InterviewMigratiecrisis VS

Schrijfster Valeria Luiselli: Het lijdende lichaam van de Latino is zo’n cliché

Valeria Luiselli.  Beeld Patrick Post
Valeria Luiselli.Beeld Patrick Post

In een roman verwerkt Valeria Luiselli haar ervaringen met Centraal-Amerikaanse kindvluchtelingen. ‘Obama heeft te weinig voor ze gedaan. Sinds Trump is er in ieder geval meer verzet.’

Jann Ruyters

Het begon met zo’n klassieke road trip . In 2014, vanuit New York richting Arizona, met man, stiefzoon en dochtertje. Valeria Luiselli, gevierd Mexicaans schrijfster van speelse, filosofische romans, maakte al langer notities bij het nieuws over de immigratiecrisis. Tienduizenden kinderen staken in dat jaar op eigen houtje vanuit Centraal Amerika de grens over, op de vlucht voor drugsgeweld en armoede.

Luiselli registreerde in Arizona het lege landschap, de verlaten motels, de waarschuwingsborden langs de kant van de weg, maar wat zich er afspeelde bleef verborgen. Op het nieuws zag ze demonstranten met hun spandoeken ‘Illegal is a crime’ en ‘Return to senders’ en kinderen die met roze ballonnen in de hand op het vliegtuig terug werden gezet.

Weer thuis meldt ze zich als vrijwilliger bij de New York City Immigration Court waar kindvluchtelingen de asielprocedure doorlopen. Ze werkt als tolk bij de screenings. De kinderen moeten 40 vragen beantwoorden, van ‘Waarom kwam je naar de VS?’ tot ‘Wat denk je dat er zal gebeuren als je weer naar huis gaat?’ Luiselli registreert verwarring, angst, gebrek aan woorden. “Deze kinderen jagen geen Amerikaanse droom na, het enige wat ze willen is ontwaken uit de nachtmerrie waarin ze geboren zijn.” Haar groeiende verontwaardiging over kilte en bureaucratie zit haar werk als romanschrijver in de weg. “Van hun getuigenissen kon ik geen fictie maken”, vertelt Luiselli in een Amsterdams café, tijdens een bezoek aan Nederland, half juni. In plaats van een roman schrijft ze een vlammend essay, het twee jaar terug verschenen ‘Tell Me How It Ends’ (‘Vertel me het einde’); een aangrijpend verslag van de verhoren in de rechtbank dat indirect aanspoort tot actie. Luiselli’s New Yorkse schrijfstudenten starten na lezing een ondersteuningsgroep: Teenage Immigrant Integration Association.

Snelle asielprocedure

“Het verhaal van de vluchteling is een verhaal zonder begin, midden en einde”, schrijft Luiselli. “Het is het verhaal van iemand die wacht.” Bijzonder schrijnend zijn de ervaringen van Manu (niet zijn echte naam) die uit Honduras wegvluchtte voor drugsbendes nadat hij getuige was van de moord op zijn beste vriend. Zijn oma naaide het telefoonnummer van een tante in de VS in zijn kraag, op zijn borst draagt hij een kopie van een bewijs van aangifte mee. Hij ging naar de politie in Honduras toen hij net bedreigd werd, maar die deed niks. De 12-jarige jongen belandt in de VS op een school in New York waar opnieuw pandilleros hem belagen. ‘Tell me how it ends’ is ook een aanklacht tegen de regering van Obama die in 2014 een snelprocedure in gang zette zodat afgewezen kinderen binnen een dag konden worden teruggestuurd. “De VS kan deze kinderen, slachtoffers van de drugsoorlog, van de productie van drugs voor de Amerikaanse markt, niet zomaar de rug toekeren”, noteert Luiselli. “De Obama regering heeft weinig gedaan om het lot van de kindvluchtelingen te verbeteren”, zegt ze. “Ik reisde vorige maand opnieuw naar Arizona , naar Tombstone, voor een reportage. Dat stadje ligt aan de Obama Wall, zoals de mensen dat stuk van de muur noemen. Clinton is begonnen met het bouwen van de muur en sindsdien heeft iedere president er een stuk aan gebouwd. Ook Obama. Alleen niemand sprak erover tot Trumps aantreden. De situatie is sindsdien verergerd, maar er is nu wel ook meer verzet.”

‘Tell Me How It Ends’ was een succes. “Het essay is in 20 talen vertaald, het wordt gedoceerd op universiteiten”, vertelt Luiselli. Haar uitgever heeft het net naar Alexandria Ocasio-Cortez gestuurd, het activistische Democratische congreslid. “Het is ook een waarschuwing dat als de democraten aan de macht zijn het beleid niet automatisch menselijker wordt.”

Onlangs verscheen uw roman ‘Archief van de verloren kinde­­ren’. Waarom moest er na het essay ook nog een roman komen?

