Marjolijn van Heemstra: 'Musk wil niet sterfelijk zijn. Het paradoxale is dat zulke mannen met hun ruimtedroom al dood zijn, ze zijn zombies, want het aardse leven wijzen ze af.'

Ruimtevaart

Wees zuinig op de maan, zegt Marjolijn van Heemstra. ‘Ook daar zijn de grondstoffen eindig’

Marjolijn van Heemstra: 'Musk wil niet sterfelijk zijn. Het paradoxale is dat zulke mannen met hun ruimtedroom al dood zijn, ze zijn zombies, want het aardse leven wijzen ze af.'Beeld Patrick Post

In haar essay voor de Maand van de Filosofie bepleit Marjolijn van Heemstra een nieuwe kijk op ruimtevaart: laat niet meer de heerszucht, maar de verwondering met een raket naar de maan vliegen.

Lodewijk Dros

Het zijn drukke dagen voor schrijver en theatermaker Marjolijn van Heemstra (42). Zaterdagmiddag presenteert ze haar essay voor de Maand van de Filosofie in Leuven, zaterdagavond in Rotterdam. Voor die maand – thema: ‘weerloos en waardevol’ – verkent ze haar specialisme van de afgelopen jaren, de ruimtevaart. Sinds 2019 publiceert ze – opgeleid als godsdienstwetenschapper – er geregeld over.

Haar essay start met een biografisch hoofdstuk, over Aarnoud van Heemstra, gouverneur van Suriname, die in 1923 een gedenksteen liet aanbrengen in het Surinaamse oerwoud. “Hij was als witte kolonist de zon om wie de aarde draaide.”

Precies honderd jaar later is Van Heemstra, telg uit hetzelfde geslacht, beschaamd. Ze noemt de herdenkingsplaat een ‘gênante steen.’ “Er zit ongemak in, over het gegeven dat er geen rekenschap is afgelegd over dat koloniale verleden. Woede ook.”

De vanzelfsprekendheid waarmee Nederland eeuwenlang grondstoffen en arbeid kon onttrekken aan zijn koloniën ontdekt Van Heemstra nu in de wijze waarop wordt gesproken over het exploreren van de ruimte. De zeilschepen van toen zijn ingeruild voor ruimteschepen, maar, zo citeert Van Heemstra, “de maan is voor de mensheid vandaag wat de Nieuwe Wereld was voor de Europeanen zeshonderd jaar geleden.”

Honderden ruimtereizen staan inmiddels op stapel, de winst die de bedrijven denken te kunnen gaan behalen uit buitenaardse delfstoffen loopt in de miljarden. Van Heemstra vraagt zich af of de mijnbouw op asteroïden ooit winstgevend zal zijn, maar de blik op de ruimte als wingewest verontrust haar.

Je bent duidelijk begaan met de maan.

“Ik kom haar telkens tegen in mijn leven. Ik zag haar als een rode vuurbol opkomen in de Witte Woestijn, in Egypte, met de witte krijtzuilen en de witte woestijnvosjes. Absurd. Steeds weer zag ik haar, en dat doet de hele mensheid. We wandelen, huilen, bidden en rouwen op het ritme van haar wassen en slinken.

“Je kunt haar kraters zien en de schaduwen. Iedereen woont in een ander landschap, maar het maanlandschap hebben we gemeen, het is het enige landschap dat we delen. De maan verbindt ons allemaal.”

Heb je een favoriet maangedicht?

“Emily Dickinson schrijft in haar gedicht Tell all the truth but tell it slant over de kracht van het indirecte. De waarheid, zegt ze, moet tot ons komen ‘als bliksem voor kinderen gedempt’. Dat doet me denken aan de maan. Ze schijnt niet, heeft geen eigen licht, en toch is ze een lichtbron. Er schuilt een grote waarde in, in die passiviteit waarmee ze licht opvangt en doorgeeft.

“Het maakt dat we ons anders verhouden tot de zon dan tot de maan: in de zon kun je niet kijken. Die is bam! En hard. Maar die redt zich wel. De maan is toegankelijker, je kunt met haar meeleven. Ik herken me in haar, met haar komen en gaan.”

Voel je je verantwoordelijk voor de maan?

“Ja, maar dan omdat ik in haar het zoveelste landschap zie dat zijn niet-commerciële waarde verliest. Terwijl het aandacht verdient. En dan niet alleen van economen die als neokolonialen denken ‘hoe breken we het geheel op om er de lucratieve delen uit te lichten en te gelde te maken?’ Er zijn veel meer stemmen die we moeten horen. Ik zie liever een nieuwsgierige blik dan die van de overheerser, die op de maan geland is om er een vlag te planten en een maanmonster te nemen.”

Met nauwelijks verholen afschuw beschrijft Van Heemstra hoe de New York Times in 1973 na een Apollotrip de conclusie van wetenschappers weergaf. Ze hadden maangrond bestudeerd en stelden vast dat de ‘maan al drie miljard jaar dood’ was. Het was een afgestorven blindedarm van de aarde, waar niets meer aan kapot viel te maken.

Volgens Van Heemstra miskent dat wat de maan óók is: een inspirator voor componisten, een ‘bewuste getuige van ongeziene vreugde’, een mysterieus levend oog dat vanuit de hemel op ons toeziet. Dat emoties beroert en zeeleven in beweging zet. Wie de maan doodverklaart, aldus Van Heemstra, zegt vooral iets over de levenloosheid en leegte in zichzelf.

In haar essay noemt ze het koloniale project van haar voorvaderen een vrucht van ‘horizontaal denken’: als het op een plaats te druk of onrustig wordt, dan verander je die plaats niet, maar je zoekt je heil elders en blijft zelf onveranderd. “Dat is wat me zo tegenstaat aan de commerciële ruimtevaart van grote jongens als Elon Musk en Jeff Bezos. Musk, van Tesla en SpaceX, en Bezos, van Amazon en Blue Origin, zijn dol op sciencefictionboeken van mannen uit de jaren vijftig, zestig. Dat zijn toekomstdromen uit het verleden, je komt er nauwelijks vrouwen in tegen, het is eigenlijk een voortzetting van de koloniale tijd. Dat is hun bijbel. Heel anders dan de moderne sciencefictionliteratuur, waarin ook de stemmen van vrouwen en mensen van kleur klinken.”

Jij ziet hun glimmende raketten als koloniale attributen in vermomming. Is het niet ook penisvormige krachtpatserij die de weerloosheid van de makers verhult?

“Die penissymboliek dringt zich wel op, ja, het is een fallusvloot. Ik denk dat er veel angst achter schuilgaat, angst voor verandering en eindigheid. Musk wil niet sterfelijk zijn. Het paradoxale is dat zulke mannen met hun ruimtedroom al dood zijn, ze zijn zombies, want het aardse leven wijzen ze af.” Van Heemstra zwijgt even. “Het is een macabere club.”

Die grote interplanetaire ondernemers zijn mannen. Zou het helpen als vrouwen zich daarbij zouden voegen?

“Dat maakt niet uit. Het gaat om een houding, die zit niet vast aan een geslacht. We moeten ons losmaken uit de mythe dat de wereld, en bij uitbreiding de ruimte, ons in staat moet stellen om te blijven groeien, zodat de mens hetzelfde kan blijven. Ruimtemijnbouw wordt ons verkocht met het progressieve idee van vooruitgang en wetenschap en moderniteit. Maar het is het horizontale verhaal dat kolonisten ooit op pad stuurde. Terwijl op aarde de roep om dekolonisering klinkt.”

Toch is het geopolitiek best aantrekkelijk: haal bepaalde stoffen van de maan en we zijn los van de Russen en van de Chinezen. Die dan natuurlijk ook zelf meedoen.

“Zo denken die ondernemers ook, ja. Maar ook daar zijn grondstoffen eindig. Bovendien: dan kunnen we hier nog meer consumeren en nog meer afval produceren. Bezos vindt het een slecht idee om onze energieconsumptie te temperen. Ik denk dat dat soort opvattingen gewoon niet meer kan, we moeten juist minderen.”

Tegenover het horizontale verhaal plaatst Van Heemstra het ‘verticale verhaal’. Dat is een ‘diepte-denken’, met taal die niet alleen uitdrukt wat de beoogde meeropbrengst van een delfstof is, maar ook verwoordt waar een oude herinnering ligt, wat de maan als persoon is, waarin intuïtie en wandelingen in het maanlicht even zwaar wegen als het economisch gewin.

Om dat gesprek op gang te brengen, zouden allerhande belanghebbenden mee moeten kunnen praten met ruimtevaartingenieurs, geologen en astrofysici.

Ook liefdesverdrietigen die troost putten uit het bleke schijnsel van de maan?

“Zij ook. Ik heb mijn hoop gevestigd op een beweging die zich aan het vormen is, de Moon Village Association, opgericht in 2017. Ik heb me erbij aangesloten. Er zitten kenners van de ruimte in. Juristen, kunstenaars, filosofen, ethici, ruimtevaartexperts. Deze vereniging kan als een beweging van onderop een ander geluid laten horen, als aanvulling op het monotone geluid van de ruimtebaronnen.”

Maar die miljardairs kunnen wat gewone burgers en hele staten niet lukt, ze hoeven niet door bureaucratische modder te waden, het zijn visionairs die doorpakken.

“Dat is wat ze zelf ook zeggen. Begrijp me niet verkeerd, ze hebben de kosten van raketlanceringen in tien jaar tijd met negentig procent teruggebracht. Dat is knap. Maar privatisering loopt meestal slecht af. Private bedrijven, dus een handjevol mensen, die beslissen over de infrastructuur van de ruimte, dat is toch onacceptabel? Dan draait alles om aandeelhouderswinst en verstommen alle andere stemmen.”

Moet Musk worden onteigend?

“Of het kan, weet ik niet… Op het eerste gezicht lijkt me dat een goed idee, maar onteigening is me toch te dictatoriaal.”

Musk draagt graag een zwart T-shirt met ‘Occupy Mars’ erop, ‘Bezet Mars’. Zullen we ons in 2123 net zo schamen over dat T-shirt als jij doet over de gênante Van Heemstrasteen uit 1923?

“Nou, er zijn genoeg mensen die zich niet zo schamen over het koloniale verleden, alleen: ze kunnen er niet meer omheen. Ik hoop wel dat de geest van overheersing het aflegt tegen die van de verwondering. Misschien dat een van de tientallen kleinkinderen die Musk ongetwijfeld voortbrengt in 2123 een essay over z’n shirt schrijft.”

Lees ook:

Over haar boek ‘In lichtjaren heeft niemand haast’ (2019) schreef Trouw dat ‘Marjolijn van Heemstra schrijft als een ruimtereiziger op aarde'.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden