Drinken met keizers, gladiatoren en Bacchus

Er hing een baklucht van worsten en gehaktballen, het was er smoezelig en bedompt. Wie in het oude Rome een van de ontelbare barretjes binnenging, liep tegen een muur aan. En toch bleef het gewone volk er vaak tot middernacht slempen, want thuis was het leven allesbehalve beter.

Liters wijn gingen er in de Romeinse kroegen doorheen, leren classicus Fik Meijer en wijnboer Ilja Gort in Wijn als een Romein. De veelschrijvers bundelden hun krachten en ­laten aanstekelijk zien hoe de drinkcultuur van de oudheid eruitzag, welke technieken er bij het wijn maken kwamen kijken en wat de verschillen en overeenkomsten zijn met hedendaagse wijnen.

Niet alleen de gewone man (voor vrouwen geen alcohol) dronk veel, ook de elite kon er wat van. Een banket eindigde al snel in een bacchanaal dat tot in de late uurtjes duurde. De in 238 n.Chr. omgebrachte keizer Maximinus Thrax zou zelfs een hele amfoor, ruim 26 liter, achterover hebben geslagen. Of de lezer daar dorst van krijgt is de vraag. Het boek stilt wel de leeshonger.

Fik Meijer en Ilja Gort
Wijn als een Romein. Een reis naar de oorsprong van wijn
Prometheus; 288 blz. € 23,99