InterviewLijsttrekkersstrijd CDA

Pieter Omtzigt: ‘De regering controleren is veel te belangrijk om aan de oppositie over te laten’

CDA-Kamerlid Pieter Omtzigt.  Beeld ANP
CDA-Kamerlid Pieter Omtzigt.Beeld ANP

Pieter Omtzigt vindt het geen bezwaar dat hij als enige kandidaat-lijsttrekker van het CDA géén bestuurservaring heeft. “In mijn zeventien jaar als Kamerlid heb ik geen enkel moment de behoefte gevoeld om een sprintje te trekken naar het pluche.”

Niels Markus

Pieter Omtzigt werpt zich in de strijd om het CDA-lijsttrekkerschap met een karakteristieke leus: 'De overheid moet er meer voor de burger zijn, in plaats van andersom’. Het Kamerlid beet zich de afgelopen jaren vast in de toeslagenaffaire bij de Belastingdienst, corruptie op Malta en in brievenbusmaatschappijen.

Zijn kandidatuur kwam als een verrassing. Omtzigt staat bekend als een uitstekend ingevoerd en vasthoudend Kamerlid, niet als potentiële partijleider. Hij merkt dat zijn werkwijze weerstand opwekt: “Gisteren las ik dat ik anti-establishment ben. Als het beschermen van de rechtsstaat anti-establishment is, prima. Ik radicaliseer, lees ik in kranten, omdat ik met burgers praat. Nou, bereid je maar voor op meer radicalisering, want ik blijf met burgers praten over wat hen dwarszit. Wat niet betekent dat ik ze altijd gelijk geef.”

Uw concurrent Hugo de Jonge presenteert zich als man van het midden, Mona Keijzer wil rechtse kiezers aanspreken. Waar plaatst u zichzelf?

“Ik vind de termen links en rechts outdated. Ik denk dat de overheid een schild voor de zwakken moet zijn. Dat schild heeft soms onvoldoende gefunctioneerd. Als dat links is, dan ben ik daar links. Wat waarden en normen betreft, ben ik misschien iets conservatiever.”

Welke waarden en normen?

“Ik hecht aan onze Nederlandse tradities. Die staan niet in steen gebeiteld. Ook vind ik het belangrijk dat we opkomen voor gezinnen, het mkb en verenigingen.”

Bent u ook rechts op het gebied van migratie en integratie?

“Ik ben heel helder over wat ik met de rechtsstaat wil. Ik verzet mij tegen elke vorm waarin mensen de rechtsstaat - de grondwet en het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens - schenden. Als de overheid zelf de rechtsstaat schendt, zoals we met de Belastingdienst hebben gezien, dan ben ik hard op de overheid. Is dat rechts of links? Geen idee.”

“Ik treed ook op tegen corruptie en criminaliteit, bijvoorbeeld op Malta. Dan kun je zeggen: Pieter, wat doe je op Malta? De Europese Unie is zo zwak als de zwakste schakel. Als op Malta geen toezicht wordt gehouden op banken en gokkantoren, dan gaan daar de louche banken en gokkantoren zitten. En die mogen van daaruit zaken doen in Nederland.”

“Een derde vorm van mensenrechtenschendingen: ik heb de second opinion geschreven voor een Europees rapport over de sharia. Dat islamitisch recht is gewoon niet compatibel met een hele hoop mensenrechten. Zoals vrije partnerkeus, gelijkheid van man en vrouw en het recht om van het geloof te vallen. Die second opinion kwam in de slottekst van het rapport. Ben ik voor of tegen migratie? Ik ben voor de elementaire rechtsstaat en ik strijd voor mensenrechten.”

Met de sharia noemt u wel een extreme uitwas van migratie.

“Dat is geen uitwas, dit gaat erover of je je eigen normen en waarden wilt handhaven. Ik heb me kapot geërgerd dat we mensen lieten vertrekken naar IS-gebieden. Dan zei premier Rutte: dan worden ze daar wel dood geschoten. Nee, gezellig! Leg dat even aan de slachtoffers van IS uit.”

