EK Baanwielrennen
Het harde regime is terug bij Kirsten Wild, en ze pakt meteen goud
Na een zomer die vooral leuk moest zijn, is het harde regime terug bij Kirsten Wild. Haar laatste winter voor Tokio leverde donderdag al een Europese titel op, op de afvalkoers.
Kirsten Wild was toch weer gaan twijfelen. Na een zevende plaats woensdag op het onderdeel scratch, een zeldzame nederlaag en een ‘dure wake-up call’, vroeg ze zich ’s nachts af of ze wel goed genoeg had getraind en of de Engelse concurrent niet sterker was. De Europese titel, die ze gisteravond op de afvalkoers veroverde, maakte alles weer ‘leuk’.
Leuk is een stopwoordje voor Wild. Deze zomer zocht ze bewust naar ‘leukheid’. Het was na de Ronde van Luxemburg in mei dat Wild zichzelf terugvond op de fiets met een zadeltasje. Daarin alleen een broek, T-shirt en een tandenborstel. De drievoudig wereldkampioene op de baan reed na de koers in drie dagen terug naar huis in Zwolle. Gewoon, omdat ze het leuk vond.
Wild, dinsdag werd ze 37, hoefde niets, maar vond het gewoon lekker om op pad te zijn. Zo reed ze ook de Giro Rosa, de Ronde van Italië. In de Italiaanse bergen had ze als sprintster helemaal niets te zoeken (“Ik was volledig ongeschikt”), maar het was haar laatste kans om nog een Giro te rijden. Volgend jaar kan dat niet. “Dan is het: past het in het plan voor Tokio? Nee, ok, dan niet.”
Tokio is het grote hoofddoel voor de zesvoudig wereldkampioen op de baan. Een gelukkige combinatie is het vooralsnog niet. Zesde op zowel de ploegenachtervolging als in het omnium (een vierkamp) in Londen 2012. En zesde in het omnium vier jaar later in Rio de Janeiro. Ze kreeg wel olympische diploma’s, nog geen medailles.
Jarenlang wilde ze nooit echt hardop over de Spelen praten. Het traject naar Japan duurde in haar beleving nog zó lang. Eerst voorbeschouwen op een EK of WK, dat had ze liever. Er waren momenten dat ze zich afvroeg: heb ik hier nog zin in? Maar meestal ging de gedachte in een keer door: ‘Natuurlijk heb ik hier nog zin in’.
Punten verzamelen
In een vooralsnog matig gevuld Omnisport in Apeldoorn begint deze week met de Europese kampioenschappen dan echt het programma richting Tokio, waar ze mee wil doen in het omnium en met Amy Pieters op de koppelkoers. Ze heeft het de hele tijd over punten verzamelen, want ze moet eerst maar eens op de Spelen zien te komen. Dat lijkt gek voor een vrouw die bij de WK in Polen in maart de koningin van de baan werd met twee gouden medailles en de regerend Europees kampioen omnium is.
De EK van deze week zijn de eerste krachtmeting van de laatste winter voor Tokio. Woensdag werd ze op de scratch (10 kilometer race) verrast door de Engelse Emily Nelson, die op kop ging rijden op het moment dat Wild dat wilde. Wild werd zevende.
Ze schudde die nederlaag na afloop heel makkelijk van zich af. De scratch is geen olympisch onderdeel, de echt belangrijke onderdelen kwamen nog. De afvalkoers van donderdag, bijvoorbeeld, een half uurtje nadat Wim Stroetinga al brons had gewonnen op de scratch. Met Tim Veldt, sinds januari haar coach, had ze een nieuw plannetje bedacht.
Bij Veldt leert ze sprinten, en dat had ze gisteravond nodig. In de afvalkoers, waar steeds de laatste renster afvalt, begon ze zelf haar eindsprint. Dat was in het kort namelijk het plan: initiatief nemen. Het betaalde meteen uit. Dit keer versloeg ze de Britse Nelson.
Vandaag begint het hoofdonderdeel voor Wild: het omnium. Ze rijdt daarvoor nog een keer een scratch en een afvalkoers, maar ook nog een temporace en een puntenkoers. Zondag rijdt ze met Amy Pieters nog de koppelkoers. Er is kans op nog twee keer goud. Wild: “Maar een Wilhelmus dat voor jou wordt gespeeld, is wel alvast heel lekker.”
Lees ook:
De Nederlandse baanwielrenners rijden nu op de beste fiets ter wereld
De Nederlandse baanwielrenners hebben een nieuwe racemachine tot hun beschikking. Aan alles is gedacht.