Dick Zijp is cultuurwetenschapper en humoronderzoeker. Hij ziet een beweging naar rechts in het cabaret. Beeld Martijn Gijsbertsen
Dick Zijp is cultuurwetenschapper en humoronderzoeker. Hij ziet een beweging naar rechts in het cabaret.Beeld Martijn Gijsbertsen

InterviewCabaret

Hoe ver kun je gaan met humor?

Nederlands cabaret werpt zich vaak op als maatschappijkritisch. Met cabaret kun je het publiek laten nadenken over maatschappelijke problemen. Maar kan cabaret de wereld veranderen, of is dat een illusie?

Laura Molenaar

Micha Wertheim loopt halverwege zijn voorstelling Micha Wertheim voor de zoveelste keer weg van de microfoon. Hij was bezig met een tirade over Facebook, maar lijkt plotseling moe geworden. Terwijl een geluidsopname gewoon verder gaat met zijn tirade gaat hij aan de zijkant van het toneel zitten, en trekt de stekker uit de microfoon. Het wordt stil. Zo’n grap is een oude truc die altijd werkt, legt Wertheim uit: lever kritiek op een nieuwe ontwikkeling waar nog niet iedereen aan meedoet, zodat het publiek zich goed voelt over zichzelf, want zíj doen niet mee met die hijgerige sociale media. Of ga lekker tekeer tegen maatschappelijk onrecht. “Dat zit meestal wel goed, omdat de zaal ook al denkt van, hee, onrecht, dat deugt niet.”

Cabaretiers als Wertheim vragen zich hardop af wat je met cabaret eigenlijk kunt bereiken. Moet je het publiek aan het lachen maken, of ze ook aan het denken zetten? Kún je als cabaretier wel een verandering teweegbrengen, of is dat een illusie?

Cultuurwetenschapper Dick Zijp promoveerde vorige week aan de Universiteit Utrecht op zijn onderzoek naar Nederlands cabaret. Het is een interessante tijd voor zulk onderzoek, omdat het theater steeds meer een toneel voor maatschappelijke strijd lijkt te worden. Die discussie lijkt verder te verharden met aanvallen op ‘woke’ en verwijten dat je tegenwoordig nergens meer grappen over mag maken.

Cabaret voor domme mensen? Dat is elitair

Zijp woont in een klein appartement in Amsterdam. Een eettafel past niet in zijn woonkamer, want twee muren worden bijna helemaal in beslag genomen door hoge boekenkasten vol literatuur en beeldmateriaal over cabaret: van liedteksten van Annie M.G. Schmidt en boeken van Wim Sonneveld tot een biografie over Toon Hermans en een oud proefschrift over cabaret (Van de lach tot de traan – het cabaret sociologisch bekeken).

Toen hij tiener was, wilde hij zelf cabaretier worden, vertelt Zijp. Als kind trok hij het clownspak en zijn moeders oude jurken uit de verkleedkist en trad graag op. Maar toen hij theaterwetenschappen ging studeren begreep men zijn liefde voor cabaret niet zo goed. Zowel docenten als medestudenten raadden hem af daar onderzoek naar te doen. Zou je dat nou wel doen? “Daarmee suggereerden ze dat cabaret een beetje voor domme mensen is. Dat is wel een heel elitaire houding,” zegt Zijp.

Het idee dat cabaret geen serieus onderwerp is, wijst Zijp resoluut van de hand. Het weerspiegelt juist wat er in de samenleving speelt. Zijp ziet de afgelopen twintig jaar een verandering in het cabaret, in het verlengde van de maatschappelijke veranderingen: een beweging naar rechts, in het kielzog van Fortuyn. “Ik denk dat een deel van de cabaretiers daarin is meegegaan en meer expliciet rechts cabaret is gaan maken. Theo Maassen bijvoorbeeld. Of Youp van ’t Hek. Die kwam in 2017 in opspraak nadat hij het woord ‘pisnicht’ in een van zijn columns had gebruikt, maar hij gebruikte dat woord al in 2007 in een van zijn voorstellingen.”

Dick Zijp: 'Veel politieke discussies worden nu uitgevochten via de humor'.  Beeld Martijn Gijsbertsen
Dick Zijp: 'Veel politieke discussies worden nu uitgevochten via de humor'.Beeld Martijn Gijsbertsen

Cabaretiers liggen nu meer dan vroeger onder een vergrootglas

Cabaret reageert op de samenleving, maar kan cabaret ook invloed uitoefenen op de samenleving? Met die vraag worstelen cabaretiers als Micha Wertheim nu, maar ook vroeger was engagement een punt van discussie. Zijp wijst er in zijn onderzoek op dat we ons de jaren zestig en zeventig weliswaar herinneren als typisch zo’n tijd waarin cabaretiers de autoriteiten op de hak namen – de tijd van de provo’s en protest tegen het burgerlijk gezag – maar dat dat beeld niet helemaal klopt. Terwijl Robert Long, Boudewijn de Groot en het collectief Neerlands Hoop inderdaad stelling namen tegen bijvoorbeeld de oorlog in Vietnam, distantieerden andere cabaretiers die als ‘links en activistisch’ gezien werden zich juist van al te activistische sentimenten. Zo zong de groep Don Quishocking een taboedoorbrekend lied over kanker, maar ook het nummer Dankzij het cabaret, waarin ze de spot drijven met het idee dat de maatschappij ‘dankzij het cabaret’ kan veranderen.