“Wij kunnen in Nederland alleen draagvlak voor vluchtelingen behouden als we ook enigszins strenger aan de poort zijn. Wij hoeven ons niet altijd aan te laten praten dat wij geen mensen opnemen, wij nemen heel wat meer vluchtelingen op dan een aantal andere Europese landen.”

Moet Nederland alleenreizende kinderen uit Griekse vluchtelingenkampen hierheen laten komen?

“In de coalitie is afgesproken dat ze op het Griekse vasteland worden opgevangen. Ik zal de regering daaraan houden.”

Dat is het coalitiestandpunt, wat vindt u zelf?

“Ik kan die afspraak goed dragen. Het moet wel uitgevoerd worden. Vaak maken we afspraken en dan kijken we niet meer wat ermee gebeurt.”

Waar staat u in het landbouw- en stikstofdebat binnen uw partij?

“Ik waardeer de Nederlandse landbouw enorm. We discussiëren of we genoeg eigen mondkapjes maken. Mag ik er dan even op wijzen dat in de piramide van dingen die we zelf moeten maken, voedsel een paar plekken hoger staat? En dat we trots kunnen zijn op onze efficiënte landbouwsector?”

“Ik deel ook de mening dat die landbouw in samenhang met natuurbeheer meer circulair en toekomstbestendig moet zijn. Dat moet wel op een tempo waarin iedereen het mee kan maken.”

“Ik pleit ervoor om een staatscommissie te laten kijken welke sectoren van cruciaal belang zijn. Ik gok dat op die lijst sowieso de landbouwsector, de landbouwgronden en de Rotterdamse haven zullen komen. Die moet je niet in buitenlandse handen laten vallen, evenals de onderliggende technische kennis.”

“Dit zijn bedrijven die over generaties heen nadenken. De gemiddelde durfkapitalist denkt in kwartaalwinst en de gemiddelde politicus denkt aan de weekkrant. Misschien moet dat generatieperspectief weer terugkomen in de politiek.”

Durft u de boeren ook te vertellen dat hun huidige bedrijfsvoering op de lange termijn onhoudbaar is?

“Elke sector is aan veranderingen onderhevig. Daar is niets ergs aan. We vragen heel veel sectoren om anders met hun energiehuishouding om te gaan, of het nu de grote chemie, de haven of de autoindustrie is. De vraag is of het lukt om dat samen te doen.”

U staat zeer kritisch tegenover het Europese steunpakket voor de coronacrisis.

“Als ik het steunpakket zie dat de Europese Commissie voorstelt, dan komt Polen op de derde plek van landen die het meeste geld ontvangen. Terwijl dat land relatief minder door de coronacrisis geraakt wordt. Zowel in zorg- als in financiële termen. In dit plan zie ik de relatie met de Covidcrisis niet. We praten al tientallen jaren over hervormingen. Die moeten daarom als voorwaarde aan steun verbonden worden. Dan kunnen landen de volgende klap zelf opvangen.”

U wilt net als de regering vooral leningen verstrekken. Nederland komt met dat standpunt steeds meer alleen te staan, nu ook Duitsland deze eis heeft losgelaten.

“Dit vinden wij een goede manier om deze crisis op te lossen. Ik vind dat we daar wel wat over te zeggen hebben. De Kamer heeft premier Rutte richtlijnen meegegeven voor de onderhandelingen. We wachten rustig waar hij mee terugkomt.”

Hoe zou u zich opstellen als CDA-leider? U staat in Europa niet per se bekend als heel diplomatiek.

“Dat zeg je nu, dat ik niet diplomatiek ben in Europa. Als jij dat beeld zo neerzet, dan klopt het uiteindelijk. Ik lig er niet wakker van. Vorig jaar heb ik de commissie financiën van het Italiaans parlement toegesproken, in het Italiaans (Omtzigt woonde zeven jaar in Italië, red.). Ze begrepen onze positie verrekte goed. Omdat ik de culturele gevoeligheden goed begrijp, kan ik die boodschap heel goed brengen. En soms moet je ook goed luisteren. In mijn inleiding had ik het over brievenbusmaatschappijen in Nederland. Dat is een terecht kritiekpunt van Italië. Als je met elkaar spreekt is er geen sprake van eenrichtingsverkeer.”