“In 2014 beheerste de situatie rond de kindvluchtelingen het nieuws maar daarna verdween het weer uit beeld. Niemand hield zich er nog mee bezig. Ik had het gevoel dat de situatie niet de juiste aandacht kreeg. Een roman is niet bedoeld om mensen te activeren, maar wel om op een dieper niveau te communiceren over wat er gebeurt. Een roman kan aanzetten tot een ander soort gesprek.”

“Dit boek is geen politiek instrument zoals mijn essay, maar iets levends. Een roman gaat ook niet over iets in het bijzonder maar over veel verschillende dingen die onderling verknoopt zijn. Het is een ruimte waarin mensen slapen, seks hebben, nadenken, plassen, wat dan ook.”

Levendig is ‘Archief van de verloren kinderen’, een soms de keel dichtsnoerend, dan weer wijdlopig en dralend, maar steeds tot reflectie aansporend reisverhaal. Hoe doe je recht aan de ervaringen van kinderen die verdwenen zijn in de woestijn? Hoe documenteer je het lot van de undocumented? Dat zijn de vragen die deze roman opwerpt, tussen de regels. Luiselli vertelt het verhaal van een New Yorks echtpaar, hij archivaris, zij documentairemaker, dat een reis maakt van New York naar Arizona. De vertelster verzamelt materiaal voor een film over de kindvluchtelingen, haar man wil naar de Chiricahua Mountains voor onderzoek naar de geschiedenis van Geronimo, een van de laatste Apacheleiders. In hun bagage sjouwen ze zeven archiefdozen mee. Voorafgaand aan ieder hoofdstuk vind je lijsten van de inhoud van deze dozen: boektitels, songs, gedichten, kaarten, zes overlijdensaktes van migranten, polaroids van de reis. En het belangrijkst: elf ‘treurzangen’, fragmenten uit een fictieve roman van een niet bestaande auteur over de ervaringen van een groepje door een coyote geronselde kinderen dat naar het noorden trekt – deels op het dak van La Bestia (‘Het Beest’) zoals de goederentrein naar het noorden is gedoopt – deels te voet. Klinkt dit ingewikkeld, Luiselli’s gevoelige en heldere observaties blijven prikkelen.

Het echtpaar verkeert in crisis omdat de vrouw en de man ieder door hun eigen onderzoek in beslag worden genomen. Zij piekert bovendien over het lot van de twee kinderen van een vriendin die na hun gevangenschap in een detentiecentrum in Texas verdwenen zijn. Op tweederde van de roman neemt de tienjarige stiefzoon het woord over als hij met zijn zusje ’s nachts aan de tobberige ouders ontsnapt om zelf in Echo Canyon naar de verdwaalde kinderen te gaan zoeken. Een wanhoopstocht die Luiselli in één pagina’s lange zin weergeeft.

Portret van de Mexicaanse schrijfster Valeria Luiselli. Van haar verschenen in Nederlandse vertaling ‘Vertel me het einde’ en ‘Archief van verloren kinderen’ bij Das Mag Beeld Patrick Post
Portret van de Mexicaanse schrijfster Valeria Luiselli. Van haar verschenen in Nederlandse vertaling ‘Vertel me het einde’ en ‘Archief van verloren kinderen’ bij Das MagBeeld Patrick Post

Het gaat veel over echo’s in dit boek. De belangrijkste: de kinderen die hun ouders imiteren. Hoe kwam u daarbij?

“Dit boek begon met het besef dat levens worden uitgewist, dat wat zich heeft afgespeeld wel nagalmt maar niet concreet te zien is in het landschap. Maar later realiseerde ik me dat de roman meer moest gaan over hoe verhalen worden doorgegeven aan de volgende generaties. En hoe kinderen verhalen veranderen, terug ketsen. Hoe ze een kritisch licht werpen op wat wij als normaal zien. Dat gebeurt in gesprek in de auto vanaf de achterbank. En later, als ze zelf op zoek gaan is dat ook een vorm van re-enactment: het naspelen van wat er is gebeurd.”

Voor een Europeaan roepen de goederentrein (La Bestia), de in kragen genaaide telefoonnummers, het lege ‘schul­dige’ landschap in Arizona onwillekeurig beelden van de Holocaust op. Was dat bewust?

“Ik wilde zeker niet exclusief over de immigratiecrisis in Noord-Amerika schrijven. Ik heb veel gelezen over kinderen die alleen op drift zijn. Boeken over kinderen in de Holocaust, maar het meest boeken over de kinderkruistochten in de 13de eeuw. ‘De poorten van het paradijs ’ van de Pool Jerzy Andrezejewski over de kinderkruistochten hielp me bij het schrijven van de treurzangen. La Bestia echoot ook de slavenschepen.”

Ik moest zelf ook aan filmbeelden van Bob Dylan denken die met zijn gitaar in een goederentrein springt.

