Bezoekers in het Van Gogh Museum in Amsterdam bekijken werk van Vincent van Gogh. In vlagen van waanzin probeerde de schilder zich te vergiftigen door verf te eten. Beeld AP
Bezoekers in het Van Gogh Museum in Amsterdam bekijken werk van Vincent van Gogh. In vlagen van waanzin probeerde de schilder zich te vergiftigen door verf te eten.Beeld AP

Déjà vuPaul van der Steen

Ziekmakend gifgroen in ateliers, huiskamers en op marineschepen

Paul van der Steen

De sporen van giftige verf laten zich niet zomaar uitwissen. In de botten van de Italiaanse schilder Giotto di Bondone werden bij onderzoek bijna zevenhonderd jaar na zijn dood nog verhoogde concentraties lood, arseen en aluminium aangetroffen. Waarschijnlijk hadden die te maken met zijn beroep. Of de toxische stoffen het leven bekortten van Giotto, algemeen beschouwd als een van kunstenaars die aan de basis stonden van de Renaissance, is de vraag. Hij werd rond de zeventig, een heel mooie leeftijd voor een man die eind dertiende, begin veertiende eeuw leefde.

Aanvullend onderzoek van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu maakte deze week duidelijk dat personeel door de hele defensieorganisatie heen tientallen jaren is blootgesteld aan de kankerverwekkende stof chroom-6 in verf. In ateliers van kunstschilders door de eeuwen heen waren dit soort gevaren ook alom aanwezig.

De volle omvang van de mogelijk verwoestende gezondheidseffecten van hun materialen kenden schilders uit vroeger tijden nog niet. Enig besef van de risico’s moet er wel geweest zijn. Sommige kunstenaars zogen voor hernieuwd gebruik een puntje aan hun penseel, maar anderen begrepen dat ze daarmee allerlei bedenkelijke stoffen konden binnenkrijgen.

Was het syfilis, of toch het lood in de verf?

Blootstelling via de lucht, dagelijks dicht op giftige verf en de daaruit voortkomende dampen hangen, kon ook al grote gevolgen hebben. Voor het doordraaien van Michelangelo Merisi di Caravaggio (1571-1610) geven wetenschappers van vandaag verschillende verklaringen. Een deel van hen vermoedt de verwoestende gevolgen van syfilis. Caravaggio liet de hoeren van zijn tijd niet alleen poseren als model. Een deel denkt dat het volop aanwezige lood in de verf de hersenen van de briljante kunstenaar aantastte.

Het is voorstelbaar dat giftige verf ook bijdroeg aan de psychische problemen van Vincent van Gogh (1853-1890). Met onder meer chroomgeel had hij pigmenten in huis die tegenwoordig verboden zijn. In het geval van Van Gogh bleef het niet bij het inademen van schadelijke stoffen of huidcontact. “Het schijnt dat ik vuil van de grond opraap en opeet, hoewel mijn herinneringen aan die slechte momenten vaag zijn”, schreef de kunstenaar vanuit een inrichting waar hij was opgenomen aan zijn broer Theo. Volgens een behandelend arts probeerde Van Gogh zich tijdens vlagen van waanzin te vergiftigen door het eten van verf en het drinken van terpentijn. Om die reden verboden dokters hem waarschijnlijk bij tijd en wijle in zijn atelier te komen.

De Nederlandse schilder Karel Appel (1921-2006) dacht gek te worden, totdat hij stopte met het gebruik van het schadelijke loodwit. En gifgroen deed lange tijd zijn naam alle eer aan. In het Beierse plaatsje Schweinfurt werd rond 1800 een pigment bedacht, dat daarom daarna vaak Schweinfurter groen werd genoemd.

Kunstenaars vonden het prachtig: veel groen op de markt was dof en donker of dekte slecht. Ook Van Gogh gebruikte Schweinfurter groen. De heldere kleur vond eveneens zijn weg naar de industrie en werd onder meer gebruikt voor meubels, woningdecoratie, kleding, speelgoed en snoep.

Dat Frankrijk het groen inkocht om de onderkant van marineschepen te vrijwaren van algen en mosselen, had te denken moeten geven. Net als signalen over huiskamers waar behang of verf zonder goede ventilatie zorgden voor een niet te harden stank, ziektegevallen in verffabrieken en waarschuwingen van scheikundigen.

Maar net als bij chroom-6 ging het gebruik bij Schweinfurter groen decennialang – tegen beter weten in – door: de kleur was zo mooi en populair, de economische belangen waren groter dan de zorgen over volksgezondheid. Het beschikbaar komen van goede alternatieven hielp om het Schweinfurter groen te verdringen als verf. Het werd daarna nog lang toegepast als landbouwgif (tegen rupsen) en om blauw vuurwerk te maken.

Paul van der Steen bekijkt wekelijks het nieuws met een historische blik.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden