ReconstructieNotulen
Hoe de ministerraad in 2019 omging met de gedupeerde ouders
De vrijgegeven notulen van de ministerraad gaan over 2019. Veel aandacht trok de manier waarop de ministerraad de Tweede Kamer (onvolledig) informeerde. Maar de raad praatte ook een heel jaar over het rechtzetten van de ‘uitvoeringsproblemen’ bij de Belastingdienst, staatssecretaris Snel voorop. De gedupeerde ouders in de toeslagenaffaire waren er alleen niet mee geholpen.
Een reconstructie van het jaar 2019 aan de hand van de notulen, met in cursief hoe het er in praktijk voorstond met de ouders.
‘Te hardvochtig en te legalistisch’
Het is opvallend hoe scherp staatssecretaris Menno Snel het tijdens de eerste ministerraad van 10 mei 2019 al neerzet. Oorzaak van de opgetreden ‘uitvoeringsproblemen’ is het systeem van toeslagen, dat voorschotten uitbetaalt aan grote groepen mensen, die ‘slechts zeer beperkte financiële slagkracht’ hebben. Een terugvordering brengt hen dus meteen in problemen, zeker als het ‘alles of niets’ is, een tendens die volgens Snel ook is opgemerkt in rechtspraak en bij de Raad van State. “De wijze waarop de Belastingdienst deze mensen benadert is wel heel legalistisch”, zegt Snel. En: “de uitvoering van de wet is soms te hardvochtig”. ‘Hoekig’, noemt hij de Belastingdienst. Maar de oplossing die de ministerraad kiest, is een Haagse. Er komt een adviescommissie, met minister van staat Donner als voorzitter.
De groep van ongeveer 300 ouders worstelt dan al sinds 2014 met het feit dat ze de aantijgingen in haar richting niet recht kan zetten. De ouders komen op een zwarte lijst en hun toeslagen zijn stopgezet en teruggevorderd. Ze moeten hun baan opzeggen of een studie beëindigen. Berichtgeving over het achterhouden van stukken door de Belastingdienst in rechtszaken tegen ouders is er al ruim een half jaar. Pas in de tweede week van juni zegt Snel tegen de Tweede Kamer dat de ernst tot hem doordrong toen hij ‘zelf de stukken bestudeerde’.
‘Er is nooit naar afkomst gekeken’
Op 24 mei buigt de ministerraad zich over een mondelinge vraag van de Kamer of er sprake is van discriminatie van de Belastingdienst. “Het kabinet keurt iedere vorm van etnisch profileren af”, staat er. Snel zegt dat de Belastingdienst de gegevens van tweede nationaliteit niet gebruikt (‘er is nooit naar afkomst gekeken’), maar dat het wel wordt bijgehouden. Waarom is de ministers niet duidelijk.
De groep van 300 ouders uit de eerste grote vermeende fraudezaak (CAF-11) heeft bijna geheel een dubbele nationaliteit.
‘De regie weer in handen’
Snel heeft op 29 mei ‘telkens het gevoel achter de feiten aan te lopen’. Met de instelling van de adviescommissie wil hij ‘de regie weer in handen krijgen’. Donner (oud-vicepresident van de Raad van State) wordt geprezen om zijn gevoel voor ‘rechtsstatelijkheid en menselijke maat’.
‘Zes jaar lang doorgedenderd op hetzelfde pad’
Snel heeft op 7 juni een zeer scherp beeld van de situatie, omdat dossiers zijn opgevraagd voor de commissie. De mensen zijn ‘allemaal als fraudeur aangemerkt, zonder hen gehoord te hebben’. De signalen voor fraude waren volgens Snel minder sterk dan gedacht of ‘lastig hard te maken’. Snel weet nu ook dat de gedupeerden ‘veelal uit de Turkse gemeenschap komen’. “Het lijkt erop dat de getroffen mensen onterecht in de hoek zijn geplaatst op basis van verdachtmakingen en dat de Belastingdienst meer dan zes jaar lang is doorgedenderd op hetzelfde pad.” Daardoor is de menselijke maat verloren. Dat wil hij rechtzetten en hij wil iets voor deze mensen doen, al ‘biedt de wetgeving weinig mogelijkheden voor compensatie’. Snel noemt wel een bedrag dat mogelijk is, 500 euro schadevergoeding per half jaar. Er is angst voor precedentwerking, daarom kijkt minister Koolmees van sociale zaken mee.
De ‘compensatie’ van 500 euro per half jaar voor immateriële schade wordt uiteindelijk onderdeel van de eerste poging tot rechtzetten, half november. Er is gewacht op het onderzoek van Donner, die vernietigend oordeelt over het handelen van de Belastingdienst in deze zaak.
‘Wachten op maatwerk van Donner’
Op 14 juni meldt Snel dat hij de ouders heeft gesproken. “Hun is iets ernstigs aangedaan en zij lopen er al acht jaar mee rond.” De rest van de vergadering gaat over kritische Kamerleden. Op 21 juni gaat het over de problemen met de Belastingdienst en krijgt Snel steun en waardering voor zijn aanpak in de ‘zaak van de onterecht stopgezette kinderopvangtoeslagen’. Op 12 juli zegt Snel dat ze moeten wachten op Donner, die ook zal adviseren over ‘maatwerk’. De ministers bespreken berichten over ‘vergelijkbare zaken’ van gedupeerde ouders die in de media verschijnen. Het aantal van 170 zaken wordt genoemd, toch concludeert premier Rutte dat die niet een-op-een vergelijkbaar zijn. Snel zegt dat de huidige praktijk, waarbij burgers nauwelijks een rechtszaak tegen de Belastingdienst kunnen winnen, ‘niet langer houdbaar’ is. De anderen gaan er niet op in en praten over mediastrategie, ‘pro-actief’ inlichten van de Kamer en ‘sensibiliseren’.
In augustus is op het ministerie van financiën bekend dat de groep veel groter is, er zijn misschien wel 8400 getroffen ouders. Snel laat alle invorderingen van toeslagen doorlopen.
Uitstel van conclusies Donner
Op 18 oktober licht Snel zijn collega’s in over de bevindingen van Donner. Hij wil snel reageren op dit rapport ‘gezien het belang van de ouders’. Een van de oplossingen om de cultuur bij de Belastingdienst te veranderen is een reorganisatie, de ministers praten hier lang over. Op 1 november gaat het over de omslag van de Raad van State (die zegt dat toch maatwerk voor ouders mogelijk is en dat oudere zaken herzien mogen worden). Dat betekent weer twee weken uitstel voor Donner.
Donner komt uiteindelijk half november met zijn rapport. Op 15 november zegt Snel dat ‘de ouders ruimhartig worden gecompenseerd’. Minister Schouten prijst dit, maar waarschuwt goed te letten op de fiscale gevolgen en ervoor te zorgen dat de nasleep voor de ouders niet nog jaren duurt. Snel moet aftreden in december 2019. De compensatie verzandt en stagneert opnieuw. De nasleep duurt inderdaad jaren.
Lees ook:
Dit zijn de meest ‘brisante’ passages uit de notulen
Dat de letterlijke notulen van de ministerraad twee jaar na dato voor iedereen te lezen zijn, is uniek. Hier volgen de meest opvallende passages uit de 37 gepubliceerde pagina’s.