OpinieStrijd om de ruimte
Windcoöperatie geeft boeren en dorpen vleugels
Provincies worstelen met het verzet tegen windturbines. In midden-Limburg lukt het een coöperatie van burgers wel windparken te bouwen. Omdat de hele omgeving profiteert, stellen Albert Jansen en Andres Bauer, bestuurders bij Coöperatie Zuidenwind.
Vechten we tegen ‘windmolens’ of kunnen we deze onmisbare bron van duurzame energie ook omarmen? Wij gaan voor het laatste. Dan komt het erop aan de gemeenschap daadwerkelijk zeggenschap en profijt te geven. Ons uitgangspunt is: wind is van iedereen. Dus zet Zuidenwind zich in om iedereen in de omgeving bij windparken te betrekken. Gekozen is voor een coöperatie zodat ook iedereen er baat bij heeft in plaats van dat winsten naar grote commerciële energieleveranciers gaan.
We ijveren ervoor dat deze aanpak ook elders voet aan de grond krijgt. Want het kan de energietransitie in heel Nederland vaart geven. Zo krijgt duurzaamheid letterlijk wind onder de vleugels, waar deze energiebron nu in vele provincies een twistpunt is.
De bijdragen van leden van de coöperatie maken de ontwikkeling en exploitatie van windparken mogelijk. Begonnen in 2015 in Neer, telt de vereniging inmiddels zo’n 700 leden. Burgerlidmaatschap noemen we dit. Ze betalen een kleine bijdrage aan het benodigde kapitaal voor een windpark en krijgen daarvoor stemrecht. Samen hebben zij zeggenschap over het reilen en zeilen van Zuidenwind. Een deel investeert met leningen en ontvangt rente. Alle burgerleden samen, de coöperatie dus, zijn eigenaar van de windturbines en hebben naar rato van inleg financieel voordeel bij het lidmaatschap.
Grondeigenaren vergoed
Anders dan bij commerciële partijen, die alleen direct betrokken grondeigenaren betalen, ontvangen niet alleen eigenaren van grond waarop een windturbine komt een vergoeding, maar ook degenen met grond die tussen de locaties ligt. In ons projectgebied beginnen we gezamenlijk - eigenaren en bewoners - de hoogte van de jaarlijkse vergoeding af te spreken. Daar ontstaat het eerste vertrouwen, wat niet vanzelfsprekend is bij de aanleg van windparken. Het is deze open manier van ontwikkelen en communiceren die overeenstemming en draagvlak bevordert.
Ook eerlijk delen in opbrengsten is belangrijk. Elk zichzelf respecterend windpark heeft een Omgevingsfonds, ook Zuidenwind. Lokale initiatieven krijgen daaruit steun: de mede-oprichting van een dorpsplatform, digitalisering van archieven, de aanschaf van een elektrische burgerbus voor vervoer op maat en sport- en spelvoorzieningen. Ook de aanleg van een voedselbos, de aanschaf van een AED en de renovatie van een kapelletje kregen bijdragen. Alles op voorstel van omwonenden om leefbaarheid te bevorderen.
Die lokale betrokkenheid gaat echter nog verder. Waar marktpartijen hun winst uitkeren aan de aandeelhouders, brengt Zuidenwind een groot deel onder in een Duurzaamheidsfonds. Dat ondersteunt het energieneutraal maken van verenigingsgebouwen en gemeenschapshuizen. Asbestdaken worden vervangen door dakbedekking met zonnepanelen. En binnenkort voorziet het fonds een lokale voetbalclub van warmtepompen en zonnepanelen. Bovendien investeren we in coöperatieve zonnedaken voor de sociale woningbouw.
