ColumnSylvain Ephimenco
Valt een kerstbezoek aan je bejaarde moeder onder ‘noodzakelijk’?
Moeder wacht geduldig op de dood. Dit is althans haar vaste mededeling bij ieder nieuw gesprek dat we via de telefoon voeren. Alles went, dus ook een moeder van 89 jaar die het dramatiseren altijd tot een soort kunst heeft verheven. Latino-mama’s met Spaans bloed (en de foto’s van haar ouders Rodrigo en Carmen altijd op lipbereik) weten exact hoe je de alledaagsheid met tragiek kunt omkleden. Ingeklemd tussen haar tv-toestel en de wandklok waaruit een luidruchtig plastic vogeltje elk uur uitkraait, wacht ze op Magere Hein. In een appartement in Zuid-Frankrijk dat ze praktisch niet meer verlaat, met een verpleegster met mondkapje die haar dagelijks kort bezoekt. Eens per week komt mijn oudere zus, die op meer dan 50 kilometer woont, haar van warmte voorzien. Gewoonlijk word ik niet paniekerig van haar gespeelde hunkering naar de finishlijn. Een beetje aangezet medeleven als antwoord is voldoende.
Maar nu is Kerst in aantocht. Een coronakerst, verminkt en geamputeerd van zijn familiebetekenis. Frankrijk zit nog in ‘confinement’, wat een mooier woord is voor lockdown. Maar de wreedheid is identiek: gemaskeerde ministers bevolken de Franse tv-schermen en waarschuwen dat ook kerstbezoeken drastisch ingeperkt zullen moeten worden in dit Covidjaar. “Je komt er niet door en misschien word je, wie weet, aan de grens gearresteerd.”
Altijd die tragiek van haar. Ik zie al de vette koppen in de krant: zoon die zijn moeder wilde bezoeken hardhandig uit zijn auto gehaald bij Hazeldonk en ingerekend. Maar voorlopig zijn de grenzen heus niet dicht, hoewel het Nederlandse ministerie van buitenlandse zaken meldt: ‘Niet noodzakelijke reizen naar Frankrijk zijn niet toegestaan’. Wat is eigenlijk noodzakelijk en valt een kerstbezoek aan je bejaarde moeder daaronder?
We hebben Kerst bijna altijd samen gevierd. In het verleden haalde ik regelmatig mijn twee geliefde oudjes naar Nederland. De laatste keer, dertien jaar geleden, ging het mis. Ik had toch alles goed geregeld: vliegtickets, cadeaus al opgestapeld onder de boom en ik stond in de koude hal van Eindhoven Airport de laatste passagiers uit het vliegtuig te tellen. Geen ouders. Toen sijpelde het stemmetje van mijn vader uit mijn mobiel: “Ze hebben ons de toegang geweigerd. We mochten niet vertrekken.” Het identiteitsbewijs van moeder was al tien dagen verlopen en regels zijn regels, ook met Kerst.
Sinds deze geaborteerde poging zijn wij altijd degenen die de afstand overbruggen. Soms kookte ik een succulente kerststoofpot met kalfsvlees en witte wijn in Nederland en na een reisdag in de kofferbak te hebben gerijpt, warmde ik hem op in Zuid-Frankrijk. Niemand weet hoe lekker een stoofpot kan zijn die door vier landen is gaan trekken. Deze coronakerst zal geen grens of ministerieel gebod mij tegenhouden. Vooral omdat moeder in december nog maar vijf maanden te gaan zal hebben om haar 90ste verjaardag te vieren. Hetzelfde aantal maanden dat mijn vader miste om dezelfde leeftijd te bereiken. Hij stierf twee jaar geleden.