null Beeld Suzan Hijink
Beeld Suzan Hijink

Excuses

‘Een filosoof moet niet alleen spijt betuigen voor een racistische uitspraak, hij moet erop reflecteren’

Uit het internetgeheugen dook een oud racistisch bericht op, gepost door filosoof Nick Bostrom. Hij heeft spijt van zijn uitspraak, maar is dat genoeg voor een filosoof van zijn statuur?

Lodewijk Dros

Een kwart eeuw geleden schreef een student een racistisch bericht op een internetforum: ‘Zwarten zijn dommer dan witten’. Het was zijn bijdrage aan een debat over wat ‘compromisloos’ is. Tegenwoordig is die student hoogleraar aan de Universiteit van Oxford. Zijn naam: Nick Bostrom. De filosoof van Zweedse komaf is internationaal vermaard door zijn werk over transhumanisme en kunstmatige intelligentie. Hij voorspelt dat robots de mens zullen overvleugelen.

Laatst is dat oude citaat opgediept uit de krochten van het wereldwijde web, en werd Bostrom weer geconfronteerd met zijn bericht uit 1997. Hij heeft zijn excuses aangeboden voor zijn ‘walgelijke mail’. “Die vertolkt en vertolkte mijn eigen opvattingen niet.” Dat hij zich toch zo had uitgelaten, was een misser en dat zag hij destijds al in, schrijft hij: ‘Ik heb me er toentertijd meteen voor verontschuldigd, binnen 24 uur’.

“Het is me een raadsel waarom hem dat citaat zou worden nagedragen”, reageert Denker des Vaderlands Paul van Tongeren. “Ik ben geen Bostrom-fan, maar dat staat hier los van. Hij heeft toch afstand genomen van dat foute citaat, nu en ook meteen al, in 1997? Je kunt hem er dus niet op blijven veroordelen.”

Herroepen is niet genoeg

Voor een doorsneeburger was dat genoeg geweest, zegt filosofe en ingenieur Martijntje Smits. Maar filosoof Bostrom komt daar wat haar betreft niet mee weg. “Filosofen buigen zich over ideeën en veronderstellingen, en hoe die veranderen. Ze hebben een reflexief beroep. Hij zou daarom niet alleen spijt moeten betuigen, maar moet zich ook afvragen ‘waarom heb ik dat überhaupt kunnen zeggen, waar kwamen die ideeën vandaan?’”

“Hij voerde indertijd als rationeel argument aan dat zwarten lager scoorden in IQ-tests”, zegt Smits. “Maar: dat is niet per se rationeel, want zulke tests zijn vaak met een racistisch vooroordeel opgesteld. Het zegt iets over zijn filosofische omgeving in de jaren negentig dat hij de uitkomst van zo’n test een objectief gegeven kon vinden. Daar zou hij op moeten reflecteren.

“In plaats daarvan zegt Bostrom in zijn excuusbericht: ik had me preciezer moeten uitdrukken. Hij nuanceert de IQ-tests waarop hij zijn redenering baseerde. Maar nuanceren is iets anders dan herroepen. Het zou mooi zijn als deze rel zou leiden tot een diepgaand onderzoek naar de racistische vooroordelen van de moderne filosofie.”

Vergeten

Bostrom had het liefste dat de woorden die de rel aanjoegen ‘dood en begraven’ waren. Maar eens gepost blijft gepost, ook een racistische uitglijder op je 24ste. Hij vreest dat zijn herroepen bericht alsnog ‘een kwaadaardige draai meekrijgt in lastercampagnes’ en zou willen dat met zijn spijtbetuiging de kous af is.

Dat vindt Van Tongeren niet reëel. “Wat gebeurd en gezegd is, is niet voorbij. Vergeten kun je dat niet, en dat is maar goed ook. De herinnering is juist nodig om er een nieuwe betekenis aan te geven. Hoe? Door wat erop volgt of hoe ermee wordt omgegaan.”

Van Tongeren licht toe waarom het niet gemakkelijk is om dat te doen. “Voor sommigen staat de tijd stil. Beter gezegd: de tijd gaat door, maar zij gaan niet meer mee. Dat zie je bij getraumatiseerde mensen. Mensen kunnen ook door anderen vastgezet worden in hun verleden, bijvoorbeeld door hun slachtoffers: ‘Je hebt me toen beledigd, dus alles wat je nu doet herinnert me alleen maar weer aan toen’. Dan is niet de aangeklaagde het probleem, maar de aanklager, die nooit iets nieuws kan zien en niet accepteert dat de tijd voorbijgaat. Dat is pathologisch, daar moet je voor worden behandeld.”

Geen roze bril

Bij de verontwaardigde reacties op Bostrom ziet Van Tongeren nog iets anders. “Zijn critici proberen hem vast te pinnen, vanuit een ‘morele’ verontwaardiging. Ze proberen hun eigen zuiverheid te bewijzen door hem te slachtofferen.”

Volgens Van Tongeren kun je zuiverheid nu eenmaal niet van mensen eisen, ook niet van denkers of dichters. Hij haalt als voorbeeld de oorlogsbrieven aan van Lucebert, schrijversnaam van Bert Swaanswijk (1924-1994), bekend van de regel ‘alles van waarde is weerloos’. Die zorgden voor ophef toen bleek dat de dichter rijkelijk had gestrooid met Sieg Heil en antisemitische drek.

Van Tongeren is een liefhebber van zijn latere dichtwerk. “Ik beschouw zijn poëzie als een afstand nemen van wat hij in de oorlog heeft geschreven, zijn gedichten hebben een totaal andere strekking. Maar ik vergeet daarbij niet wat hij lang daarvoor aan misselijks heeft geschreven en gedacht. Mijn bewondering is geen roze bril. Volmaakte mensen zonder kwalijke kanten bestaan niet of zijn extreem uitzonderlijk. Wie die eis stelt, moet eerst maar eens in de spiegel kijken.”

IJzeren geheugen van het internet

Welke rol speelt internet in deze kwestie? Smits en Van Tongeren relativeren het belang ervan. Van Tongeren: “Het probleem waar Bostrom mee zit, bestaat ook los van het internet. Want het ijzeren geheugen van internet dat niets vergeet, is slechts een kwantitatieve verandering, geen radicale.”

Techniekfilosoof Smits denkt dat het toch iets anders zou zijn als Bostrom zijn uitspraken had gedaan in een offline rapport. “Dat was dan in een Oxfordse la verdwenen en misschien tevoorschijn gekomen. De rel die dan was ontstaan, was veel kleinschaliger. Nu schiet zo’n bericht meteen de wereld over. Internet maakt alles harder, en onaangename feiten zijn makkelijker te vinden.

“Wat ook meespeelt: als dat rapportje was opgedoken, dan had je er de leeftijd aan af kunnen lezen, het was beduimeld en vergeeld, oud nieuws. Op je beeldscherm ziet zo’n dom citaat er uit als al het andere: het is één groot eeuwig nu. Zonder historische blik of context. Zodat de bron ervan ook nu wordt aangesproken, alsof hij het vandaag heeft gezegd.”

Op eieren lopen

Smits roept op tot zelfreflectie. “Ik heb eens op een besloten Facebookgroep wat vervelends over iemand gezegd. Een meelezer zette dat vervolgens ongevraagd op Twitter. Ik had me dat niet gerealiseerd, maar het vertrouwelijke was publiek geworden. Inderdaad, net zoals Bostrom iets op een besloten groep schreef en dat naar buiten kwam. De les? Alles kan tegen je gebruikt worden. Het zou goed zijn als we allemaal uitsluitend verstandige dingen posten, maar als dat niet gebeurt, dan moet je je verantwoorden.”

Smits vindt het lastig om daar een heldere conclusie aan te verbinden. “Het is niet de bedoeling dat we aldoor op onze tenen lopen en niets meer durven zeggen. Maar ook als je het gevoel hebt dat je in een afgeschermd hoekje van internet zit met mensen die je vertrouwt, als in een huiskamer: internet blijft een marktplein, met publieke normen en etiquette. Waar je dus niet kunt gaan zitten speculeren of ‘zwarten zijn dommer’ een objectieve uitspraak is.”

Lees ook:

‘Geef mensen de kans om zich te ontcancellen’

Wanneer een beroemdheid een misstap begaat, buitelen we op sociale media over elkaar heen om ons ongenoegen te uiten. De cancelcultuur kan gevaarlijk zijn, zegt filosofe Jenny Janssens, als we mensen geen ruimte geven hun leven te beteren.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden