Tweede Kamer
Coronadebat: kabinet houdt vol dat er met de kennis van toen de juiste keuzes zijn gemaakt
In de eerste periode van de coronapandemie was er weinig duidelijkheid en veel paniek. De Tweede Kamer heeft daar begrip voor. Maar wil ook dat het bij een volgende crisis beter gaat.
In de eerste grote terugblik op de coronacrisis woensdag, kwam er vanuit de Tweede Kamer kritiek op de beslissingen die in de eerste helft van 2020 werden genomen. Die richtte zich vooral op het gebrek aan aandacht voor de verpleeghuizen en de langdurige zorg. De grootste oppositiepartij PVV vroeg tevergeefs om excuses van het kabinet voor de vele doden die dat eerste half jaar vielen.
Geen stille ramp
De meeste spanning ontstond over de vraag waarom personeel in verpleeghuizen in maart 2020 het advies kreeg dat mondkapjes niet medisch noodzakelijk waren. PVV-Kamerlid Fleur Agema verweet minister-president Mark Rutte dat hij medewerkers aan hun lot had overgelaten en dat die beslissing enkel en alleen was ingegeven door het gebrek aan beschermingsmiddelen.
GroenLinks, SP, DENK en BBB sloten zich aan bij de felle kritiek die Agema uitte op Rutte. Hij antwoordde haar dat de schaarste niet leidend was in de richtlijnen, ‘maar het was wel de context’. SP’er Maarten Hijink noemde het verhaal van Rutte schimmig en Agema noemde zijn antwoord een kletsverhaal. Dat laatste schoot bij de premier in het verkeerde keelgat. “Als mevrouw Agema mij een leugenaar noemt, moet ze maar een motie van wantrouwen indienen.”
Net als haar collega-Kamerleden van SP en Denk maakte Agema verder bezwaar tegen het idee dat er in de verpleeghuizen sprake was van ‘een stille ramp’. Zij benadrukten dat de Kamer al heel snel aandacht vroeg voor wat er gebeurde buiten de ziekenhuizen en ic’s, waar toentertijd de meeste aandacht naar uit ging. “Het was helemaal geen stille ramp”, benadrukte Farid Azarkan van Denk. “Alleen voor diegenen die niet wilden luisteren.”
Natafelen in het parlement
Dat gebrek aan bereidheid om te luisteren bij het kabinet kwam meer terug in de vragen en kritiek van de Tweede Kamer. Ook was volgens de Kamer te lang en te vaak onduidelijk wie nu verantwoordelijk was voor welke ingrijpende beslissing.
Het meest uitgesproken daarover was Hijink van de SP. Hij noemde de coronadebatten, die vaak volgden na de grote persconferenties van minister-president Mark Rutte en toenmalig coronaminister Hugo de Jonge ‘een beetje natafelen in het parlement’. Hij verwijt het kabinet dat er tijdens de persconferenties maatregelen werden afgekondigd die nog niet met de Kamer waren besproken.
Minister-president Mark Rutte bleef herhalen wat hij eigenlijk al drie jaar zegt. Hij benadrukte meermaals dat ‘hij niet had geweten hoe we het anders hadden moeten doen’. Rutte: “Als ik terugkijk door de oogharen, denk ik dat ook de Tweede Kamer te maken had met een situatie waarin we niet 100 procent van de informatie hadden, maar wel 100 procent van de beslissingen moesten nemen.”
Wie neemt de beslissingen?
Oppositiepartijen verwijten het kabinet verder dat het zich te veel heeft verscholen en nog altijd verschuilt achter de adviezen van wetenschappers. Dat is ook een van de kritiekpunten van de Onderzoeksraad voor de Veiligheid over die eerste periode van de pandemie. Die schrijft dat te vaak niet duidelijk is geweest wie adviseur was, en wie de beslissingen nam.
Rutte op zijn beurt benadrukte meermaals het enorme belang van varen op wetenschappelijke kennis. Minister Ernst Kuipers van volksgezondheid hield de Kamer voor dat ‘een advies van wetenschappers’ niet hetzelfde is als ‘een wetenschappelijk advies’.
De Tweede Kamer debatteerde woensdag tot laat in de avond over het eerste onderzoeksrapport van de Onderzoeksraad voor de Veiligheid. Dat gaat over de beginperiode van de coronapandemie, van december 2019 tot september 2020. Zowel Rutte, minister Yeşilgöz van justitie en veiligheid, minister Kuipers van volksgezondheid als minister Helder van langdurige zorg was erbij aanwezig.
Lees ook:
GGD bezorgd: Wat als de volgende crisis helemaal geen pandemie is?
Het kabinet wil, wijs geworden door corona, vooral de ‘pandemische paraatheid’ van Nederland opkrikken. Maar vergeet daarbij andere mogelijke rampen niet, waarschuwt André Rouvoet namens de GGD’en.
Column: Is de corona-enquête wel in goede handen bij de Tweede Kamer?
“De Tweede Kamer is te druk met van alles, sterk gepolariseerd en nauw betrokken bij de coronabestrijding.”