niet toe. ‘Het is altijd schuiven met geld’

Roxanne Filius (36) en Ramon Kwaak (43) runnen samen de winkel Roxy’s Deli in Zaandam. In de spaarzame vrije tijd die ze hebben gaan ze graag kamperen.

Trokken onlangs de beurs voor

Roxanne Filius: “Een opblaastent. Hij is heel groot.”

Ramon Kwaak: “Het is een nieuwe tent van zo’n 6,5 meter bij 3,5 meter. Hij kostte 1900 euro.”

Filius: “We vinden kamperen heel leuk, we komen dan echt een beetje tot rust als gezin.”

Kwaak: “Mijn ouders hebben een soort vouwwagen, maar het is steeds zoveel werk om het ding op te zetten.”

Filius: “En door de winkel kunnen we meestal maar een paar dagen op vakantie. Vorig jaar stonden we op een camping. Er kwam een gezin later aan dan wij, zij hadden een opblaastent en: poef, hij stond. Zij zaten al voor de tent terwijl wij nog de auto aan het uitladen waren.”

Kwaak: Dat was het moment dat we dachten; dit moet anders, dit kan sneller.”

Sparen voor

Filius: “Lukt eigenlijk niet. We proberen het wel, maar we moeten het dan toch vaak weer terugstorten naar de winkel. Het is bij ons altijd schuiven met geld.”

Kwaak: “Vier jaar geleden zijn we begonnen met Roxy’s Deli. We liepen een keer samen in een delicatessenwinkel, we keken elkaar aan en zeiden: ‘Verrek, dit is wat we moeten doen.’”

Filius: “Jarenlang werkten we allebei in de horeca. Een delicatessenwinkel heeft alles wat we leuk vinden aan de horeca: we kunnen bezig zijn met eten, drinken, wijn, broodjes maken en kaas, maar we hoeven niet in de avonden en nachten te werken.”

Kwaak: “Het heeft daarna nog wel zes jaar geduurd voor we echt zo ver waren. Met hulp van familie en een crowdfunding konden we starten. We hebben de afgelopen jaren veel geluk gehad met giften van onze ouders. Zo hadden we een nieuwe auto nodig, en met hulp van is dat gelukt.”

Filius: “Het dak van de schuur is kapot, dat is een grote uitgave die we nu niet kunnen betalen. Ik vind wel dat dit in de toekomst anders moet. Je moet wel kunnen sparen om onderhoud aan je huis te kunnen doen.”

Beknibbelen op

Roxanne: “We geven niet veel om nieuwe spullen en kleding. Omdat het geld er niet is, maar ook zeker uit duurzaamheidsoverwegingen. Onze kinderen dragen vaak tweedehands kleding. In de winkel lopen we vijf dagen in de week in onze werkkleding. We ruiken anders thuis ook naar noten en kaas. Bijkomend voordeel is dat we zelf nauwelijks nieuwe kleding nodig hebben.”

Kwaak: “Als we de omzet die we nu per week draaien vorig jaar hadden gehad, waren we heel blij geweest. Maar met de gestegen prijzen is het nu net genoeg. Klanten hebben minder te besteden en wij verkopen luxe producten, dat is vaak het eerste waar op wordt bezuinigd. En wij snappen dat.”

Genieten van

Kwaak: “Lekker eten en drinken. Duurzaamheid speelt voor ons hierbij ook een belangrijke rol: we letten goed op waar ons eten vandaan komt.”

Filius: “Helaas zijn de kinderen alleen gek op mango. Maar dat is uiteindelijk misschien nog altijd beter dan een stukje vlees.”

Werken over vijf jaar

Kwaak: “Nog steeds voor Roxy’s. Ik wil graag een tweede winkel openen in de Zaanstreek. Maar ik weet dat Rox dat niet wil.”

Filius: “Ik wil geen tweede zaak. Het komende jaar wil ik meer áán de winkel werken dan in de winkel. Hard werken heb ik nooit vervelend gevonden, mijn hoofd stopt alleen niet. Ik heb veel ideeën, maar er is altijd te weinig tijd voor de uitvoering, zeker met twee jonge kinderen.”