ProfielCoach Nederlands elftal
Ronald Koeman blijft koel onder leegloop bij Oranje
Vijf zieke spelers naar huis, het kon er nog wel bij, voor Oranje op weg naar het EK-kwalificatieduel tegen Frankrijk. De coach deed zijn best het te relativeren. ‘Het is niet zo zwart-wit.’
Louis van Gaal stelde bij het begin van zijn derde en laatste periode als bondscoach zelf vast dat hij het geluk aan zijn ‘kont’ had hangen. Zijn opvolger Ronald Koeman lijkt bij de start van zijn tweede tijdperk aan het roer van het Nederlands elftal eerder achtervolgd te worden door de wet van Murphy.
Tegenslagen stapelden zich de afgelopen dagen op. Na de eerdere afzeggingen en blessures moesten donderdagmorgen in alle vroegte liefst vijf spelers van de Oranje-selectie ziek afhaken. Maar terneergeslagen zat Koeman er niet bij, dondermiddag achter een tafel van het Stade de France, waar vrijdagavond zijn tweede avontuur begint met de nationale ploeg met een interland tegen Frankrijk.
Of hij niet gevloekt had, in het hotel in Zeist? “Volgens mij niet, maar ik schrok wel van het berichtje dat ik vanmorgen om tien over zeven op mijn telefoon kreeg. Ik heb snel gedoucht, heb me aangekleed en ben naar beneden gegaan. Joey Veerman zat op een taxi te wachten, Sven Botman was al weg. Toen kreeg ik het hele verhaal te horen.”
Kip kerrie bij het avondeten
Ook de beoogde basisspelers Cody Gakpo en Matthijs de Ligt en debutant Bart Verbruggen moesten naar huis. Vanaf woensdagavond laat hadden de vijf buikgriepverschijnselen. De officiële lezing was ‘een virusinfectie’. De oorzaak wordt onderzocht. De suggestie dat de kip kerrie bij het avondeten de boosdoener was geweest, klopte volgens Koeman niet. Al eerder in de week waren er stafleden wat ziekjes geweest.
Koeman had weinig tijd en ‘schakelde’ door. Hij riep drie vervangers op. Wat de impact op de groep was? “Het doet pijn als die jongens weg moeten. Daarom heb ik direct bij het ontbijt gezegd: dit is het, we hebben weinig tijd en moeten verder.”
Hij wilde het optimisme blijven uitstralen dat er tegen de verliezende WK-finalist van Qatar best iets te halen valt. “Het is duidelijk dat ik met het elftal wat anders voor ogen had. Maar dat betekent niet dat je nu ineens minder kans hebt. Voetbal is een raar spelletje. Ik zie het niet zo zwart-wit, dat kan ook niet vanuit mijn positie.”
Een voorbode van een moeilijke tweede periode?
En toch. Alsof hij al iets had aan voelen komen, had hij maandag, bij de start, als een weerman naar het miezerige weer in Zeist gewezen. Dat paste toen wel bij de stemming. Zijn belangrijkste speler, Frenkie de Jong, architect en verbindingsman, had die dag afgezegd, wegens een blessure, net als Steven Bergwijn. Teun Koopmeiners, Justin Bijlow en Andries Noppert (blessure), Luuk de Jong en Vincent Janssen (bedankt) waren ook al niet beschikbaar. En Denzel Dumfries geschorst.
Was die tegenslag een voorbode van een moeilijke tweede periode als bondscoach, was de vraag die hij kreeg. “Ik hoop het niet. Laten we maar later in de kwalificatie het geluk hebben.”
Koeman heeft in zijn carrière voor hetere vuren gestaan, als speler en coach. In zijn vorige baan moest hij op de vulkaan van FC Barcelona zien te overleven. Dat lukte niet, door eigen fouten en door de puinhoop binnen de club. Voorzitter Laporta had een andere voorkeur, Lionel Messi was weg, er was geen geld voor investeringen; de droombaan waarvoor hij Oranje had verlaten liep uit op een nachtmerrie.
Het eerste grote doel is EK 2024 in Duitsland
Uit de documentaire Forca Koeman die in die tijd over hem werd gemaakt, blijkt dat het gebrek aan respect in Barcelona voor hem, ‘Sneeuwvlokje', de clublegende, hem het meeste had geraakt. Aan het einde van Forca Koeman zei hij best terug te willen keren als bondscoach. Hij had als coach nog nooit een groot toernooi meegemaakt en dat vond hij ‘een gemis’. Het EK volgend jaar in Duitsland is het eerste grote doel, waarvoor in Parijs de kwalificatie begint.
Bij zijn eerste periode, vanaf 2018, was zijn opstapmoment ideaal geweest. Het Nederlands elftal was sportief failliet verklaard door twee gemiste eindtoernooien en veel chagrijn. Koeman slaagde in zijn doelstelling om de nationale ploeg weer ‘kleur op de wangen te geven’, Oranje speelde onder zijn leiding fris en won veel. Een nieuwe generatie twintigers als Van Dijk, Wijnaldum en Depay stond op, met in hun kielzog de grote talenten die het hemelbestormende Ajax van toen voortbracht, met De Ligt en Frenkie de Jong.
Dit keer is hij ingestapt terwijl Oranje twee toernooien achter de rug heeft, die overigens niet naar wens verliepen. Toch was de start deze week gemakkelijker dan in 2018, zei hij in Parijs. “Van de groep die maandag binnenkwam, waren er veertien of vijftien waarmee ik al had gewerkt, als ik Frenkie en Bergwijn meetel. Door de band die ik met veel spelers had, voelde het meteen weer vertrouwd. Het interessante is dat er ook weer nieuwe jongens bij zijn. Dat zijn leuke gesprekken. Deze groep heeft al laten zien goed en sterk te zijn.”
Oranje terug naar 4-3-3
In zijn aanpak is volgens Virgil van Dijk weinig veranderd. Met Sipke Hulshoff is haalde hij er wel een nieuwe veldtrainer bij. Hulshoff is ook assistent van Arne Slot bij Feyenoord, de club die Koeman al meerdere malen als voorbeeld stelde. En dus keert Oranje ook terug naar het 4-3-3-systeem, de voorkeur van de meeste spelers, en daar verandert nu alle tegenslag niets aan.
Of de kersverse zestiger extra spanning voelde, omdat hij vrijdagavond na anderhalf jaar weer als coach op de bank zit? “Nee. Als je al zo lang trainer bent is het af en toe goed om er een periode uit te zijn, maar het is allemaal niet nieuw he. Je zit er snel weer in, en daar komt altijd gezonde spanning bij kijken.”
