null Beeld

ColumnStijn Fens

In de kou, uit de kou?

Stijn Fens

Deze week herlas ik het boek In de kou uit 1969. Een verslag van urenlange gesprekken van Godfried Bomans met vriend en geloofsgenoot Michel van der Plas over hun katholieke jeugd (en ‘hoe het hun verder verging’, om de ondertitel te citeren).

Ze waren allebei in hun tijd bekende Nederlanders, beter gezegd bekende katholieke Nederlanders (BKN’ers).

Van der Plas (1927-2013) maakte faam als dichter en later tekstdichter van Wim Sonneveld-klassiekers als Tearoom-tango en Frater Venantius. Hij werkte bij Elsevier Weekblad, maakte het Tweede Vaticaans Concilie van dichtbij mee en schreef met Uit het rijke Roomsche leven de definitieve kroniek van de gouden tijd van het katholicisme in ons land.

‘Had mijn vrouw maar één zo’n been’

Godfried Bomans (1913-1971) behoeft minder introductie. Hij was schrijver, columnist en een van de eerste mediapersoonlijkheden van ons land in een tijd dat RTL Boulevard nog niet bestond. Zijn gevoel voor humor en improvisatievermogen maakten hem tot een populaire gast in tv-shows. Dat hij een groot schrijver was staat nu wel vast, maar die status bleef lang verborgen door grappen als ‘had mijn vrouw maar één zo’n been’ (over de Duitse actrice en zangeres Marlene Dietrich).

In dat boek In de kou komt van alles langs uit het Rijke Roomse Leven, dat in 1969 bezig was te verdwijnen als sneeuw op het grasveld van je tuin na een radicale temperatuurstijging. Aan de zekerheden van het geloof werd getwijfeld. Ook door Bomans en Van der Plas.

In een van hun eerste gesprekken nemen ze het credo door dat ze nog altijd elke zondag bidden. Die geloofsbelijdenis zou de kernpunten van hun geloof moeten bevatten. Maar kunnen ze op elke regel nog ja zeggen?

Bomans: “Nee”. Van der Plas, even verderop, terwijl hij regel voor regel af gaat: “In het eeuwig leven. Vraagteken. In de verrijzenis uit de doden. Vraagteken; voor mij, hoor.”

Vlijmscherpe Bomans

Kerkhistoricus Peter Nissen herlas In de kou in 2009 en karakteriseerde het boek als volgt: ‘Ontroerend en – zo vermoed ik – voor velen ook herkenbaar is vooral de vaststelling van Bomans en Van der Plas dat zij veel zaken die zij in hun jeugd met een kinderlijke eenvoud voor waar aannamen, nu eenvoudigweg niet meer konden geloven. Voelden zij zich daarmee in de kou staan? Zeker wel. Maar zij herkenden ook bij veel tijdgenoten voor wie de kerk definitief verleden tijd was geworden, een gevoel van in de kou te staan en toch naar warmte te zoeken.’

De kerk verloor daarna razendsnel het monopolie op troost en warmte. In 2023 staat inmiddels in veel kerken de verwarming uit, maar dit heeft een andere reden.

Toen ik het boek herlas, viel mij op hoe vlijmscherp met name Bomans is. De man die zich vaak maar moeilijk laat raden, is hier directer dan ooit. Was dat massaal beleefd geloof uit zijn jeugd wel honderd procent echt geweest? “Ik weet het niet”, zegt hij. “Het kan ook zijn dat het iets gezamenlijks is geweest, waarbij de persoonlijke confrontatie met de waarheid geschuwd werd. Dat kwam niet te pas. Iedereen ‘deed’ het gewoon, omdat er zoveel vormen waren waarin je kruipen kon.”

Prachtig geformuleerd. Het geloof als collectief vormenspel, waarin het geheim onuitgepakt werd doorgegeven.

Zijn we uit de kou?

Peter Nissen vraagt zich aan het eind van zijn beschouwing uit 2009 af of de katholieke gemeenschap er sinds het verschijnen van In de kou iets op vooruit is gegaan. Zijn we uit de kou? Mogen mensen die vragen stellen bij de regels van de kerk meer meedoen dan in 1969? Nissen geeft het antwoord niet expliciet, maar ‘huivert’ en steekt een kaars aan.

Deze week was het tien jaar geleden dat paus Franciscus werd gekozen. Ik denk dat Nissen het met mij eens is dat de kou inmiddels goeddeels uit de kerk is verdwenen onder de huidige paus. Al beweren zijn tegenstanders anders.

Ze reppen over de grote verdeeldheid in de Moederkerk – hetgeen me overdreven lijkt – en verlangen terug naar de vorige paus en het collectief vormenspel van lang geleden. Terwijl het daar in het geloof volgens mij uiteindelijk niet om draait. Dat hadden Bomans en Van der Plas al in 1969 door.

Bomans: “Och, zo staan er over de hele wereld naamlozen bij de vuilnisbakken van de mensheid de boel bij mekaar te harken en te verzorgen. Dat is toch een aspect van de kerk dat we niet onvermeld mogen laten, vind je niet?”

Van der Plas: “Dat is zo. Het is wat je de triomf van de naastenliefde zou kunnen noemen.”

Trouw-redacteur Stijn Fens volgt de katholieke kerk al decennia op de voet en schrijft columns over het geloof en zijn persoonlijk leven. Lees ze hier terug.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden