Volksgezondheid

Nederland komt niet in beweging, en het kwartje wil niet vallen

In Amsterdam hangen bokszakken op straat. Tijdens de lockdowns kon je hier boksles krijgen.  Beeld ANP / Mariette Carstens
In Amsterdam hangen bokszakken op straat. Tijdens de lockdowns kon je hier boksles krijgen.Beeld ANP / Mariette Carstens

Twee jaar corona heeft de maatschappelijke relevantie van sport onderstreept. Maar is haar positie in de samenleving ook veranderd? In deel 1 van een serie: de wethouder. ‘Zie sportverenigingen niet louter als hobbyclubs, maar ook als partners in het bevorderen van het welzijn van mensen.’

Esther Scholten

Corona heeft de samenleving een pijnlijke spiegel voorgehouden. Maar wie kijkt erin? Gerben van Duin is al ruim twintig jaar wethouder sport, in verschillende gemeenten. Overal ziet hij steeds meer mensen worstelen met obesitas, burn-out, hartfalen en diabetes. “We zijn een kwetsbare gemeenschap aan het worden. Toen corona eroverheen kwam, dacht ik: nu zal iedereen wel doordrongen zijn van het belang van gezondheid en daarmee van sport en bewegen, nu staat dat thema bovenaan iedere politieke agenda. Maar nee. Ik ben teleurgesteld.”

Onvoldoende aandacht

Heeft twee jaar corona iets veranderd voor de positie van sport in de samenleving? In het regeerakkoord van Rutte IV valt het woord ‘sport’ voor het eerst op bladzijde 20, in het kader van een rijke schooldag. Het komt acht keer terug op de 47 pagina’s, ‘bewegen’ viermaal.

De Nederlandse Sportraad, een onafhankelijk adviesorgaan, vindt dat de vrijblijvendheid eraf moet. Voorzitter Michael van Praag: “De toenemende bewegingsarmoede in Nederland leidt tot chronische ziekten en verzwakt ons immuunsysteem. Sport en bewegen zijn hard nodig, juist nu, nu corona onze gezondheid bedreigt. Helaas heeft het nieuwe kabinet hier onvoldoende aandacht voor.”

Jaarlijks wordt er voor het stimuleren van sport en bewegen 25 miljoen euro extra uitgetrokken. Op dit moment beweegt 50 procent van de bevolking voldoende. Den Haag streeft naar een percentage van 75 in 2040. De raad vindt dat tien jaar te laat, en de middelen om het doel te halen te mager.

Uit je bubbel

Ook Van Duin, aanjager op lokaal niveau van sport als preventiemiddel, mist de urgentie. “Het kwartje is nog steeds niet gevallen. Wat moet er nog meer gebeuren om het thema rond gezondheid, bewegen en leefstijl als prioriteit te zien? Het lijkt wel alsof de landelijke politiek alleen in staat is om lockdowns af te dwingen en vaccins in te kopen. Maar dat is geen oplossing voor wat er aan de basis misgaat. Ik mis een langetermijnvisie op dit thema.”

Volgens Frank van Eekeren, lector Impact of Sport aan De Haagse Hogeschool en universitair hoofddocent Sport & Society aan de Universiteit Utrecht, heeft de pandemie de maatschappelijke betekenis van sport zichtbaarder gemaakt. Hij onderscheidt daarbij verschillende aspecten. Allereerst heeft corona de loep op onze gezondheid gelegd en onderstreept dat we meer weerstand hebben als we meer bewegen.

Daarbij is naar boven gekomen dat de ontmoetingen die door sport plaatsvinden gemist worden. “Er is meer polarisatie ontstaan. Sport is bij uitstek een manier om uit je eigen bubbel te komen. In de kantine of kleedkamer kom je mensen tegen met een andere achtergrond.”

‘Preventie krijgt nog steeds minder aandacht dan genezing’

Dat de lockdowns de zogeheten beweegparticipatie geen goed hebben gedaan, is inmiddels algemeen bekend. De regering ziet de sportsector niet als essentieel, in weerwil van een aangenomen Kamermotie. Gebleken is dat de groep die al moeite heeft om in de samenleving mee te doen als eerste is afgehaakt. Van Eekeren: “Mensen die minder snel uit eigen beweging gaan sporten, zijn achtergebleven. Zij zijn nu ook veel moeilijker weer in beweging te krijgen.”

Wie gaat ze daarbij helpen? Het Rijk of de gemeenten? En welke rol ligt er voor de sportaanbieders? Den Haag lijkt nog niet doordrongen van de ernst van dit probleem, stelt Van Eekeren. “Als het in de politiek over de gezondheidszorg gaat, krijgt preventie nog steeds minder aandacht dan het curatieve deel.”