“Oh ja, zeker, maar dat is de romantiek van de reis naar het westen, de stichtingsmythe van de VS. De lege trein, het lege land, de nederzettingen van de pioniers.

“Ik wilde die ontdekkingsmythe doorkruisen met de reis van het zuiden naar het noorden. Die stamt uit de Mexicaanse verhaaltraditie, en dat is een heel andere reis, de reis naar het noorden is een reis naar een duister oord, een afdaling in de hel.”

De dwaaltocht van de jongen en zijn zusje beschrijft u in een enkele zin die 22 pagina’s doorloopt. Waarom?

“Die bladzijdes heb ik als in een trance geschreven. Ik zocht naar een manier om in de vorm weer te geven hoe tijd werkt voor iemand die verdwaalt. Het boek van Jerzy Andrezejewski bestaat uit twee zinnen, dat inspireerde me. Ik wilde dat gevoel oproepen van maar doorgaan en doorgaan, langzaam ieder besef van tijd en ruimte verliezend.”

Dit boek is veel politieker dan uw eerdere romans. Heeft uw betrokkenheid bij het lot van de kindvluchtelingen te maken met het zelf krijgen van kinderen?

“Het moederschap heeft me zeker bezorgder gemaakt, maar ik denk niet dat je moeder hoeft te zijn om empathie te kunnen voelen. Stel je voor! Ik ben zelf altijd al in kinderen geïnteresseerd geweest. Ik heb een grote familie, veel nichtjes en neefjes. Volgens mij is het meer een kwestie van leeftijd. Hoe ouder ik word, hoe minder ik alleen met mezelf bezig ben, hoe meer ik me ervan bewust word dat ik deel uitmaak van een gemeenschap, dat ik in relatie tot anderen sta en ook verantwoordelijkheid draag voor die anderen.”

Enkele Amerikaanse critici verweten u de middenklasse-achtergrond van de vertelster te vaag te laten.

“Onzinnige kritiek. Het is duidelijk dat dit een bourgeois familie is, en dat hun reis op heel andere voorwaarden plaatsvindt dan die van de kindvluchtelingen. Het is ook duidelijk dat de vrouw Latino is. Maar het is zo’n typisch Amerikaanse behoefte om alles te labelen. De Amerikanen vinden dat voor identificatie helder omschreven personages nodig zijn. Ik schrijf boeken waarin je als lezer iemands ogen leent waardoor je naar de wereld kijkt. Ik hou me verre van simpele typeringen. Ik vind het juist interessant dat je van de man niet weet of hij wit of zwart is.”

Wat vindt u van het debat over culturele toe-eigening?

“Natuurlijk ben ik me bewust van culturele toe-eigening. In een land waar ik als Latino niet overal welkom ben, denk ik daar over na. Binnen de Latinogemeenschap behoor ik tot de geprivilegieerden met mijn achtergrond, m’n green card en m’n doctorstitel. Ik kan reizen waarheen ik wil. Voor een stuk in The New Yorker reisde ik vorige maand naar Tombstone waar ‘Het Wilde Westen’ wordt nagespeeld voor toeristen. De Amerikaanse rollen hebben eigennamen, Latino’s kunnen kiezen voor latino outlaw. Op zo’n moment denk ik na over culturele toe-eigening. Ik denk altijd na over wat ik schrijf en over wie ik schrijf. En hoe mijn vertelpositie verschuift.

“In New York geef ik nu een cursus creatief schrijven aan meisjes, tieners die net in de VS zijn gearriveerd. Ze zitten al 8, 9 maanden in gevangenschap, ze worden behandeld als criminelen. Advocaten waarschuwden me dat deze meisjes niets mogen schrijven dat hun vluchtverhaal tegenspreekt. Ook geen fictie. Ze schrijven dus niet over hun migratie maar ik vraag ze ook niet naar dat verhaal. Ik realiseerde me dat ik door er wel naar te vragen hetzelfde deed als het systeem: alsof die paar weken in hun leven, de verhuizing naar de VS, hun hele identiteit bepaalt. Alsof ze geen andere ervaringen hebben. Latino’s zien we op tv alleen in beeld als suffering bodies, lijdende figuren, louter gedefinieerd in relatie tot armoede, migratie.

“Nu vereist het grote zorgvuldigheid om iets naar buiten toe met de verhalen van deze meisjes te doen, zonder hun verblijfsstatus in gevaar te brengen.”

Lees ook:

Foto en video van verdronken vader en dochter voeden verontwaardiging over immigratiebeleid

Een vader en dochter verdronken toen ze de Rio Grande wilden oversteken. De politiek ruziet over de schuldvraag.

De tanden van Marilyn Monroe

Vindingrijke Valeria Luiselli legt originele verbanden in lichte, hilarische roman.

We zijn het slenteren verleerd

Jonge Mexicaanse drentelt denkend door de stad.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden