Bijna alles is beter in Frankrijk, maar de asperges?

Had ik al eens verteld dat ik een huis heb in Normandië? Het was de bedoeling dat ik om en om hier en daar zou wonen. Dus niet alleen in de zomer een paar weken en met de kerst, nee, consequent heen en weer.

Mijn beroep heeft als voordeel dat ik overal kan werken. Eten moet je toch, dus recepten uittesten kan overal. Toch ben ik vaker in Amsterdam dan ik eigenlijk zou willen en dan mis ik de dagelijks aanwaaiende kip Joséphine, en paard Cayenne en pony Canberra van buurman boer die in ons weiland staan. Ik vraag me af hoe het met mijn vers ingezaaide moestuin gaat, of de appelbomen nog in bloei staan en of de vinkjes, koolmeesjes, roodborstjes en puttertjes nog altijd af en aan vliegen bij mijn voederhuisje.

Alles in Frankrijk is leuker en nog lekkerder ook. Normandië is bovendien de streek van room en boter en laat ik daar nou net dol op zijn. Ik ben vooral verslingerd aan crème fraîche, die is hier hemels, dik en vol. De beroemdste komt uit eigen streek, al blijkt Isigny toch nog 260 kilometer verderop. Tja, Normandië is groter dan je denkt. In Nederland ook te vinden bij de betere delicatessenwinkel en zelfs bij mijn Amsterdamse groenteboer. En anders heeft Albert Heijn ook hele lekkere Franse crème fraîche, maar dan uit Bretagne, van Le Gall.

Is alles in Frankrijk beter? Nee natuurlijk. Voor het witteaspergeseizoen is Nederland toch echt de beste plek. Ik verheug me elk jaar weer op mijn Indische asperges, in een kruidige sambal-tomatensaus. Plus natuurlijk de klassieke versie, met hollandaisesaus, ham en een eitje.

Die inspireerde me tot deze Franse aspergetaart. Koelvers kant-en-klaar uitgerold room­boterbladerdeeg is in Frankrijk overal verkrijgbaar, terwijl Nederlandse supermarkten gek ­genoeg alleen palmoliedeeg in hun koelvitrines hebben liggen. Roomboterdeeg is er hooguit in vierkante diepvriesplakjes, en niet eens in alle winkels.

Natuurlijk moest er ook crème fraîche in de taart, plus lekker pittige dijonmosterd.

Mimosa is trouwens wat wij ­fijngeprakt ei zouden noemen. U ziet, zelfs de Franse taal maakt alles mooier.

Oven voorverwarmen op 200 °C. Snij houtige uiteindes van asperges, schil ze. Halveer dikke exemplaren in de lengte. Blancheer 8-10 minuten in kokend water met zout. Laat uitlekken op keukenpapier. Plak bladerdeeg aan elkaar tot grote rechthoek op bakplaat met bakpapier. Rol de uiteindes om tot opstaand randje. Prik de bodem in met een vork. Meng crème fraîche met 1 eetl mosterd, wat fijngehakte peterselie en dille, zout en peper. Smeer over de bodem. Snij de ham in stukjes en verdeel erover. Leg de asperges in een rij erop, kopjes om en om. Bak 20-25 minuten onderin de oven tot het deeg gaar en goudbruin is, check ook de onderkant. Kook de eieren hard. Pel en prak tot kruimels of duw door de (aardappel)pureepers.

Groene saus: Rasp de schil van de ½ citroen en pers 2 eetl uit. Doe met de rest van de peterselie en dille, ½ eetl mosterd, olijfolie, honing, zout en peper in een hoge kom en pureer met de staafmixer.

Serveren: Garneer de taart met mimosa-ei en saus.

TIP

Saus over? Lekker bij salades, gerookte zalm, carpaccio, ovengeroosterde worteltjes of gekookte jonge prei.