De zinzoekerBurn-out
‘Ik vind mijn werk als huisarts fantastisch, maar hoe zorg ik dat het me niet te veel wordt?’
Een zinvol leven, dat wil iedereen wel. Maar wat is dat? De zinzoeker verkent antwoorden op alle mogelijke vragen over zingeving. Deze aflevering: hoe hou ik plezier in mijn werk zonder dat het te veel wordt?
Vraag:
Ik werk al twintig jaar als huisarts en ben afgelopen najaar in een burn-out beland. Ik vind mijn vak fantastisch! Ik hou van de dynamiek, van snel een oplossing voor een probleem zoeken en van de waardevolle contacten die ik heb met mijn patiënten die ik al lang ken. Toch was er blijkbaar iets te veel. Wat moet ik veranderen om de komende tien jaar weer met plezier mijn vak te kunnen uitoefenen?
Burned-out huisarts
Antwoord
U schrijft zeer enthousiast over uw vak, maar toch zoekt u de bron van de burn-out in uw vak. Dat sluit aan bij de definitie van de WHO, de Wereldgezondheidsorganisatie, die een burn-out uitsluitend koppelt aan werk. Over die definitie is discussie, want zo sluit je stress door de combinatie van werk en mantelzorg uit. Kort door de bocht noemt men als oorzaken van een burn-out: niet snel om hulp kunnen vragen, moeilijk ‘nee’ kunnen zeggen, je te sterk betrokken voelen, zeer gemotiveerd zijn en veel van jezelf eisen. Nogal wat oorzaken liggen op het gebied van werk.
Zingeving is in onze tijd vooral zinmaking. Vroeger kregen gelovigen de zin van boven aangereikt, was zingeving eigenlijk zinkrijging. Maar sinds de secularisatie geldt voor de meeste Nederlanders dat ze dagelijks zin moeten maken. En bij een burn-out is dat deksels lastig, zeker als je moet gissen naar de oorzaak waarom je geen fut meer hebt, en dus ook geen zin meer.
U schrijft: ‘Ik vind mijn werk fantastisch!’ Dat is niet mis. Ik werk graag, maar fantastisch is een wel erg enthousiaste uitroep. Ik vermoed dat de oorzaak van uw burn-out juist in uw enthousiasme ligt. Uw werk heeft zin, en u heeft zin in uw werk – tenminste, tot een half jaar geleden. Velen zijn hier jaloers op.
Uw beschrijving doet mij denken aan een uitspraak van Simon Sinek, een beroemde inspirator op het gebied van leiderschap en management. ‘Iedereen weet wat hij doet, een gedeelte weet hoe hij het doet, maar weinigen weten waarom hij het doet.’ Het cliché wil dat de ‘waaromvraag’ – Sineks derde stap – bepaalt of je een zinvol leven hebt. Wie de waaromvraag kan beantwoorden, weet namelijk wat de betekenis is van zijn werk, wat het doel is.
Afbakenen
Dat is een beperkte opvatting van zingeving. Er zijn in Nederland twee sectoren waar de werknemers de ‘waaromvraag’ moeiteloos weten te beantwoorden: de zorg en het onderwijs. Laten dat nou net sectoren zijn waar burn-outs vaak voorkomen. Onderzoek uit 2021 wijst uit dat 97 procent van de ondervraagde artsen en 99 procent van de verpleegkundigen ooit getroffen is door burn-outverschijnselen.
Zingeving is méér dan de waarom-vraag. Zingeving heeft ook een rationele kant, of je in staat bent te verwoorden wat je moet doen. Bij werknemers die zeer enthousiast zijn over hun werk geldt iets anders: zij kunnen hun taken wel verwoorden, maar zijn slecht in het afbakenen ervan, en dat behoort ook tot de rationele kant van zingeving.
Het prachtige woord ‘afbakenen’ is afkomstig van ‘baeck’ of ‘baken’ dat vuurtoren betekende, maar ook wel sein, teken, signaal. Baeckens waren tekens voor de scheepvaart, vaak van vuur, om ervoor te zorgen dat schepen niet op de kust liepen.
Het is begrijpelijk dat zorgmedewerkers hun werk slecht afbakenen: je stuurt een patiënt toch niet naar huis omdat je werktijd erop zit? Daarvoor zijn de klachten van een patiënt toch te belangrijk? Trouwens, je kunt de administratie best in de avonduren doen. Uit hetzelfde onderzoek naar burn-out blijkt dat 77 procent van artsen en 72 procent van verpleegkundigen voelt dat de grote hoeveelheid bureaucratische taken bijdraagt aan uitputtingsverschijnselen.
Zand in de ogen
U bent bevoorrecht dat u de waaromvraag van uw werk kunt beantwoorden. Maar dat voorrecht strooit u mogelijk zand in de ogen: u verwaarloost de rationele kant van zingeving, en vangt geen signalen op als u over grenzen gaat.
Het spreekwoord luidt: ‘Als het getij verloopt, moet men zijn bakens verzetten’. Dat betekent: wanneer de omstandigheden veranderen, moet je maatregelen nemen. Het getij verandert continu, ook voor u, al is het maar omdat u met de jaren fysiek minder sterk wordt. Om opnieuw zin te kunnen maken, is het zaak te ontdekken welke taken er afgelopen jaren bij zijn gekomen, en welke u zwaar vallen.
Uw gevoel kan de ratio terzijde staan: als we denken aan wat ons te doen staat, voelen we bijna instinctief of we hier zin in hebben. Schrijf dat op, en loop die lijst punt voor punt kritisch langs. Zolang u zich uitgeput voelt gaat dat niet, want dan zie je tegen elke taak op. Daarom is het zaak eerst afstand te nemen – wat lastig is voor mensen die enthousiast over hun vak vertellen. En dan van een afstandje kijken welke bakens hoe verzet moeten worden om met plezier naar uw pensioen toe te kunnen werken.
Heeft u ook een kwestie voor De zinzoeker? Stuur deze, voorzien van een korte toelichting, naar: dezinzoeker@trouw.nl.
Lees ook:
Ben ik in een bulsshitbaan beland? En hoe kom ik hier weer uit?
Eerder kreeg De zinzoeker de vraag of iemand die een reorganisatie meemaakte, en steeds meer aan marges moest gaan denken, in een bullshitbaan was beland. Lees hier het antwoord.