OnderzoekBedreigingen
‘Hé, ga jij eens dood’, kreeg het Statenlid te horen
Wie kwaad wil, weet de politici te vinden. Ook als zij voor de provincie werken. Statenleden hebben te maken met intimidaties en bedreigingen. ‘Je gaat het normaal vinden. En dat is eigenlijk helemaal niet normaal.’
‘Hé, ga jij eens dood’
‘We weten waar je woont en we komen achter je aan’
‘Stop met ademhalen, dan is iedereen blij’
Eric de Bie, Statenlid uit Noord-Brabant, zegt: “Ik denk dat volksvertegenwoordigers in een provincie het minste last van bedreigingen hebben, wij zijn immers de grote onbekende.”
Je zou het inderdaad vermoeden, dat politici in de provinciehuizen een haast onzichtbare bestuurslaag vormen, op ruime afstand van de bevolking, druk met zaken waar de burger niet dagelijks door wordt geraakt. Maar schijn bedriegt.
De Bie heeft zelf ‘nergens last van’, laat hij weten. Toch geven acht van zijn collega’s uit de Provinciale Staten van Brabant aan dat ze de afgelopen jaren geïntimideerd of zelfs bedreigd zijn. Sommigen zoeken de belagers in ‘links-radicale hoek’, anderen wijzen naar ‘boerenactivisten’. Een van de Brabantse Statenleden deed uiteindelijk ook aangifte, want ‘de persoon bedreigde ook mijn kinderen’.
Provinciale politici zijn ‘vanuit de luwte naar voren getreden’, zegt Harold van de Velde, voorzitter van de vereniging voor Statenleden. “Belangrijke onderwerpen waar een oplossing voor gevonden moet worden, liggen nu op het bordje van de provincie. Landbouw, natuur, stikstof, energie. Emoties lopen hoog op. Dat merken wij.”
Dankzij de stikstofcrisis en de gevolgen voor de natuur, de landbouw en de economie, zijn de taken van de provincie de afgelopen jaren misschien wel zichtbaarder geworden dan ooit. Het maakt het werk van de Statenleden belangrijker en de politici kwetsbaarder.
Vooral D66 en GroenLinks zijn doelwit
Trouw benaderde alle 570 leden van de Provinciale Staten met vragen over mogelijke intimidaties en bedreigingen en de gevolgen die dit heeft voor het ambt. 188 van hen reageerden. Daarvan geven er 71 aan dat ze op enigerlei wijze worden lastiggevallen vanwege hun werk in het provinciehuis. In twaalf gevallen leidde dat tot een aangifte. Zo stapte een Fries Statenlid naar de politie omdat ze zich geïntimideerd en bedreigd voelde nadat ze weigerde ‘een formulier te ondertekenen waarin stond dat we tegen het World Economic Forum, Rutte, stikstof, corona en de regering zijn’.
Het overkomt politici uit alle delen van het land, van nagenoeg iedere partij. Sommigen hebben er wel meer last van dan anderen. Met name Statenleden van GroenLinks en D66 zijn doelwit. De politici worden telefonisch lastiggevallen, op straat, tijdens het campagne voeren, bij demonstraties op de stoep van het provinciehuis, via e-mail, de sociale media en de klassieke post. Wie kwaad wil weet het Statenlid te vinden, op welke manier dan ook.
Het is belangrijk, zegt het Limburgse VVD-Statenlid Teun Heldens, ‘dat wij ons uitspreken’. “Sommige collega’s vinden dat het erbij hoort. Dat je niet in de politiek werkzaam moet zijn als je hier niet tegen kunt.” Heldens weet waar hij over spreekt. Na een bezoek aan een zwembad, reageerde iemand op Twitter: ‘Het is maar goed dat ik je niet zag, want dan had ik je verzopen’. In een privébericht op Facebook stond: ‘Hé, ga jij eens dood’. Tijdens een demonstratie tegen het vliegveld bij Maastricht riep een omstander tegen de aanwezige politici, onder wie Heldens: “Jullie zijn allemaal corrupt!” De VVD’er had beveiligers nodig om bij zijn auto te komen. “Het punt is: je weet niet wie wel en wie niet gevaarlijk is.” Dat baart hem grote zorgen.
Steeds vaker beveiliging
Het onderzoek maakt duidelijk dat het probleem met intimidaties en bedreigingen al lang niet meer is voorbehouden aan de politici op het Binnenhof. In de Haagse politiek is de situatie ernstiger, met politiehuisjes voor de woningen van bewindslieden en politici die geen meter buiten de deur kunnen zetten zonder breedgeschouderde mannen met oortjes in de buurt. Maar ook in en rond de provinciehuizen rukt de beveiliging op.
