Ronde van Vlaanderen
Twintig jaar Ronde van Vlaanderen voor vrouwen: van kritiek op dikke konten naar een groots volksfeest bij de Hoogmis
Twintig jaar na de eerste Ronde van Vlaanderen voor vrouwen staan de rensters in bijna alles op gelijke voet met de mannelijke collega’s. ‘De sportsters hebben een eigen fanschare opgebouwd.’
Toen Lotte Kopecky vorig jaar na haar winst in de Ronde van Vlaanderen op het erepodium verscheen, barstte in finishplaats Oudenaarde spontaan een volksfeest los. Honderden fans zongen haar toe, de Belgische winnares van de belangrijkste koers in eigen land. Anna van der Breggen, Kopeckys ploegleidster, verbaast zich er een jaar later nog over. “Ik keek daar naar en dacht echt: wow, dit is groots. Dit is uniek.”
De Ronde van Vlaanderen voor vrouwen is jarig: zondag vindt de twintigste editie plaats. Op de Waalse Pijl na maakt geen enkele andere wedstrijd langer deel uit van het wereldbeker- of World-Tour-circuit. Het maakt van de Ronde veel meer dan alleen een wedstrijd: het is een tijdlijn van de ontwikkeling van het wielrennen bij vrouwen, van voorprogramma naar het hoofdpodium, met de huldiging van Kopecky vooralsnog als belangrijkste voorbeeld daarvan.
Geen campers met een omkleedstoeltje voor de deur
“De geschiedenis van de Ronde laat zien hoe het hele fietsen is veranderd”, zegt Van der Breggen, die negen keer Vlaanderens mooiste reed en in 2018 zou winnen na een solo over de Kruisberg, Oude Kwaremont en Paterberg. “Ga maar na. Het niveau van de rensters is gegroeid, het aantal goede rensters is toegenomen, de salarissen zijn omhoog gegaan en een campertje met een omkleedstoeltje voor de deur is veranderd in een teambus.”
Hoe anders was dat in de begindagen van de Ronde, in een tijd waarin grote klassiekers zeldzaam waren. Christel Herremans, tegenwoordig manager bij het vrouwenteam van het Amerikaanse EF Education, was nauw betrokken bij de eerste Ronde van Vlaanderen. Als oud-renster wilde ze zich inzetten voor haar sport en uiteindelijk vond ze gehoor bij de top van het ministerie voor sport. “Rensters hadden toen nog niet echt een stem”, aldus Herremans. “Het was vooral druk vanuit het ministerie en vanuit enkele ploegen. We wilden de pers mee krijgen. Hoe kon het dat de mannen wel een koers hadden en de vrouwen niet?”
De Ronde kwam er uiteindelijk in 2004. De koers, 98 kilometer lang, werd gedragen door enthousiasme over de mannen – zeker in België was het de tijd van Johan Museeuw en Tom Boonen. De laatste 55 kilometer ging over het parcours voor mannen. Herremans: “Er waren altijd tegenstanders in die tijd. Critici vonden dat er geen prestaties waren, dat het om ‘dikke konten’ ging en niet om afgetrainde lijven, terwijl het wel om belastinggeld ging. Er moest iets tegenover staan en dat was een wedstrijd op het hoogste niveau.”
Herremans: “Omdat het de naam ‘Ronde van Vlaanderen’ kreeg, was het meteen al groter dan elke andere rit in de buurt.” Uiteindelijk reden 62 vrouwen uit. Leontien Van Moorsel, die uiteindelijk derde werd: “Het was ook voor ons vrouwen een wow-moment: dit is een monument in de sport.”
Kippenvel
Van Moorsel voelt nog het kippenvel van het moment dat ze de Muur van Geraardsbergen opreed. “Omdat ik helemaal kapot zat, maar ook omdat er zo veel mensen juichten. Het was toen niet gebruikelijk dat wij het voorprogramma van de mannen waren. Dit was het moment waar ik altijd voor heb gepleit: om de vrouwen en de mannen op dezelfde dag te laten rijden.”
Nu, twintig jaar later, heeft Van Moorsel alleen maar respect voor de Vlaamse organisatoren het toch maar voor elkaar kregen jaar na jaar de vrouwenkoers te laten doorgaan. “Ik zie bij mijn werk als koersdirecteur bij de Amstel Gold Race hoe moeilijk dat is. Zeker als ze ook nog willen vernieuwen en een voortrekkersrol willen spelen.”
