InterviewZeilen
Ocean Race-zeiler Rosalin Kuiper: ‘In de Zuidelijke Oceaan ben je een gast, je kan hier niet zelf overleven’
In de Ocean Race bereikten de vier zeilboten die nog in de wedstrijd zitten Point Nemo, de plek ter wereld die het verst verwijderd is van land. Rosalin Kuiper vaart op een van de boten mee: ‘Ik ben op zee een gast. Ik kan hier niet alleen overleven.’
Op zee is het amper merkbaar. De golven zijn hetzelfde, het schudden van de boot voelt niet anders aan. Alleen op de navigatie is het duidelijk. In de Ocean Race, de prestigieuze zeilwedstrijd om de wereld, voeren de vier boten die in de race zijn dinsdag in de Zuidelijke Oceaan bij Point Nemo, de plek op zee die het verst van land verwijderd is – bijna 2700 kilometer ver.
En dat is toch wel spannend, zegt de Nederlandse zeilster Rosalin Kuiper vanaf haar boot. “Point Nemo is een punt waar je absoluut onbereikbaar bent. Er varen geen containerschepen, er kan geen helikopter of vliegtuig komen. Wij zijn aan onszelf overgeleverd.”
Het gevaarlijkste water dat er is
Kuiper is de enige Nederlandse in deze editie van de Ocean Race. Ze vaart mee op de Duitse futuristische maar razendsnelle boot Team Malizia van schipper Boris Herrmann. De boten varen in de Zuidelijke Oceaan net boven de ijsgrens op ongeveer de 51ste breedtegraad. “Het is het gevaarlijkste water dat er is”, zegt Kuiper. “De golven zijn grijs, met witte kappen en blauw-groen ijswater.”
Drie weken is Kuiper (26) inmiddels onderweg in etappe drie, de langste ooit in de geschiedenis van de Ocean Race. Van Kaapstad in Zuid-Afrika naar Itajai in Brazilië gaat het, over 12.750 nautische mijl (ruim 23.000 kilometer), in een tocht die driekwart rond Antarctica gaat.
De bemanning is bereikbaar via satelliettelefoon. Ook het interview met Kuiper gaat zo. Ze antwoordt binnen een paar uur via vier voiceberichten op vragen die per whatsapp worden gestuurd. Dat is uniek, aldus de op het land werkende communicatiemedewerker van het team. Normaal duurt het veel langer voor ze reageert.
Twee dagen lang werken in de top van de mast
Er is immers veel te doen aan boord. Aan het begin van de etappe zat ze bijvoorbeeld urenlang op 27 meter hoogte in de top van de mast. Door de heftige omstandigheden was een scheur van 26 centimeter in de top ontstaan. Kuiper moest dat repareren. Lamineren, ofwel meerdere carbonlagen aanbrengen. Twee dagen lang was ze twintig uur aan het werk.
Af en toe kon ze daar hoog boven de oceaan om zich heen kijken. Ze zag niets anders dan water. De Zuidelijke Oceaan maakt stil, zegt Kuiper, die zichzelf omschrijft als ‘normaal wel iemand met praatjes’. “Daar boven in die mast besef je: wow, wat ben je klein als mens. Dan vliegt een albatros een stukje mee en vraag ik me af wat ik hier als persoon te zeggen heb. Ik ben een gast. Ik kan hier alleen niet overleven. Die beesten wel. Dat maakt dit zeilen zo puur.”
Zeventig kilometer per uur
Het zeilen gaat tevens hard. De boot, een zogeheten Imoca, wordt bij goede condities uit het water gelift. Op die momenten is de weerstand minder en zijn de snelheden hoger. Soms scheert de boot met wel zeventig kilometer per uur over de oceaan. Kuiper merkt het aan de spierpijn. Dan heeft ze zich in haar slaap weer vastgehouden of ingeklemd in haar geïmproviseerde stapelbed, om de schokken op te vangen.
Het team, naast Kuiper nog vier compagnons, leeft in een kleine overdekte cockpit. ‘Ouderwetse’ beelden van zeilers die in het holst van de nacht in regenpakken aan het werk zijn, komen daarom amper meer voor, al zijn er genoeg klusjes te doen om de boot in topconditie te houden. Dagelijks onderhoud is meer dan noodzakelijk in de verraderlijke omstandigheden op de oceaan.
De boot wordt door een automatische piloot bestuurd. “Deze boot is een mix van mens en machine. We voeden de machine met onze kennis, maar moeten vertrouwen hebben dat die computer het juiste doet.”
