Erdogan beheerst Turkse moskeeën, daar verandert Den Haag niets aan
Zorg dat Nederlandse moskeeën niet langer gefinancierd worden door Erdogan. Inmenging vanuit Ankara staat integratie in de weg, stelt de Tweede Kamer. Turkoloog Erik-Jan Zürcher vindt de oproep begrijpelijk. 'Maar realistisch is ze niet.'
In de motie stelt Buma dat Turkije via Diyanet, het presidium voor godsdienstzaken, ongewenste invloed op de Nederlandse samenleving' uitoefent, omdat het imams in Turks-Nederlandse moskeeën benoemt en betaalt.
Ongeveer de helft van de Turkse moskeeën in Nederland is verbonden aan Diyanet. Het presidium heeft geen kantoor in Nederland, maar wel een vertegenwoordiger: de Islamitische Stichting Nederland. De staf daarvan bestaat voornamelijk uit ambtenaren van de Turkse ambassade. Van 1997 tot 2006 dicteerde Diyanet letterlijk de tekst van de vrijdagspreken, de laatste jaren schrijft ze alleen de grote lijnen voor.
Die aanpak staat op gespannen voet met de scheiding van kerk en staat, vindt Buma. Hij wil dat de regering 'maatregelen' treft om de financiële aders door te snijden. Premier Rutte zei dinsdag in de Kamer dat zo'n ingreep zou indruisen tegen de godsdienstvrijheid, maar de meeste Kamerleden hebben daar geen boodschap aan. Onder meer CDA, PVV, ChristenUnie en SGP stemden vóór de motie, net als de VVD, Rutte's eigen partij.
De kans dat er van de motie iets terechtkomt is minimaal, verwacht turkoloog Erik-Jan Zürcher van de Universiteit Leiden. Hij spreekt van 'een hoop drukte over iets dat al dertig jaar het geval is'.
Dat het al lang zo gaat, betekent niet dat het altijd zo moet blijven.
Zürcher: "Nederland heeft hier nooit enig probleem mee gehad. Men vond het wel prettig dat er vanuit Turkije een gematigd soort staatsislam werd gepredikt. Den Haag zag het als tegengif voor eventuele radicalisering.
Dat er mensen zijn die daar bedenkingen bij hebben, kan ik goed begrijpen. Het is altijd een onzuivere situatie geweest. Je laat toch een buitenlandse mogendheid zich bemoeien met het religieuze leven van een deel van je burgers. Maar de vraag is of iets aan gedaan kán worden. De bezoekers van Turkse moskeeën hebben er geen problemen mee. En we hebben geen beter alternatief."
Hoe bedoelt u dat?
"Het meest voor de hand liggende alternatief is: hier in Nederland imams opleiden. Bezoekers van de moskeeën zouden dan hun salarissen moeten betalen. Die aanpak is geprobeerd, met de opleiding tot 'polderimam' aan hogeschool Inholland en een paar universiteiten. Maar er was te weinig animo. En de imams die de studie wel deden en afstudeerden, kwamen niet aan het werk.
Er is in Nederland maar één imamopleiding overgebleven, en dat is die van de orthodoxe Islamitische Universiteit Rotterdam. De rector daarvan heeft meermaals omstreden uitspraken gedaan en het instituut is verbonden aan de Nurcu-beweging. Ze is sterk pro-Erdogan. Je kunt je afvragen of dat nu zo'n sterk alternatief is."
Zijn de Diyanet-moskeeën voor Erdogan een belangrijk propagandakanaal?
"Een propagandakanaal zou ik het niet noemen. Erdogan zet moskeeën in Turkije nog wel eens in voor politiek gewin. Tijdens de mislukte staatsgreep liet hij de moskeeën via hun muezzins (de luidsprekers die de gebedsoproepen laten horen, red.) oproepen om de straat op te gaan en te protesteren.
In de Nederlandse preken heb ik nooit zulke expliciet politieke boodschappen gehoord. De invloed van Ankara zit hem in de onderwerpen en de waarden die de preken behandelen. Liefde voor het vaderland, trouw aan het leger - dat soort dingen. Dat veel Turken in Nederland pro-Erdogan zijn, komt waarschijnlijk vooral doordat in nauw contact staan met Turkije. Door wat ze horen van vrienden en familie, door de boodschappen die ze krijgen via de Turkse televisie."