Het mooie van de Ronde is dat de wedstrijd er al zo lang is, zegt Marianne Vos. Ze is al jaren groot pleitbezorger voor haar sport. “De Tour de France van afgelopen jaar heeft voor een ommekeer gezorgd in onze sport. Ik weet niet of de Ronde dat heeft gedaan, maar in ieder geval is het jaar in jaar uit belangrijk geweest voor de ontwikkeling van het wielrennen.”
Aangesproken worden in de supermarkt
Als renster heb je ontwikkeling nooit zo door, zegt Vos, winnares van de Ronde in 2013. “De wedstrijd is nu eenmaal zoals die op dat moment is. Maar voor mij was de Ronde vanaf het begin al een monument. Daardoor is het altijd een wedstrijd geweest die aandacht genereert, wat echt niet altijd zo was. Je wordt er op aangesproken in de supermarkt. Dat gebeurde zelden.”
Toch was er lang weinig aandacht, zegt Van der Breggen. “We hadden echt tijden dat niemand wist wat je had gedaan. Het publiek dat we standaard hadden, was niet groot. Ik weet nog dat ik in 2018 met Niki Terpstra als winnaars op de foto mocht. Dat was voor mij echt wel een moment. Het was een overgang naar de band met een breed publiek.”
Een belangrijk ijkpunt in de Ronde-ontwikkeling was de discussie over televisiebeelden. In 2016 kwamen er live-flitsen van de vrouwenkoers tijdens de uitzending van de mannenwedstrijd. Een jaar later was het nieuws dat een televisiepresentator het hele parcours ging fietsen met een camera erbij, maar dat de vrouwen niet in beeld kwamen. Ook waren er beelden van toeristen die de Koppenberg beklommen. Herremans kan er nog steeds geïrriteerd om worden. Hoe kon het dat amateurs wel zendtijd kregen, en vrouwen niet?
Jolien d’Hoore, destijds de beste Belgische renster, reageerde op sociale media kritisch. Mede daardoor werd een beslissing gemaakt: een uitzending werd mogelijk. Sindsdien zijn de kijkcijfers enorm gestegen. Van zo’n 110.000 kijkers in 2018 naar bijna 764.000 vorig jaar (tegenover 1,2 miljoen bij de mannen). In 2019 zou d’Hoore er voor zorgen dat de vrouwen ook dezelfde overwinningstrofee kregen als de mannen. Gelijkheid op zo veel mogelijk terreinen is belangrijk, zegt ze nu. “Het vrouwenpeloton heeft aan erkenning moeten winnen. De Ronde heeft de status opgewaardeerd, maar dat komt niet door de wedstrijd op zich.”
Prijzengeld gelijk getrokken
Dat gaat meer om alles wat om de wedstrijd speelt. Sinds vorig jaar is door organisator Flanders Classic het prijzengeld van de Ronde tussen mannen en vrouwen gelijkgetrokken – 20.000 euro voor de winnaar. Beide wedstrijden zijn in hun geheel te volgen op tv. En volgens d’Hoore is de grootste winst dat de vrouwen nu ná de mannen finishen. “Het volk dat er staat, blijft staan. Dat was voorheen wel anders. Het is echt goed gezien van de organisatie.”
Het enige dat zo niet is veranderd, is de beleving voor de koers in België, zeggen zowel Van der Breggen als d’Hoore. Die laatste had het geluk om in de Belgische kampioenstrui door Vlaanderen te mogen koersen. “Dat je dat kan doen als Belgische, is echt magisch.”
Herremans vindt het vooral belangrijk dat de rensters die eigen band met het publiek hebben. “De perceptie is veranderd. Zeker toen bleek dat het geen dikke konten waren die reden, maar afgetrainde dames. En de sportsters hebben een eigen fanschare opgebouwd. Nu staan er speciaal voor de rensters supporters met borden waar ‘hup Lotte’ op staat.”
Zondag is het volksfeest daarom bijna even groot voor mannen als vrouwen, zeker als Kopecky nog een keer wint. Eigenlijk, zo zegt d’Hoore, is het heel simpel: “De Ronde. Dat is de Ronde.” Voor vrouwen 158 kilometer lang, met dertien hellingen.
Lees ook:
Veel publiek, tevreden renners: De Tour Femmes is een succes
De Tour de France Femmes wordt volop bezocht en biedt voor het eerst voor veel media inzicht in het vrouwenwielrennen. Maar dan worden ook groeimogelijkheden zichtbaar.