Zeilen alsof je continu in de ‘Villa Volta’ in de Efteling zit
Het zeilen nu is als de hele tijd in de ‘Villa Volta’ in de Efteling zitten, zegt Kuiper. “Alles draait, je hebt geen idee waar je bent. Je voelt de wind niet. Dat voelt heel onrealistisch. Maar ik heb geleerd om een ander deel van mijn brein te gebruiken.”
Kuiper pauzeert even. Ze moet haar telefoon opladen. In een volgend audiobericht zegt ze: “Er zijn twee redenen voor het op deze manier sturen van de boot. De krachten zijn te hoog. Er komt 450 kilo kracht op het roer, en dat kan je als mens niet binnen 1 seconde wegduwen. Daarom hebben we een piloot nodig. Die voeden we, maken we slimmer, maar het is niet 100 procent foutloos. Het blijft opletten.”
“De tweede reden is dat we vanwege de snelheid niet op tijd kunnen reageren als er wat gebeurt. Als ik zou sturen, zou ik dat voor maximaal tien minuten kunnen. Je brein kan meer niet aan. Van de vier uur in een dienst ben je een half uur actief de piloot aan het bedienen. Meer kan niet, dan ben je te moe.”
Een voortdurende staat van slaapdronkenschap
Kuiper is constant moe. In die ‘staat van slaapdronkenschap’ nadert ze Itajai, waar ze naar verwachting begin april aankomt. Langer dan dit heeft ze nog nooit aaneengesloten gezeild. “Maar ik denk niet aan de finish. Het is dag per dag, wacht per wacht.”
Elke dag wil ze minstens een half uurtje toch buiten zijn. Op het dek staan, of in de mast klimmen. “Dan voel je de wind in je haren, je wordt nat van de golven. Je voelt dat je een buitensport doet. Maar in de Zuidelijke Oceaan kan dat niet. Het is echt heel koud, momenteel.”
Niet dat het binnen zitten leidt tot een rustige vaart. Kuiper: “Je hebt geen besef van helling. Soms maak je een gigantische duikvlucht en word je gekatapulteerd naar voren. Dat kan gevaarlijk zijn. Je kan je bezeren als je dan net je bed uit stapt. Of als je eten maakt krijg je kokend water over je heen. En zit je op de WC, dan is het helemaal balen, omdat dan alles omvalt en eruit stroomt.”
‘Het is zo onnatuurlijk hoe wij aan land leven’
Toch wordt ze rustig ‘in haar carbonnen klankkast van 3x3 meter’ waar ze alleen zit met ‘meerdere soorten gehoorbescherming’ (anders krijgt ze korstjes in haar oren). Dan denkt ze na over het leven. “Het is zo onnatuurlijk hoe wij aan land leven. Dan denk ik: jongens, jongens, wat zijn we aan het doen. Met alles wat er gebeurt, met de oorlog. En dan kijk ik hier om me heen en denk ik: hier is niks aan de hand.”
De Ocean Race 2023
In de Ocean Race van dit jaar varen vijf boten in zes maanden de wereld rond, verdeeld over zeven etappes. De vloot is in etappe drie nu op weg naar Brazilië. Daarna gaat de race door naar Newport in de VS, waarna de oversteek naar Denemarken volgt. Tussen 11 en 15 juni meert de vloot aan in Scheveningen. Van daaruit volgt de laatste etappe naar Genua.
In etappe drie zijn nog vier boten in de race. Dat kwam omdat één team te veel schade voer kort nadat het Kaapstad had verlaten. De boten die nog in de race zitten, glijden vlak bij elkaar door de oceaan. Na drie weken zeilen is het verschil tussen de boten maximaal tien nautische mijl. Zondag, tijdens een windluwe dag, kon het team van Biotherm met een drone om de boot van Team Malizia heen vliegen, zo dicht lagen ze bij elkaar.
Tijdens hun tocht vergaren de boten informatie over de oceanen. Zo warmt de Zuidelijke Oceaan sneller op dan alle andere oceanen. Dat leidt weer tot veranderingen in het klimaat. De boten hebben materiaal bij zich om het zuurstofgehalte te meten, alsmede de watertemperatuur en de hoeveelheid microplastics.
Lees ook:
Rond de wereld zeilen en intussen het klimaat scannen
Het is niet alleen een grote zeilwedstrijd, maar ook een indrukwekkende wetenschappelijke operatie. De Ocean Race die komend weekend begint, gaat een enorme hoeveelheid data verzamelen over klimaat, vervuiling en de toestand van de oceanen.