Lucas Brinkhuis, Statenlid in Overijssel namens GroenLinks, denkt terug aan een commissievergadering over de bescherming van een natuurgebied, vorig jaar september. Aanwezige boeren op de tribune verstoorden de vergadering met geschreeuw en gescheld. Brinkhuis hoorde demonstranten tijdens een schorsing ‘ik hang je op’ en ‘je zult de gevolgen merken’ tegen de aanwezige gedeputeerde roepen. “Het was buitengewoon heftig”, zegt Brinkhuis. Het leidde er onder andere toe dat vergaderingen over dit soort gevoelige onderwerpen niet meer in een kleine commissiezaal worden gehouden, maar in de grote zaal, waar het publiek op ruimere afstand van de politici zit en waar plek is voor beveiligers.
Het lijkt iets kleins, een vergadering verplaatsen, maar het is onderdeel van iets groters. Het provinciebestuur is in toenemende mate doelwit van boze burgers. Meerdere keren liepen boerenprotesten op de stoep van de provinciehuizen uit de hand, met vernielingen en arrestaties tot gevolg. En het bedreigende protest beperkt zich niet tot agrariërs met trekkers.
In Limburg bijvoorbeeld moest de politie paraat staan bij een debat over de toekomst van het vliegveld. D66-Statenlid Marlou Jenneskens vertelt dat ze de beveiliging de afgelopen jaren heeft zien toenemen. Bij grote demonstraties wordt ze verzocht ergens anders te parkeren, uit veiligheid. Soms wordt de lunch verplaatst naar een andere plek in het gebouw. “Dat wordt in goede banen geleid en er is beveiliging, maar je gaat dat normaal vinden. En dat is eigenlijk helemaal niet normaal.”
‘Jullie moeten bij haar zijn!’
Het is een breder gevoelde opvatting onder Statenleden: burgers die zich agressief of intimiderend gedragen horen wellicht bij het werk van een politicus. Een beetje olifantenhuid moet je als volksvertegenwoordiger wel hebben vandaag de dag. Dat dacht Daisy Vliegenthart, CDA-Statenlid in Gelderland, aanvankelijk ook. Maar ze beseft dat ze intimidaties niet normaal hoort te vinden. Als woordvoerder stikstof heeft ze hoogoplopende boerendemonstraties op de stoep van het provinciehuis meegemaakt. Een keer riep een collega-Statenlid – ze wil niet zeggen van welke partij – tegen de betogers, terwijl die naar Vliegenthart wees: “Jullie moeten bij haar zijn, zij is van het CDA!” Het maakte haar situatie er op dat moment niet prettiger op.
Vliegenthart heeft geaarzeld of ze door wil als Statenlid, maar niet vanwege de intimidaties. “Ik wil daar absoluut niet aan toegeven.” Ze doet dit werk nu acht jaar en heeft uiteindelijk besloten dat ze er nog vier jaar aan vast wil plakken. “Het is een uit de hand gelopen hobby. En ik vind het een waardevolle hobby.”
Er zijn wel Statenleden die vanwege narigheid aan het twijfelen zijn gebracht. Zeven van hen hebben uiteindelijk, na wikken en wegen, de afweging gemaakt zich toch verkiesbaar te stellen op 15 maart. Voor vijf Statenleden zijn de intimidaties en bedreigingen (mede) de reden dat ze stoppen. Brinkhuis wil door met zijn werk namens GroenLinks in Overijssel, zegt hij. “Maar ik moest daar wel goed over nadenken. De sfeer is echt aan het omslaan.” Via de sociale media kreeg hij diverse haatreacties: ‘Stop met ademhalen, dan is iedereen blij’. En, naar aanleiding van een discussie over de toekomst van de boer: ‘Laat ze ook deze politici eens gaan saneren’. Brinkhuis: “Op een gegeven moment kom je op het punt dat je in je persoonlijke leven wordt beperkt. Gelukkig vind ik mijn werk vooralsnog belangrijker dan de narigheid.”
Er zijn Statenleden die één of enkele keren zijn lastiggevallen, veelal online, door anonieme accounts. Wat opvalt in het onderzoek is dat er ook provinciale politici zijn die stelselmatig worden tegengewerkt. ‘Meerdere keren per maand’, zegt een Statenlid. Anderen geven aan: ‘Vrij frequent tijdens boerenprotesten’, ‘aanvankelijk dagelijks’, 2020 was extreem’, ‘paar keer per week’, ‘vijftig keer ongeveer’.
