De Afro-Amerikaanse gay heeft zijn eigen relatie met God
Afro-Amerikaanse gays in de Verenigde Staten hebben te maken met homofobie vanuit de witte én zwarte kerken. Wat biedt het geloof hun nog?
Het is de dag van de mars voor gelijkheid. De bonte parade van de lhbt-gemeenschap schuimt luidruchtig en vrolijk door de straten van Baton Rouge in de Amerikaanse staat Lousiana. De deelnemers sjouwen spandoeken en borden mee met teksten als: 'Born Loving', 'True', 'Gorgeous', 'Beautiful'.
Langs de kant van de weg hebben zich tegendemonstranten opgesteld. Hun gezichten staan strakker, hun spandoeken zijn grimmiger. 'Flikkers gaan naar de hel.' En: 'Homoseksualiteit is een zonde'. Het zijn veelal witte christenen die zich zorgen maken om het oprukkende Sodom en Gomorra in hun eigen Baton Rouge en die het verval van zeden willen keren.
Maar homofobie in de Verenigde Staten beperkt zich niet tot de witte kerken. Ook veel zwarte kerken zijn ervan doordesemd. En dat terwijl een groot deel van de Afro-Amerikaanse homoseksuelen zich verbonden voelt met de religieuze gemeenschap. Isaac Gilliard (34) - zwart en homoseksueel - verklaart dat vanuit de slavernij. "Religie was van groot belang. Het was de bron van kracht en vertrouwen. Alle liederen uit die tijd gaan over de hoop op betere tijden. Het is dat vertrouwen, die hoop die je ook ziet en hoort bij homo's die een band hebben met de kerk."
Lees verder na onderstaande afbeelding.
Kerkpijn
Van alle christenen in de VS vormen de Afro-Amerikanen de grootste groep gelovigen. 88 procent van hen is overtuigd van het bestaan van God. De kerk is de gemeenschap waarmee ze diep verbonden zijn. Voor Afro-Amerikaanse gays leidt dat soms tot een ingewikkelde spagaat, want het officiële standpunt van de kerken waar ze deel van uitmaken luidt dat homoseksualiteit onverenigbaar is met de leer van de Bijbel. Lokale kerken moeten zich tot op zekere hoogte conformeren aan dit officiële standpunt, maar er zit wel wat speling in. En sommige kerkleden weten die speling met grote voortvarendheid en creativiteit op te rekken.
Zo komen op een druilerige zaterdagmiddag in Baton Rouge in een bovenzaal van een gezondheidsorganisatie drie blanke mannen en negentien zwarte mannen en vrouwen bijeen. Ze willen dat religieuze leiders hun positie gebruiken om taboes te slechten en homoseksuele kerkgangers te emanciperen. De meeste aanwezigen opereren in de kerkelijke voorhoede en zijn hartstochtelijke bestrijders van wat ze church hurt noemen: kerkpijn, de schade die misbruik en discriminatie binnen een religieus instituut kunnen veroorzaken.
Na een inleidend praatje door een van de organisatoren, neemt een man van middelbare leeftijd het woord. "Mensen durven niet uit de kast te komen, omdat ze bang zijn te worden uitgestoten. 'Ik had graag met een pastoor willen praten, maar durfde niet', zeggen ze dan. Terwijl de pastoors vanuit hun positie homo's en biseksuelen moeten aanmoedigen voor hun geaardheid uit te komen en zich te emanciperen."
Een vrouw valt hem bij: "We zijn onze broeders' hoeders. In de kerk wordt óf afwijzend óf niet over homoseksualiteit gesproken, maar in de Bijbel op veelkleurige manieren."
De aanwezigen zijn het erover eens: doordat de kerk zo'n belangrijke rol speelt in het leven van Afro-Amerikanen, kunnen de kerkleiders van doorslaggevend belang zijn voor de acceptatie van homoseksualiteit. Zij zijn het die het stigma kunnen maken of breken.
Devon Franklin (24) gaat graag naar de kerk. Op de vraag wat hij daar aantreft, antwoordt hij lachend: "Een hoop hypocrieten". Ze weten niet dat hij homo is. Dat geeft alleen maar onnodig aanleiding tot praatjes, maar, zo zegt hij: "Degenen die die praatjes verspreiden, zondigen ook".
Homo in het geheim
Sommige voorgangers trekken hard van leer tegen homoseksualiteit, en dat voelt ongemakkelijk. Anderen zijn wat discreter. Meestal omdat ze zelf - in het geheim - homo zijn. "Op dating-sites ben ik geregeld priesters en voorgangers tegengekomen. In de kerk spreken ze negatief over homoseksualiteit en voor het oog van de buiten-wereld zijn ze keurig getrouwd, maar ondertussen leiden ze een dubbelleven. Ik heb een van hen tijdens een ontmoeting aangesproken op zijn hypocrisie, maar ze willen hun positie niet kwijt."
Lees verder na onderstaande afbeelding.
De soms felle tirades tegen homoseksualiteit ten spijt, gaat Devon toch met plezier naar de kerk, omdat hij er inspiratie vindt en van de muziek houdt. En wat ze ook mogen roepen vanaf de kansel, hij heeft zijn eigen relatie met God, en daar komt niemand aan.
Zelfrechtvaardiging
James Carlson (40) heeft, anders dan Devon, afscheid genomen van de kerk. "Ik ben opgegroeid met die gebruikelijke bijbelteksten. Je kent ze wel: 'Mannen zullen niet met mannen liggen'. Ik kon me daar niet in vinden. Ik wilde juist wel met mannen liggen, niet eens meteen seksueel. Toen mij verteld werd dat dat verkeerd was, heb ik me afgekeerd van religieuze dogma's. Ik heb vrienden die in een innerlijk conflict zijn geraakt vanwege het negatieve oordeel van de kerk. Die hun homo-seksualiteit nooit zullen accepteren. Verdrietig vind ik dat. Die zelfrechtvaardiging, die ik in veel geïnstitutionaliseerde religies zie, stuit me tegen de borst. Ik heb nooit iemand horen zeggen: 'Kom bij ons in de kerk, wij hebben ook afdelingen voor homo's'. Ik heb wel homofobe christelijke demonstranten gezien bij de Gay Pride."
David Dixon (34) heeft het Onze Vader in zijn ring laten graveren. Het geeft hem kracht, want hoe stoer hij ook mag lijken, van binnen is hij een verlegen jongen. "Mijn geloof betekent veel voor mij. Het inspireert me om niet te haten wat of wie van mij verschilt. Er is veel verborgen homoseksualiteit in de kerk - in mijn geval de rooms-katholieke. Voor sommige gays biedt het priesterschap een uitweg. Je voorkomt dat je nog langer aan de kop wordt gezeurd waarom je geen vriendinnetje hebt. Anderen hebben de homofobie geïnternaliseerd en geloven daadwerkelijk dat ze zullen branden in de hel. Ik heb dat nooit gedacht. Als ik zo geschapen ben, dan ben ik zo bedoeld."
Taxichauffeur Myron Jones is belijdend lid van de baptistenkerk, maar heeft daarvoor aan vele kerkdeuren geklopt. "Het is overal hetzelfde liedje", zegt hij. "In elke kerk is een groep mensen die homoseksuelen stigmatiseert. Maar het gaat mij om mijn eigen relatie met God. De liefde die ik van hem ondervind." En dan, met een grijns: "Ik ga naar de kerk om mijn zonden op te biechten en dan weer te zondigen". Ziet hij homoseksualiteit als een zonde? Nee, inmiddels niet meer, maar vroeger had hij extreem veel moeite met zijn geaardheid. Hij was liever dood. Totdat hij ontdekte dat God hem niet veroordeelde. "God geeft dat inzicht niet in één keer, maar langzaam, beetje bij beetje." Dan vertelt hij dat hij gezegend is met een krachtige bariton en dus de solo's in de kerk voor zijn rekening mag nemen. "Zelfs de grootste homofoob ontkomt er niet aan naar mij te luisteren."
Lees verder na onderstaande afbeelding.
Strategie
Terug naar het bovenzaaltje waar negentien religieuze leiders en ervaringsdeskundigen de verhitte koppen bij elkaar steken om een plan te bedenken, een strategie om zwarte religieuze leiders bewust te maken van hun invloedrijke rol in het debat rond homoseksualiteit en hiv. Het laatste woord is aan een vrouw die een gloedvol betoog houdt dat ze afsluit met een anekdote:
"Mijn oma had voorspellende gaven. Een man wilde haar op de proef stellen. Hij hield achter zijn rug een vogel in zijn hand. Als ze dat zou raden, zou hij vragen: 'Is de vogel dood of levend?' Als ze zou zeggen 'levend' zou hij het dier doodmaken, als ze zou zeggen 'dood' zou hij het in leven laten. Hij vroeg: wat heb ik achter mijn rug? Een vogel. Dood of levend? Dat is in jouw handen.
"Zo is het ook met het probleem van stigma", zegt de vrouw. "Het is in onze handen."
Dit is een bewerkte en ingekorte versie van een reportage uit het boek 'Onzichtbare levens, hiv in de marge van de samenleving' van Colet van der Ven en fotograaf Adriaan Backer, te bestellen via www.stigma2018.com. Op 5 juni 20.30 uur is er een avond in de Nieuwe Liefde naar aanleiding van het boek. Meer informatie: www.denieuweliefde.com.
Lees ook: 'Ik wil christen én homo zijn'
Veel homo's zeggen na hun coming-out tot ziens tegen de kerk. Zo niet de bezoekers van de Roze Evangelische Vieringen. Al 25 jaar komen ze bijeen. 'Uiteindelijk eet je als homo in de kerken genadebrood.'
Lees ook: De positie van de homo binnen de PKN is vooralsnog onbeslist
De roep om iets doen aan de achterstelling van homo’s binnen de Protestantse Kerk Nederland, zwelt aan. Maar de kerkleiding durfde tijdens de Synode nog geen voorstel te doen.