“Als je vindt dat ik ondiplomatiek was in Malta, dan vraag ik je of ik diplomatiek had moeten zijn tegen mensen die nu verdacht worden van betrokkenheid bij moord? Dat is toen heel bot gegaan. Er werd in de Raad van Europa een motie van wantrouwen tegen me ingediend. Je dacht toch niet dat dat allemaal diplomatiek ging? Daar word je alleen maar wat harder van.”

Er wordt vaak van u gezegd dat u meer als een oppositiepoliticus opereert. Bent u bereid bestuurder te worden?

“Ik vind dat altijd een merkwaardige tegenstelling. Het is de grondwettelijke taak van de Tweede Kamer de regering te controleren. Die taak is veel te belangrijk om aan de oppositie over te laten. Wanneer de regering stukken achterhoudt, zoals bij de Belastingdienst structureel het geval was, dan heeft de burger daar last van. Er kunnen dingen misgaan, sterker, er gáán dingen mis.”

“Mijn kerntaak is het controleren van de regering. Dat doen wij als Kamer veel te weinig, we reageren veel te veel op krantenartikelen en we houden te veel spoeddebatten. Goede wetsbehandelingen vind ik veel belangrijker. Goed controleren is niet hetzelfde als elke dag een motie van wantrouwen indienen.”

Hugo de Jonge en Mona Keijzer zijn beiden ervaren bestuurders. U niet. Is dat een nadeel?

“De vorige CDA-leiders die gekozen werden, Jan-Peter Balkenende en Sybrand Buma, hadden ook geen ministerservaring. Ik heb geen ervaring met het managen van een groot departement, dat is zo. Ik heb groot respect voor hoe Mona en Hugo dat doen. Maar ik denk dat ik het kan. Jarenlang heb ik mijn ideeën ontwikkeld en uitgewerkt en ik steek mijn nek uit. Ik heb een inhoudelijk idee wat ik precies wil met het CDA.”

“Ik vind het een logische plek voor een partijleider om in de Tweede Kamer te zitten, maar je weet nu nog niet eens of het CDA bij de formatie aansluit. Laat ik zo zeggen, ik heb in die zeventien jaar als Kamerlid geen enkel moment de behoefte gevoeld om een sprintje te trekken naar een pluchestoel. Ik zal het een buitengewone eer blijven vinden om als volksvertegenwoordiger te opereren.”

Veel partijprominenten spreken hun voorkeur uit voor Hugo de Jonge. Wat vindt u daarvan? Als de leden u kiezen, dan moet u eerst het partijkader voor u zien te winnen.

“Jongens, het zijn democratische verkiezingen. Daarbij hoort het dat iemand een andere opvatting kan hebben. Daar ben je als politicus aan gewend. In Nederland accepteren we altijd de uitslag van verkiezingen, dat is in het CDA nog meer een traditie dan elders. Ik vind het heel leuk dat we open verkiezingen hebben, daar kunnen andere partijen misschien wat van leren. Ik ben helemaal niet bang voor wat er allemaal kan gebeuren. Laat iedereen zelf kiezen, en zelf bepalen wat ze naar buiten brengen.”

Lees ook:

Hugo de Jonge: ‘Samenwerking met Forum voor Democratie is onmogelijk’
Hugo de Jonge wil de nieuwe leider van het CDA worden. ‘Het CDA is opgericht om kloven te overbruggen en strijd te pacificeren.’

Mona Keijzer: ‘Met mij keert de verloren CDA-kiezer terug’
Met Mona Keijzer wordt het CDA weer een brede volkspartij, zegt ze. Maar dan moeten de leden haar wel lijsttrekker maken. Of ze ook als nummer twee op de lijst wil, weet de Volendamse nog niet.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden