column
Zorgt subsidie voor kwaliteit of voor een return on investment?
We trekken ons terug in onze veilige bubbel. Verliezen we het vermogen elkaar te begrijpen en te bereiken? In een serie columns reist journalist Peter Henk Steenhuis langs de grenzen van onze taal op zoek naar de grenzen van onze werelden. Vandaag: Impact, subsidie en 'return on investment'.
“Het woord ‘impact’ krijgt steeds meer een beperkte economische betekenis", stelde documentairemaker Ellen Blom enige tijd geleden tijdens een discussie over de waarde van kunst. “Ik hield toen een pleidooi voor het gebruik van ‘impact’ in de oorspronkelijke betekenis: het moment van raken, doel treffen.”
Ik sprak Blom naar aanleiding van deze serie over woorden, maar eigenlijk begreep ik niet goed wat zij bedoelde, want heeft 'impact' niet altijd al een economische betekenis gehad? Nee, toen ik het woord onderzocht ontdekte ik, dat het van een kwalitatieve term langzaam overgaat in een kwantitatieve term, naar iets wat meetbaar is en waarmee je dus winst en effectiviteit kunt berekenen.
Impact, ontleend aan het Engels, betekent oorspronkelijk ‘krachtige inwerking’. Maar ook het Engels leende dit begrip, dit keer uit het Latijn, waar ‘impactus’ van ‘impingere’ komt, dat ‘inslaan, stoten tegen’ betekent. In het Nederlands komt het woord alleen voor in overdrachtelijke betekenis: handelingen, ideeën, gebeurtenissen kunnen impact op iets of iemand hebben.
Niet zo gek dat Blom terug wil naar de oorspronkelijke betekenis: kunst moet je raken, liefst in het hart. Of kunst moet inslaan als een bom.
Wordt het woord zo niet meer gebruikt? Nauwelijks, zegt Blom. “Bij het verstrekken van kunstsubsidies wordt steeds gevraagd naar de impact van een kunstuiting. Daarmee wordt niet bedoeld of het werk een beschouwer in het hart raakt, maar wat de opbrengst van het kunstwerk is.”
Van kwaliteit naar kwantiteit
Kijk naar een recente discussie in Het Parool over het onthouden van een bepaalde subsidie aan NTR ZaterdagMatinee. Artistiek leider Kees Vlaardingerbroek: "Onze impact is een andere.” Doelt Vlaardingerbroek, die de mooiste programma’s in het Concertgebouw laat horen, op kwaliteit? Nee, ook hij meet volgens een kwantitatieve maat. “2000 mensen in het Concertgebouw is vaak meer dan kleinere projecten die vijf keer in den lande worden gespeeld. We hebben daarnaast 60.000 tot 70.000 mensen die de Matinee op Radio 4 beluisteren en daar komen geregeld cd's uit voort.”
Impact was een kwalitatief begrip en is nu een kwantitatief begrip geworden, meetbaar, bijvoorbeeld uitdrukbaar in kijkcijfers, verkochte kaarten, bezoekersaantallen, en dus om te zetten in een financiële opbrengst. Zo krijgt subsidie een return on investment – een begrip uit de private sector.
Is dat erg? Subsidie komt van ‘subsidium’, een woord uit de publieke sfeer, dat reservetroepen, hulp, ondersteuning betekende. De Groninger courant schrijft op 26-01-1776 dat er een ‘SUBSIDIE TRACTAAT tussen de landgraaf van HESSEN CASSEL, en het hof van Groot Brittanien geslooten is, raakende een Corps van TWAALF DUIZEND Man …” Dit korps is een aanvulling op bestaande legereenheden, die kennelijk een bepaalde strijd niet aankonden.
Subsidie was een aanvulling die nodig was om kwaliteit te garanderen. Dat was in het leger zo, dat was in de kunst zo. Leger en kunst behoren tot de publieke sector.
Als onder invloed van de economisering van de taal het woord ‘impact’ verandert van een kwalitatief begrip naar een kwantitatief begrip zal het woord ‘subsidie’ mee veranderen. Dit zal consequenties hebben voor de kunst.
Pierre Audi, die in september afscheid neemt als regisseur en directeur van De Nationale Opera, zegt in zijn afscheidsinterview in NRC Handelsblad: “De discussie zal steeds op hetzelfde neerkomen: het verantwoorden van opera als kunstvorm die weinig opbrengt en veel kost, dus afhankelijk is van subsidie. Sommige mensen willen dat, anderen niet. Het gevaar is dat die discussie explodeert." In de Volkskrant voegt hij daar aan toe: "Kunst is economisch kwetsbaar: als het niet meer gesteund wordt, stort het in."
De kans dat de discussie explodeert, dat kunst instort, wordt kleiner als we ons bezinnen op de betekenis van impact en de publieke functie van subsidie. Laten we daarom af en toe goed luisteren naar wat documentairemakers als Ellen Blom ons te vertellen hebben.
Onder de titel 'Welkom in Bubbelonië' neemt Peter Henk Steenhuis wekelijks bij Trouw woorden onder de loep. Lees hier eerdere columns terug.
Voor meer info: www.bubbelonie.nl.