Landbouwtransitie
We kijken ook verder dan de directe omgeving en starten nieuwe coöperatieve energieprojecten die tevens bijdragen aan de overgang naar duurzame landbouw. Zo is Zuidenwind betrokken bij twee nieuw te bouwen windparken in combinatie met zonneparken, waarvoor we grasland aankopen. De effecten zijn bijzonder: door op dat land zonnepanelen te plaatsen kan de grondwaterstand omhoog (minder uitdroging), vermindert het aantal melkkoeien (minder stikstof), de agrariër verhuist en kan elders op coöperatieve grond biologisch boeren (circulair).
Zo verbinden we de energietransitie aan de transitie van de landbouw. Deze werkwijze zorgt voor milieuwinst maar zo kunnen we ook samen met agrariërs het buitengebied meer perspectief en toekomst te geven.
Coöperatief eigendom van windparken kan een veel grotere bijdrage leveren aan de energietransitie dan commercieel eigendom. Door gebruikers en producenten rechtstreeks aan elkaar te verbinden ontstaat er een lokale stroommarkt en als het ware een energiegemeenschap: lokaal opgewekte energie kan lokaal benut worden. Dit leidt uiteindelijk tot minder belasting van het stroomnet en heeft als voordeel dat er een langjarige, eerlijke en stabiele kostprijs geldt.
Zuidenwind onderzoekt momenteel de mogelijkheden voor de oprichting van lokale energie-gemeenschappen via drie projecten: met burgers, met tuinders en met boeren.
Provincie is aan zet
Dit brengt ons op de rol van de provincies. Zij verlenen de vergunningen en maken het beleid voor duurzame energieopwekking. Ze zijn ook een belangrijke politieke schakel naar de wetgever en gemeenten.
Bovendien spelen zij met de waterschappen een belangrijke rol bij de (her)inrichting van de beperkte ruimte in het landelijk gebied. Nog te vaak wordt nu de ontwikkeling van zon- en windparken overgelaten aan marktpartijen, die carte blanche lijken te krijgen zonder oog te hebben voor de (directe) omgeving. Grondspeculatie en winstbejag domineren.
Bij energiecoöperaties is er een vanzelfsprekende verbinding met lokale belangen. Daar komen opbrengsten en ontwikkelingen ten goede aan de (directe) omgeving. Provincies zouden met gericht beleid de coöperaties kunnen steunen zodat ze kunnen concurreren met marktpartijen. Dat dit werkt blijkt uit ervaringen in Midden-Limburg. Met coördinatie en steun van de provincie bouwden vier gemeenten samen vijf coöperatieve windparken in een razendsnelle tijd. De doorlooptijd van idee naar vergunningverlening tot levering van stroom bedroeg slechts vier jaar (2016-2020).
Na de verkiezingen van vandaag kunnen de nieuwe colleges en Provinciale Staten direct aan de slag om democratische coöperaties vleugels te geven. Winst maken over de rug van bewoners, zoals bij het windmolenpark in de Wieringermeer waar bewoners het nakijken hadden, gaat Zuidenwind te ver. Juist door het samen te doen ontstaat draagvlak voor windenergie. Zo heeft iedereen er wat aan.
Albert Jansen is secretaris van het bestuur Coöperatie Zuidenwind, werkte van 2000 tot 2012 als senior programma-adviseur regionale aanpak windenergie bij SenterNovem en het Agentschap NL (Min EZK)
Andres Bauer is bestuurslid Coöperatie Zuidenwind en projectleider windparkontwikkeling en betrokken bij de RES
Lees ook:
De wind verdeelt Utrecht, vlak voor de verkiezingen
In Utrecht laait de discussie over windmolens weer op, vlak voor de verkiezingen. In de hele provincie staan vijftien turbines terwijl er zestig nodig zijn.‘Het is eigenlijk iets om je voor te schamen.’
Hoe maken Noord-Brabant en Limburg het hoogveen van de Peel weer nat?
Grondwater speelt een belangrijke rol bij de provinciale verkiezingen in Noord-Brabant en Limburg. Beide provincies én de twee waterschappen willen meer water vasthouden. Maar gebeurt dat ook echt?