Van Duin, momenteel wethouder in Nieuwkoop, weigert toe te geven aan een gevoel van moedeloosheid. “Er zijn zoveel mooie kansen. Betrek bijvoorbeeld het onderwijs erbij. Leer kinderen niet alleen de cognitieve vaardigheden voor Citotoetsen, maar ook levenslessen over gezondheid en bewegen. Zie sportverenigingen niet louter als hobbyclubs, maar ook als partners in het bevorderen van het welzijn van mensen. Eigenlijk zou de overheid dat moeten uitdragen. We hebben een soort deltaplan nodig voor een fitte en vitale toekomstige generatie. Er wordt nu heel gefragmenteerd hier en daar wat gedaan.”

Achterliggende beweegreden?

Er is een sportakkoord en er is een preventieakkoord. Het beleidsterrein van verschillende bewindslieden heeft te maken met de problematiek rond het stilvallen van de bevolking. Een motie van Lilian Marijnissen met het verzoek een aantal departementoverstijgende scenario’s op te stellen om Nederland weer in beweging te krijgen, werd halverwege 2020 aangenomen. Een duidelijk vervolg laat nog op zich wachten.

“Wat de discussie ook lastig maakt”, weet Van Eekeren: “hoe definiëren we dit vraagstuk precies? We hebben het over preventie, sport en bewegen. Alle drie hebben veel met elkaar te maken, maar zijn niet per se hetzelfde.”

Wat de wetenschapper frappeert, is dat de sportsector het beweegvraagstuk naar zich toetrekt: ‘dit is ons probleem en wij kunnen helpen het op te lossen’. Een verklaring daarvoor is dat veel mensen in de sport zich verantwoordelijk voelen en oprecht het idee hebben een bijdrage te kunnen leveren, zegt hij. “Iets cynischer gesteld: het is ook een mogelijkheid om als sector belangrijker te worden en grotere budgetten te kunnen binnenhalen.”

Nederlanders sporten steeds meer in ongeorganiseerd verband. Het ledental van veel verenigingen loopt terug en het kost clubs vaak meer moeite om voldoende vrijwilligers te vinden. Ook is de roep om professionalisering groot, mede door misstanden als in het turnen. Van oudsher is de sport heel autonoom georganiseerd. De sportaanbieders zijn private organisaties. Van Eekeren: “De sport kijkt nu veel nadrukkelijker dan voorheen naar de rijksoverheid om ondersteund te worden.”

De Nederlandse Sportraad stelt zelfs: wij zijn een publieke voorziening. Dat zou betekenen dat de overheid verantwoordelijk is voor een soort basisaanbod zodat iedere Nederlander kan sporten. “Eigenlijk zeg je daarmee dat de markt onvoldoende werkt en er niet in slaagt om iedereen aan het bewegen te krijgen. Ik denk dat de overheid en de sport elkaar daar nog niet helemaal gevonden hebben.”

Corona als kantelpunt

Dit voorjaar wacht er een politieke discussie over een eventuele sportwet, die de sector het publieke domein in zou trekken. “De vraag is of je daarmee uiteindelijk beter af bent”, zegt Van Eekeren, met een verwijzing naar andere publieke voorzieningen die door gemeenten met wisselend succes worden uitgevoerd, zoals de jeugdzorg.

“Ik kan me ook voorstellen dat gemeenten huiverig zijn, omdat zij uiteindelijk de rekening krijgen. Nu kunnen ze nog tegen een vereniging zeggen die haar kasboek niet op orde heeft: ‘jammer, maar jouw tijd is gekomen’. Dan zijn ze verplicht om in sport te investeren en die voorziening overeind te houden.”

Wethouder Van Duin: “Wij hebben het tot nog toe van ons af gehouden. Waarom zou je het wettelijk moeten vastleggen? Maar als men het belang van sport en bewegen nu nog steeds niet snapt, dan zou je het bijna gaan verplichten. Ik spreek nog steeds collega’s die sport in hun gemeente bijzaak vinden en er zelfs voor kiezen om op dat beleidsterrein te bezuinigen. Zij kijken naar wat het kost in plaats van wat het kan opleveren. Deze coronaperiode zou een kantelpunt moeten zijn. Ik ben heel bang dat we – als de vaccins alle virusvarianten de baas zijn – weer terug zijn bij af en gewoon weer doorgaan met onze ongezonde gewoontes.”

Lees ook:

Sportend Nederland wil nú open. ‘Bewegen is een gratis medicijn tegen pandemieën en ziek worden’

Met een fietsestafette op een Haags plein smeekt de sportsector het nieuwe kabinet: haal ons van het slot. ‘De regering realiseert zich nog steeds niet hoe groot het maatschappelijk belang van sport is.’

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden