Interview
Voor elk koranvers een snoepje
Moslimjongeren en hun ouders vertellen over hun levens. Hoe anders zijn die? In deel vijf van een serie: Zakaria Bouders en zijn moeder Khira Alioua.
Uit een stuk of vijf zilveren lantaarns tegelijk schijnt licht door de woonkamer. Zakaria Bouders (25), die als geschiedenisstudent op kamers woont in Venlo, is vanavond thuis bij zijn moeder in Maastricht. Khira Alioua (52) woont daar met haar man en Zakaria's jongere broers.
Aan de ene wand een prent van de Sint Servaasbrug, aan de andere wand een ingelijst koranvers. Moeder en zoon praten beiden in het Limburgse dialect. Zakaria, in pak, met het haar tot in de nek, is naast zijn studie actief voor de Partij van de Arbeid. Khira heeft in een restaurant en in de zorg gewerkt en is nu werkzoekende. "Ik wil nu de kinderen ouder zijn meer van de wereld gaan zien. Vrachtwagenchauffeur worden, ja, dat lijkt me geweldig. Die vrijheid."
Zakaria hoort het goedkeurend aan. Vroeger was zijn moeder conservatiever, zegt hij, maar in de loop van de tijd is ze anders over het geloof gaan denken. "Ze laat zich altijd graag door me overtuigen."
Volgens zijn moeder zelf valt dat wel mee. "Ik ben nog steeds hetzelfde, geloof ik. Ja, ik heb wel een hoofddoek gedragen. Tussen 1997 en 2004. Dat was gewoon een gevoel. En mijn eigen keuze. Maar op een gegeven moment was het niet prettig meer. Nee, er zit niet zoveel achter, het is gewoon gemakkelijker zonder. Zonder is gewoon vlotter. Dat zei je juf op school toen ook, weet je nog? Zij zei: Zo, dáár ben jij. Ik moest lachen, en zei: Ja, híer ben ik ja."
Polderen
Over het geloof spreekt Khira behoedzaam, hakkelend bijna. Dat komt, zegt ze, door de taalbarrière. "Gesprekken tussen ons twee gaan daarom ook altijd voorzichtig. Ik denk in het Arabisch, Zakaria in het Nederlands. Dan wordt Google ingeschakeld om te vertalen, en komen er koranteksten aan te pas. Soms weet hij meer dan ik."
Zakaria: "Ik zoek uit hoe dingen zitten. Die zoektocht doen we samen."
Khira: "Uiteindelijk komen we dan op een compromis."
Zakaria: "Compromis? Nee mam, dat is niet het juiste woord. Dan zou het zijn alsof we polderen, alsof we allebei iets moeten opgeven om het eens te worden, en zo is het niet."
Khira, verschrikt: "Nee? Ach, dat is dus weer die Nederlandse taal. Je hebt vast gelijk. We worden het eens, zonder dat we iets hoeven op te geven."
Niet alles staat ter discussie, zegt Zakaria. "Vijf keer per dag bidden - dat is zoiets waar je niet aan kunt tornen."
Toch houdt hij zich er zelf niet aan. "Nee, ik bid niet vijf keer per dag, dat doe ik echt niet consistent. Maar goed, ik zal nooit een interpretatie naar mijn hand zetten. Er staat wat er staat. De moskeevoorzitter vraagt me wel eens waarom ik niet vaker kom bidden. 'Je komt alleen op discussie-avonden', zegt hij dan.
"Je ziet vaker: hoe dichter mensen bij het ouderschap komen - en hun kinderen dingen willen meegeven - hoe serieuzer ze worden in het geloof. Kijk, het zou nu heel makkelijk zijn om te zeggen dat ik in de toekomst wel ga bidden. Maar ik heb nu eenmaal geen glazen bol."
Ook Khira bidt geen vijf keer per dag. "Ik bid wel, maar nee, ik wil hier liever niets over zeggen. Op de yoga vragen ze het ook wel eens aan me: 'Is dit nou ongeveer hetzelfde als wanneer je bidt?' Maar dan zeg ik alleen 'nee'. Dat bidden is iets héél persoonlijks, iets tussen mij en God. Daar kan ik niet zomaar met anderen over praten."
Tekst loopt door onder afbeelding.
Een van de kwesties die moest worden uitgezocht, vertelt Zakaria, was bijvoorbeeld de vraag of het luisteren van muziek wel of niet is toegestaan. "Zoiets kom ik dan op Facebook tegen. Daar zeiden jongens dat er een koranvers was waarin stond dat dat haram was, verboden. Keek ik het na, las ik dat het in die passage gaat over 'ijdele praat'. Dát is niet toegestaan. Arrogante hiphoppers - ja, die moet je dus mijden."
Voor Khira, die opgroeide in een dorp nabij Casablanca, was het idee dat muziek verboden zou zijn geheel nieuw, zegt ze. "Ik ben heel vrij opgevoed, nooit ergens toe gedwongen. Muziek is gewoon iets leuks, waar je gelukkig van wordt. Waarom zou dat verboden zijn?"
Zakaria: "Gek toch hè, dat je dit onder jonge Marokkanen hier in Nederland toch veel tegenkomt? Ze hebben de neiging strenger te zijn dan hun ouders, de eerste generatie."
Khira: "Jij niet, gelukkig. Jij hebt me geleerd de muziek van Shaggy te waarderen."
Stelling nemen
Nog een stuk lastiger om zijn gedachten over te vormen, was het sjibbolet van deze tijd: homoseksualiteit. Zakaria gaf er eerder dit jaar een paginagroot interview over in De Limburger, na de aanslag op de homobar in Orlando, gepleegd door een moslim-radicaal.
Zakaria: "Ik vond dat ik een standpunt moest innemen tegen de radicale, gewelddadige ideeën die rondzongen. Er zijn islamitische geleerden die pleiten voor de doodstraf. Maar die baseren zich op bewaarde uitspraken van de Profeet waarvan de authenticiteit niet vaststaat.
"En in de Koran wordt, net als in de Bijbel, Sodom en Gomorra wel gestraft door God, maar dat is vanwege verkrachtingen en gewelddadigheden, niet vanwege de geaardheid op zich. Je kunt moslim én homo zijn, vind ik. Volgens mijn vader kan dat niet. Ik heb geprobeerd hem uit te leggen dat dat feitelijk ook gewoon niet klopt, er zijn nu eenmaal moslimhomo's. Maar dat is me niet gelukt."
Khira zet intussen stilletjes thee. Zakaria: "Ik ben voor het homohuwelijk. Ik ben voor acceptatie van homo's. Ik heb vrienden die homoseksueel zijn. Maar ik keur de daad niet goed - islamitisch gezien, volgens de teksten, is dat gewoon niet toegestaan. Die vrijheid is er in Nederland gelukkig ook, om daar anders over te denken, naast de vrijheid van homoseksuelen om zichzelf te zijn."
Bang
Thuis waren ze niet gelukkig met het artikel in de krant. Khira: "Ik vond het ingewikkeld. Toen ik het zag, heb ik hem meteen gebeld." Ze staat op, en pakt er een map bij met paperassen uit het leven van haar zoon - oude rapporten, knipsels. Daartussen ook het artikel. Zakaria: "Zie je hoe groot die letters zijn: 'Homoseksualiteit en islam'?
Khira: "Ik was het met je eens. Maar als je dat bekendmaakt - ik dacht: wat zouden anderen daar wel niet over denken?"
Zakaria: "Mijn vader was nog banger. Hij dacht dat er iets met me zou gebeuren, vanuit de radicale hoek. Dat heeft hij overschat. Ik ben wel wat gewend in debatten, ik voer die zo vaak. Het loopt nooit uit de hand, het wordt nooit persoonlijk. Hoewel, in de Randstad gaat het er ruwer aan toe. Daar zijn moslimjongeren heel fel. En spelen ze op de man. Hier in Limburg is het gemoedelijker. De moskeeën zijn goed georganiseerd: het is duidelijk wie de baas is, misschien scheelt dat."
Khira: "Ik heb er niets over gehoord, van niemand. Ja, alleen van Nederlandse vrienden, en die waren heel positief."
Zakaria: "Ik moet bekennen dat ik zelf banger was voor de reacties vanuit de Partij van de Arbeid. Maar het is me al met al heel erg meegevallen."
Tot Khira op haar 27ste naar Nederland kwam, had ze nooit over homoseksualiteit gehoord. "Het was gewoon onbekend. Ik hoorde het hier voor het eerst.
"Maar er was zoveel meer nieuw voor me. Alles, echt alles was anders, heel anders. Ik was gewend dat je een blinde helpt de straat over te steken. Dat hoor je te doen. Dus probeerde ik dat hier een keer, bij een blinde man, maar hij schudde me zo, hup, van zich af: 'Laat me los joh'." Ze trekt een gezicht. "Het was een schok. Ik begreep het niet: had ik dat niet moeten doen? Vrienden legden het me uit, en langzaam ben ik het gaan begrijpen. Nee, die mensen proberen zelfstandig te zijn. Ja, dacht ik, natuurlijk, daar zit ook iets in. Dat vond ik heel interessant, om het zo te leren zien."
God is leuk
Van dwang is thuis geen sprake geweest, zegt Zakaria. "Vriendinnetjes waren ook geen probleem."
Khira kijkt hem veelzeggend aan. "De tafel is altijd gedekt voor gasten, dat weet je."
Khira: "Tijdens het koken waren we dan ook wel eens samen de Koran aan het reciteren, weet je nog? Herhalen, herhalen, dat is belangrijk."
Zakaria: "Mijn vader heeft de koranschool opgericht, waar we op zondagen naartoe gingen om soera's uit het hoofd te leren. Je hoort toch altijd over de stokjes waarmee geslagen werd? Bij ons was er ook een leraar die dat deed, en die is weggestuurd. Mijn vader deed niet aan straf. We kregen juist altijd snoepjes als beloning wanneer we een paar verzen kenden. Daar werden de andere leraren wel eens gek van. Nee, voor ons was het allemaal een feest. Wij konden bijvoorbeeld niet wachten tot het weer ramadan was."
Khira: "Je moet het leuk maken voor kinderen, met cadeautjes. God is iets leuks."
Zakaria: "Godsdienst is ook dankbaarheid aan je Schepper. Een soort verplichting, maar niet in de zin dat het opgelegd is vanuit de gemeenschap."
Khira: "Dat is hoe mijn ouders het mij ook hebben geleerd. Dat is ook hoe God is. Hij straft niet, maar hij beloont en stuurt. Zo ken ik hem."