PoëzieJanita Monna
Geen spierballentaal, Mattijs Deraedt ontleedt de positie van de man in de maatschappij
Debutant Mattijs Deraedt raakt in openheid en sensiviteit, al kunnen zijn regels soms meer spanning gebruiken.
En weer is een debuut genomineerd voor de Grote Poëzieprijs. Dat lijkt de afgelopen jaren eerder regel dan uitzondering, zoals het allang niet meer ondenkbeeldig is dat een debutant de prijs voor de beste dichtbundel van het jaar ook wint, zie Radna Fabias.
Dat de jonge Vlaming Mattijs Deraedt nu in het rijtje genomineerden staat, is daarom misschien geen verrassing. Toch dringt de bundel met de mooie titel De schaduw van wat zo graag in de zon was blijven staan zich nauwelijks op de voorgrond. Al is er wel dat motto. Die paar regels van de Britse kunstenaar Greyson Perry over een ‘Department of Masculinity’, een innerlijke stem, die zou maken dat mannen in hun gedrag onbewust gestuurd worden door ideeën over mannelijkheid. Meteen neemt Deraedt een diepe duik in de hoogst actuele discussie over de man en zijn positie in de hedendaagse maatschappij. Maar verwacht geen spierballentaal. Nee, dit debuut is een schoorvoetend onderzoek naar waar de man in de mens huist. Deraedt zegt het fraaier: ‘In alles wat ik niet heb meegemaakt/ ben ik een eeuwenoude man.’
Spreektalige regels
Op kalme toon en in spreektalige regels laat hij zien hoe ideeën over de verschillende rollen van de man, al dan niet bewust kunnen postvatten. Hoe ze zich aandienen tijdens kinderspel, via het nieuws, in dromen, in bed met een vrouw. Dat ze stilzwijgend worden doorgegeven, van grootvader op kleinzoon bijvoorbeeld. Het kan maar zo dat tijdens een jeugd in een Vlaams dorp werd ingeprent dat ‘man zijn betekent je niet als vlinder/ laten schminken, maar als schedel’.
Een man is strijder, geliefde, waant zich soms God – zoals in een sportschool, ook ironie is hem niet vreemd: ‘De spiegels zijn gebold, daarom keren de mannen/ zo graag terug en trappen de vrouwen zwetend in het rond.’ Een man mag niet huilen, en wat niet nog meer. Deraedt ontleedt het met precisie. Al vertellend, snijdt hij grote thema’s aan: identiteit, sterfelijkheid. En tegelijk is dit ook een debuut over een jongen die dichter wordt. Dat is hij, Deraedt kan beeldend schrijven. Maar soms kunnen zijn regels meer spanning gebruiken, waar platitudes dat mensen ‘zakken vol water met hormonen’ zijn, beter achterwege kunnen blijven.
Wat vooral raakt is de openheid en de sensitiviteit in deze poëzie, die doordrongen is van het besef: ‘Wij zijn echo’s van echo’s van mannen.’
Mattijs Deraedt
De schaduw van wat zo graag in de zon was blijven staan
Poëziecentrum; 80 blz. € 20
Wat je moet weten voor je beslist om een man te zijn
Een man zijn betekent niet huilen
wanneer je broers je Pokémonkaarten verscheurd hebben.
Anders landt je grootvader als een loodzware vogel op je schouders.
Een man zijn betekent je herinneringen samendrukken
tot ze als diamanten uit je voorhoofd barsten.
Een man zijn betekent je niet als vlinder
laten schminken, maar als schedel.
Een man zijn betekent je benen niet kruisen op de trein
maar tongzoenen met het hiphopmeisje
dat op je schoot komt zitten.
‘Of ben je een homo misschien?’
Een man is een jachtgeweer.
Hij draagt zijn spieren als een blinkend harnas,
laat zich kruisigen tot hij glimlachend
in een jacuzzi van bloed baadt,
een glas whisky in de hand.
Een man is kanonnenvlees.
Zijn mond heeft de vorm van een loop.
Een man is een acteur.
Niemand weet wat de rol inhoudt,
maar iedereen wil hem spelen.
Een man zou een dichter kunnen zijn,
maar daar heeft de wereld al jongens voor.
Mattijs Deraedt
Janita Monna (1971) is journalist en recensent. Ze was redacteur bij Poetry International en nam het initiatief voor de jaarlijkse Gedichtendag. Voor Trouw schrijft ze over poëzie.