Eredivisie
Verdwaald Portugees ‘wonderkind’ leeft op bij PSV dat Twente van zich afschudt: 3-1
Vooral dankzij de Portugese huurling Silva en uitblinker Simons blijft PSV in de titelrace: 3-1 winst op het zwakke FC Twente.
Boven het Philips Stadion hing voor de aftrap de onuitgesproken dreiging dat deze koude zondag voor PSV zomaar eens een fatale dag kon worden in de strijd om de landstitel, terwijl het pas februari is. Als PSV niet zou winnen van nummer vijf FC Twente, dat in Enschede eerder dit seizoen met 2-1 te sterk was, zou de marge met Feyenoord opgelopen zijn tot acht of negen punten.
Zo ver kwam het niet, met dank aan het zwakke FC Twente. Dat is na de winterstop langzaam het spoor bijster geraakt. De ploeg die begin januari nog koploper kon worden, staat nu een straatlengte achter op Feyenoord. Sinds Ron Jans zijn vertrek aankondigde, werd met 2-0 van Go Ahead Eagles verloren en met 3-1 van PSV. In twee weken tijd liep het aantal tegentreffers voor doelman Lars Unnerstall dit seizoen op van dertien naar achttien. Dromen over een tweede Twentse kampioenschap gingen in Eindhoven definitief in rook op.
PSV wendde op zijn beurt het onheilsscenario af omdat het aanvallend dit keer genoeg variatie had. Zo werd de bittere pil van donderdag - Europese uitschakeling tegen Sevilla - weggespoeld. Xavi Simons kon tegen Twente zijn team wel aan de hand nemen. Dat had alles te maken met de ingrepen die trainer Ruud van Nistelrooij had gedaan. Hij had Fábio Daniel Soares Silva voor het eerst een basisplaats gegund, als linkerspits. Simons stond daardoor op de plek waar hij hoort: op ‘10’.
Silva houdt wel van druk
Silva (20) werd een paar jaar geleden net zo’n grote toekomst voorspeld als Simons nu. Op zijn zeventiende werd hij tot ‘wonderkind’ gebombardeerd en voor het bizarre bedrag van veertig miljoen euro door FC Porto verkocht aan Wolverhampton Wanderers. Dat werd geen succes, in Engeland. “Voor jonge spelers worden die bedragen tegenwoordig nu eenmaal betaald, veertig, zestig, zeventig miljoen. Maar als voetballer moet je daar niet teveel aan denken. Dat heb ik geprobeerd te doen. Ik kwam in de beste competitie van de wereld terecht. Dat geeft druk, maar ik hou daar wel van”, zei Silva zondag.
Na twee mislukte seizoenen in de Premier League, met vier goals, ging hij afgelopen zomer op huurbasis naar Anderlecht. In België kon hij ondanks zeven treffers ook niet echt overtuigen. PSV waagde in de winterstop niettemin het gokje en besloot hem voor een half jaar te huren, omdat het na het vertrek van Cody Gakpo met weinig geld op zoek was naar wat extra scorend vermogen.
Na drie invalbeurten in de competitie stond Silva zondag voor het eerst aan de aftrap. Dat had hij mede verdiend door zijn invalbeurt donderdagavond tegen Sevilla toen hij in een half uur een assist en een doelpunt op zijn naam zette. Met de al weken falende Guus Til op de bank, Silva op de linkerflank naast centrumspits Luuk de Jong, en Simons als aanvallende middenvelder had PSV aanvallend meer armslag dan de afgelopen weken.
Kwetsbare achterste linie
Vanuit het hart van de ploeg laat Simons PSV beter voetballen, bleek ook tegen Twente. In de negende minuut vond hij Johan Bakayoko op rechts. Heel even leek PSV zich kort na rust in de vingers te snijden toen doelman Walter Benitez - bepaald geen puntenpakker - zich totaal verkeerd op een halve voorzet van Misidjan (1-1).
PSV leek te wankelen, maar het bleef verdedigend dit keer wel overeind. Van Nistelrooij had ook in die kwetsbare achterste linie ingegrepen en twee zelfopgeleide spelers (Obispo en Teze) naar de bank verwezen. Voordat Simons voor PSV de bevrijdende 3-1 maakte, had De Jong de thuisploeg weer op voorsprong gebracht. Daarmee bereikte de 32-jarige spits een mijlpaal: het was zijn honderdste eredivisiegoal voor PSV, waarmee hij mede-topscorer in de competitie werd.
Silva kwam naar PSV vanwege Van Nistelrooij, de voormalige topspits, maar zei nu ook veel te leren van De Jong. “We praten veel met elkaar. Het meeste leer ik van Luuk in de trainingen. Voor mij is het een plezier om met hem te werken”, zei de jonge Portugees die onder het gezang ‘Fábiooo Fábioooo’ in de slotfase werd gewisseld.
