Fratelli Tutti
Paus Franciscus maakt zijn politieke testament op en neemt daarbij populisten, kapitalisten en anderen onder vuur
In zijn nieuwe encycliek spreekt paus Franciscus zich uit voor een ruimhartig migratiebeleid en tegen populisme, kapitalisme en de rechtvaardige oorlog.
Hoe moet de wereld er na de coronacrisis uitzien? “De paus laat het realisme varen en schrijft zijn eigen ‘I Have a Dream’”, zegt Paul van Geest, hoogleraar kerkgeschiedenis in Rotterdam en Tilburg. Hij verwijst naar de beroemde rede van Martin Luther King.
In de sobere basiliek bij het graf van de 13de-eeuwse Sint Franciscus van Assisi, droeg de paus zaterdagavond de mis op en tekende zijn derde encycliek, ‘Fratelli Tutti’ (‘allemaal broeders’). De titel is ontleend aan de heilige Franciscus, met wie de paus zich verwant voelt; hij noemde zich naar hem en koos ook voor zijn vorige, ‘groene’ encycliek een Franciscus-citaat als opschrift.
“De paus richt zich tot alle mensen, niet alleen wereldleiders of bisschoppen”, zegt franciscaan Roland Putman uit Den Bosch. Hij is best trots dat de paus Assisi uitgekozen heeft om zijn encycliek wereldkundig te maken. Putman bespeurt er de franciscaanse inspiratie in: met een nadruk op dialoog en gevoel voor de kwetsbaarheid van de mens.
De paus vreest een terugval in consumentisme en zelfzucht
De paus vreest, schrijft hij, ‘donkere wolken’ na de coronapandemie, een terugval in ‘consumentisme en zelfzucht’. Daartegenover schetst hij een vergezicht dat als zijn politieke testament kan worden gezien. Waarnemers noemen het een ‘democratisch socialistisch manifest’.
Confronterend is het zeker, beaamt Van Geest, sinds kort lid van de Pauselijke Theologische Academie. “Nooit eerder is de katholieke sociale leer zo radicaal verwoord. Maar als je er het etiket ‘links’ op plakt, dan negeer je de oproep om iedereen als familie te zien. En dat is een oerchristelijke gedachte.”
Deze encycliek is dik, maar opvallend toegankelijk geschreven. Niet alleen voor katholieken, maar voor iedereen leesbaar. De schrijvers ervan, aldus Van Geest, zijn dan ook geen diplomatieke curiekardinalen met meel in de mond, maar mensen die met vluchtelingen hebben gewerkt.
In Fratelli Tutti bekritiseert de paus vrijemarktkapitalisme en populisme. Iedereen, benadrukt hij, heeft het recht om zijn geluk elders te zoeken, want rechten hebben geen grenzen. Van een ‘cultuur van muren’ moet hij niets weten, migranten dienen verwelkomd te worden en uitzicht te hebben op het burgerschap van hun nieuwe land. In dit verband pleit de paus voor een wereldomspannend beleid en voor een forse rol voor de VN.
Deze paus heeft weinig op met natiestaten
Van Geest: “Deze paus heeft weinig op met natiestaten. En hij redeneert niet vanuit de haves, de rijken, maar vanuit de have-nots. Omdat ze samen wereldwijd één gezin vormen, allemaal kinderen van God, hebben ze voor elkaar te zorgen. Broederschap is rechtvaardigheid. Politici zijn er niet om de belangen van hun land te dienen en grenzen te bewaken, maar voor de charitas, de zorg voor wie het slecht getroffen heeft.” Dat heeft vergaande politieke implicaties, erkent Van Geest. “Wie de slogan ‘eigen land eerst’ huldigt, raakt daardoor vast geïrriteerd.”
Paus Franciscus breekt met de overtuiging dat een oorlog rechtvaardig kan zijn, een idee dat sinds de 14de eeuw gemeengoed was. “Dat is een keerpunt in de kerkgeschiedenis”, zegt Van Geest. In de geest van Franciscus van Assisi hamert de paus bij conflicten op de kracht van het woord, op arbitrage, mediatie, overleg. Naar de wapens grijpen is uit den boze. Door deze encycliek is het onmogelijk nog een legitimering voor oorlog te vinden.
CDA-Kamerlid Martijn van Helvert vindt het ‘heel goed’ dat de paus zich uitspreekt over wereldomspannende kwesties zoals oorlog, migratie en de rol van natiestaten. De richting waarin de paus het zoekt, ziet Van Helvert als “een ideaal, en ik heb niet de behoefte dat af te vallen”.
Lees ook:
Je zou het bijna vergeten, maar de paus leidt nog altijd een kerk
Paus Franciscus is nadrukkelijk aanwezig tijdens de coronacrisis. Ondertussen neemt onder progressieve katholieken heel voorzichtig het gemor toe. Ze zijn bang dat deze hervormingspaus in alles wat hij doet één ding vergeet: hervormen.
Ook paus Franciscus geeft vrouwen geen échte macht in de kerk
Begin deze maand benoemde paus Franciscus in één klap zes vrouwen in een belangrijke Vaticaanse raad. Is hier sprake van een doorbraak of blijft de rooms-katholieke kerk toch vooral een mannenbolwerk als het om macht gaat?