Goed gemaaktSalad Sunrise
Altijd link, een designgrapje, maar in de olie- en azijnkaraf van Arnout Visser werkt het
Naar de azijn- en olieschenker Salad Sunrise kun je vol verwondering blijven kijken.
Olie en water mengen niet. Hoe hard je ook schudt of roert, de bellen van de lichtere olie zullen altijd naar het wateroppervlak drijven. De Arnhemse glasontwerper Arnout Visser (1962) nam dit principe als uitgangspunt voor zijn Salad Sunrise XL, een olie- en azijnkaraf die kinderlijke verwondering oproept.
In een langgerekte karaf wordt zowel olijfolie als azijn gegoten waarop zich, geheel volgens de zwaartekrachtwetten van Newton, een dikke laag olie vormt op de zwaardere azijn. Aan beide kanten van de karaf zit een schenktuit, een lage om de azijn te schenken, een hoge voor de olie.
Humor en ontwerp zijn bijna als olie en water, vaak gaan ze niet goed samen. Een grap is nu eenmaal maar één keer leuk, meestal. Maar in dit geval werkt het, het blijft een sensatie om te zien hoe de olie en azijn zich scheiden en dat je ze bij elkaar in één schenkkan kunt doen.
Iets alledaags als poëtisch gespreksonderwerp
Vissers punchline is de naam die hij voor de karaf bedacht: Salad Sunrise XL. De goudgele olie die als een zonnige gloed boven de donkere azijn hangt. Een alledaags tafelobject is opeens een poëtisch gespreksonderwerp.
Daarnaast is de schenkkaraf van Visser ook een doordacht ontwerp. Stevigheid krijgt de karaf door de brede voet. De stop aan de bovenkant voorkomt morsen. Doordat de karaf van glas is, kun je zien hoeveel je schenkt en hoeveel er nog over is. De tuit voor azijn loopt met een lange krul omhoog, zodat je alleen je hand van links naar rechts hoeft te kantelen om van olie naar azijn te wisselen.
Er zullen beslist handigere schenkkannen zijn, maar de omslachtige, bijna rituele manier van schenken maakt je bewust van de kleur en structuur van olie en azijn, dat dunner is en dus sneller vloeit.
Al dertig jaar een bestseller
Arnout Visser ontwierp de karaf in 1990 en ze is opgenomen in de collectie van Droog, het designcollectief dat in die jaren negentig naam maakte met kasten van sloophout of een stoel van oude vodden. Design dat geen design wil zijn, dat maakte Droog, en het veroverde de wereld. Vanaf 2 mei t/m 27 augustus is een aantal highlights uit de dertigjarige historie van het collectief te zien op de expositie @Droog30 in het Nieuwe Instituut in Rotterdam.
Droog bestaat alleen nog als webshop en er zijn maar weinig Droog-producten die echt goed lopen. Ze zijn te duur om te maken of ze zijn te onhandig in gebruik, en meestal zelfs allebei. Het is design dat je meer in musea ziet dan in woonhuizen.
Behalve dan die Salad Sunrise, die al meer dan dertig jaar goed wordt verkocht. Een beter bewijs dat een grap geslaagd is – en tijdloos bovendien – bestaat niet.