Veranderen van huis en school
Bij het Zuid-Hollandse GroenLinks-Statenlid Armine Stepanyan liepen de bedreigingen dusdanig uit de hand, dat ze uiteindelijk in de rechtbank belandde als slachtoffer. Daar legde ze een verklaring af ‘omdat bedreigen met de dood een zwaar feit is’. Haar belager schold haar op het schoolplein uit voor ‘vieze Turk’ (ze is Armeens), later sprak hij tegen de politie over ‘die kutpartij’. De intimidaties werden structureel. “Iedere ochtend bracht ik mijn kind naar school en kwam ik hem tegen. Ik heb me toen veel zorgen gemaakt. De man zei tegen me dat hij mijn adres had achterhaald en mij thuis zou opzoeken.”
De rechter veroordeelde hem tot een taakstraf, een boete en een contactverbod. “Hij heeft tot drie keer van de rechter gehoord dat dit niet kan in Nederland, dat vind ik misschien wel het belangrijkste”, vertelt Stepanyan. Ze heeft er wel een prijs voor moeten betalen. Het Statenlid verhuisde naar een geheim adres, haar zoontje zit op een andere school. “Ik ben voorzichtiger geworden, ik kijk overal goed om me heen.”
Vele tientallen politici die meewerkten aan het onderzoek laten doorschemeren dat de intimidaties en andere overlast op de een of andere manier van invloed zijn op het werk. Sommigen zitten niet meer op sociale media, anderen vermijden ‘bepaalde plekken’. Een Statenlid, dat anoniem wenst te blijven, zegt: “Ik let erg op wat ik zeg, ben veel meer gesloten als mens. Ik ben een veel ‘kleinere’ versie van mezelf geworden.”
Een ander geeft aan dat het werkplezier is verdwenen. Een GroenLinks-Statenlid: “Ik ben afwachtender geweest in het verspreiden van de schriftelijke vragen over de protestvlaggen, gezien de druk die er deze zomer op lag.” Vanuit Limburg zegt VVD’er Heldens: “Ik heb gemerkt dat ik beter op mijn woorden ben gaan letten. Ik druk me voorzichtiger uit. In zekere zin ben ik me in gaan houden om agressie te voorkomen.”
Training voor nieuwe Statenleden
De Limburgse D66’er Jenneskens heeft haar adres van de website van de provincie laten halen. “Los van wat er daadwerkelijk gebeurt: je durft minder. Er zit toch een beetje angst in.” Ze zegt ook: “Soms vraag ik me af hoe veilig het is als ik mijn jas van D66 aan heb.” Vliegenhart (CDA, Gelderland) vertelt dat ze grote demonstraties voortaan links laat liggen. “Op zo’n enorme boeren-bijeenkomst in Stroe, vorig jaar zomer, zal je mij niet meer zien.”
Agressie en intimidatie is onderdeel geworden van de nieuwe politieke realiteit. Ook voor de provincie. Het lijkt onvermijdelijk dat in elk geval een deel van de nieuwe Statenleden die 15 maart worden verkozen er ook mee te maken zal krijgen.
StatenlidNu, de vereniging voor Statenleden, zal na de verkiezing in elke provincie een training aanbieden. Voorzitter Van de Velde: “Daarin gaan de Statenleden ook oefenen. Wat als iemand tegenover je staat te schreeuwen? Wat doe je dan? Klap je dicht? En wanneer doe je aangifte?”
Ook Van de Velde is er voorstander van dat Statenleden zich uitspreken over de bedreigingen. “We moeten minder naïef worden”, vindt hij. “Als we er niets van zeggen wordt het alleen maar erger. Blijkbaar zijn er in de samenleving mensen die dit normaal vinden.”
Lees ook:
Ook provinciale politici hebben last van intimidaties en bedreigingen
Lange tijd opereerden Statenleden in de luwte, maar aan de vooravond van de verkiezingen wordt duidelijk dat ze veelvuldig worden lastiggevallen.
Kamerleden doen hun verhaal: continue intimidatie en bedreigingen, in Den Haag én thuis
De wereld waarin politici werken is vijandiger geworden. Aan Trouw vertellen Kamerleden wat zij doormaken, niet alleen op het Binnenhof, maar ook in hun privé-omgeving. Het beïnvloedt hun functioneren en ondermijnt de democratie.