Theologisch ElftalSaamhorigheid
Moet en kan een kerk de kloven in onze samenleving dichten?
Kerken moeten zich inzetten om de kloven in de samenleving te slechten, bepleitte Mechteld Jansen in deze krant. Is dat inderdaad de taak van de kerken, en kunnen ze dat ook?
Afgelopen vrijdag was in deze krant een interview te lezen met Mechteld Jansen, afzwaaiend rector van de Protestantse Theologische Universiteit en hoogleraar missiologie. Ze uitte haar zorgen over de verschillende kloven die door onze maatschappij lopen, met name die tussen het volk en de elite. Op één plek worden zulke kloven nog even doorbroken, zag ze: op de ijsbaan. Daar zijn alle Nederlanders ongeacht afkomst, gender of klasse voor even gelijk. Onze samenleving heeft meer van zulke ijsbanen nodig, zegt ze, want deze maatschappelijke kloof wordt steeds groter. Daarbij roept ze kerken op om die rol op zich te nemen. Want gaat het er in het evangelie niet juist om dat er grenzen worden doorbroken?
“Ik vind het een sympathiek beeld, die ijsbaan”, zegt Hanneke Ouwerkerk, predikant van de Protestantse Kerk in Nederland te Schoonhoven. “Hier om ons huis is ook allemaal water, en toen het afgelopen winter vroor, waren er onmiddellijk allemaal schaatsers. Het is prachtig om te zien hoe ijs dan even samen bindt. Blijkbaar hebben we daar enorm behoefte aan. Tegelijkertijd is die saamhorigheid van de ijsbaan ook wel erg gemakkelijk. Op de ijsbaan ben je voor even uit je gewone verhoudingen, maar dat is nog iets anders dan werkelijk samenleven. Als ik iets leer van de kerkelijke praktijk is het wel, dat echt samenleven verschrikkelijk complex is.”
Alain Verheij, theoloog en schrijver: “De kerk is inderdaad helemaal niet gevrijwaard van die maatschappelijke kloven. Het valt mij vooral op bij kerkgebouwen die worden gedeeld door gemeenschappen. Dan komen om tien uur ’s ochtends de vrijzinnige zeventigplussers hun dienst doen met het liedboek en een orgel. En om twaalf uur komen de jonge migrantengezinnen een eigen viering houden met evangelische liederen en een band. De kerk is dus ook gesegregeerd, naar afkomst, sociale klasse, enzovoorts.
“Tegelijkertijd is er in de kerk natuurlijk wel een heel sterk besef dat dat eigenlijk niet goed is. In Paulus’ eerste brief aan de Korintiërs beklaagt hij zich erover dat sommige mensen zich tijdens de maaltijd van de Heer volvreten, terwijl armere gemeenteleden niets krijgen. Je ziet daar dus iets van de vroeg-christelijke praktijk: er waren toen ook al groepjes van ‘ons soort mensen’ bij elkaar. Maar je ziet daar ook iets van het vroeg-christelijke ideaal: mensen uit meerdere maatschappelijke lagen moeten samenkomen in de kerk. In die zin roept het evangelie ons wel op om actief grenzen te doorbreken.”
Ouwerkerk: “Er zijn natuurlijk heel veel aanknopingspunten in het evangelie om zo kerk te zijn. Maar ik aarzel wel om het evangelie te duiden als grensoverschrijding als zodanig. Dat vind ik nogal wat. De behoefte aan het doorbreken van grenzen zegt ook juist iets over onze moderne samenleving. Wij zijn de hele tijd ontzettend bezig met grenzen stellen. Kijk naar de discussie rondom de vertaling van Amanda Gorman. Eerst zou Marieke Lucas Rijneveld dat doen, nu heeft Zaïre Krieger dat gedaan. In die discussie gaat het steeds over grenzen: wie mag wél vertalen, wie mag dat niet, en welke criteria gelden dan? Dat is echt ook iets van onze tijd, een actuele discussie waar ik niet zomaar een oplossing zou kunnen verzinnen. Ik zou er dus wel voor willen waken dat we het evangelie niet te veel versmallen tot een oplossing voor ons actuele probleem.”
Verheij: “Maar het ís toch ook een probleem? Het feit dat Mechteld Jansen naar een ijsbaan moet verwijzen, maakt al duidelijk hoe zeldzaam die momenten worden dat we elkaar in de maatschappij ontmoeten. Het vriest nog maar zelden in ons land. En tegelijkertijd zit het doorbreken van sociale begrenzingen in het DNA van de kerk, dus ik vind het niet gek dat daar een speciale taak ligt. Niet dat de kerk het per se beter doet, maar het ideaal van een inclusieve samenleving is wel echt door en door christelijk. En uiteindelijk ontstaat zo’n samenleving niet tijdelijk en toevallig zoals op een ijsbaan, maar is er een werkafspraak nodig. Dat is precies wat de kerk doet: juist in de pijnlijke realiteit spreken we met elkaar toch iedere keer af dat we elkaar willen zien als broeders en zusters. We zijn niet gelijk of één, maar we moeten het wel zijn.”
Ouwerkerk: “Van Bonhoeffer (de Duitse theoloog en verzetsman, red.) heb ik geleerd: de wereld is met God verzoend. Het draait niet om de kerk, maar om de hele wereld. De enige taak die de kerk heeft, is te getuigen van het feit dat de wereld bij God hoort. Ik vind dat een heel belangrijk inzicht, en het maakt me terughoudend om de kerk te snel relevant te willen maken voor de actuele zorgen van de samenleving. Dat kan de kerk niet, want ze is zelf net zo goed onderdeel van de samenleving. Maar het is haar taak ook niet. Het is haar taak om sacramenten te vieren, de schriften te lezen, de lofzang gaande te houden, en daaruit te leven. Natuurlijk hoort bij dat leven dan ook dat bepaalde grenzen doorbroken worden. Maar hoe en wat er dan precies gebeurd, dat weet je van tevoren niet. Dat ontvang je. ”
Verheij: “Dat vind ik een mooie gedachte. Dan zeg je eigenlijk: we kunnen er geen strategie van maken, en er is nog zoiets als genade. Daar ben ik het wel mee eens. Maar ik zou dan wel naast die sacramenten en de lofzang ook die andere opdracht noemen: zoek het koninkrijk van God. Dat doet de kerk in haar samenleven, in hoe ze als kerk gemeenschap is. Die zoektocht kán lukken, die inclusiviteit en diversiteit kunnen we vinden, maar het is elke keer weer genade. Het is steeds weer een wonder als het lukt. Maar, zeg ik dan ook, de kerk heeft wel de opdracht om in wonderen te geloven.”
In het Theologisch Elftal reflecteren twee godgeleerden uit een poule van elf op de actualiteit. Lees hier eerdere afleveringen terug
Lees ook:
‘Volk en elite raken elkaars leefwereld nauwelijks meer aan’
Mechteld Jansen (1960) zwaait af als rector van de Protestants Theologische Universiteit. Theologie, vindt ze, heeft een belangrijke taak in het dichten van de kloof tussen volk en elite. ‘Mijn drijfveer is altijd geweest: weiger het wantrouwen.’