Toch is er wel een verschil tussen activistisch cabaret toen en nu. De afgelopen jaren zijn traditioneel achtergestelde groepen veel zichtbaarder geworden in de samenleving, en die uiten kritiek op grappen over bijvoorbeeld ‘pisnichten’, legt Zijp uit. “In mijn onderzoek heb ik dat ‘de repolitisering van humor’ genoemd: dat veel politieke discussies nu uitgevochten worden via de humor. En dat betekent ook dat cabaretiers nu meer dan vroeger onder een vergrootglas liggen.

In reactie daarop zijn sommige cabaretiers, zoals Hans Teeuwen, een ander soort cabaret gaan maken. Vroeger overschreden ze grenzen en doorbraken ze taboes; Hans Teeuwen stond bekend om zijn harde en grove grappen. Zo is er die beroemde scene uit 2003 waarin hij doet alsof hij koningin Beatrix seksueel vernedert. Nu is de humor van cabaretiers als Teeuwen defensiever geworden; ze verdedigen op het toneel het recht om zulke grappen te maken.”

Humor kán gevaarlijk zijn

Zijp keurt rechtse humor overigens niet af; hij benadrukt dat hij als onderzoeker beschrijvend te werk wil gaan, en hij vindt het goed dat er verschillende soorten humor naast elkaar bestaan. “Ik denk dat er zeker een publiek zal blijven bestaan voor het grensoverschrijdende cabaret van Theo Maassen of Hans Teeuwen. Maar ik denk ook dat het goed is als mensen zich ervan bewust zijn dat sommige vormen van humor serieuze consequenties kunnen hebben.”

Want humor kán gevaarlijk zijn, zegt Zijp. Wanneer humor negatieve stereotypen bevestigt, bijvoorbeeld wanneer homo’s worden neergezet als verwijfde mannen of moslima’s als buitenstaanders, worden ongelijkheden in stand gehouden. “Humor kan beide kanten op werken: het kan de macht aanvallen, maar de macht ook bevestigen.

Het argument dat een buitenstaander er juist bij hoort als je grappen over hem, haar of hen kunt maken vindt Zijp lastig. “Daarmee ontken je dat er al bepaalde machtsverhoudingen zijn op het moment dat je een grap maakt. Ik denk dat cabaretiers en het publiek dat soms vergeten, dat cabaretiers zelf ook een machtspositie hebben.”

Claudia de Breij is de laatste jaren activistischer geworden

Er zijn ook cabaretiers die expliciet verbindende humor gebruiken, zoals Claudia de Breij en Tim Fransen. Dat type cabaretier probeert maatschappelijke tegenstellingen te overbruggen. De Breij vertelde in haar voorstelling Teerling bijvoorbeeld dat ze Kees van der Staaij op Twitter had uitgescholden nadat die homoseksueel co-ouderschap had afgekeurd. In de voorstelling presenteerde ze zichzelf als onredelijk en overemotioneel, terwijl ze Van der Staaij prees, omdat hij haar na die boze tweet op de koffie had uitgenodigd. “Maar het is interessant om te merken dat De Breij de laatste jaren weer activistischer is geworden. Nadat Van der Staaij de Nashvilleverklaring had ondertekend, waarin homoseksualiteit en transgenderisme werd bestempeld als zondig, heeft ze publiekelijk afstand van hem genomen.”

Verbindende cabaretiers zien zichzelf als begeleider van maatschappelijke veranderingen, vertelt Zijp, maar dat hoeft niet te betekenen dat hun humor soft is, of politiek correct. “Het is niet zo dat harde humor per definitie behoudend is.” Hij noemt de Australische Hannah Gadsby en de Nederlandse Patrick Nederkoorn als voorbeelden van linkse cabaretiers die toch spanning creëren in hun voorstellingen. En uit onderzoek blijkt dat de meeste mensen grappen die geen enkele morele of sociale grens overschrijden niet leuk vinden, legt Zijp uit. Maar we willen ook niet dat die grens te ver overschreden wordt.

“Cabaretier zijn is ook een ingewikkeld beroep, want je bent met grenzen aan het spelen, en soms kun je daar kritiek op krijgen of kan het even misgaan, maar dat is denk ik juist ook de kunst. Godfried Bomans zei ooit over Wim Sonneveld dat die heel goed wist hoe ver hij te ver kon gaan. Ik denk dat dat een mooi motto is voor de kunst van het cabaret: dat je weet hoe ver je te ver kan gaan.”

Lees ook:

Praten over klimaat via cabaret is koorddansen: ‘Je wilt niet te activistisch zijn, maar ook niet te lollig’

Wat beweegt een milieuactivist? Om daarachter te komen, nam Cor Burger van theaterduo Piepschuim, een kijkje bij Extinction Rebellion. Hij sloot zich prompt aan. ‘Ik kan toch niet tegen mijn kinderen zeggen dat papa dacht dat het wel genoeg was om liedjes te schrijven over de klimaatcrisis?’

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden