OpinieBiomassa
Tien redenen om geen biomassa te verbranden
Hout als energiebron is schadelijk voor het klimaat, betogen 35 wetenschappers.
Hout verbranden voor energie? Faliekant verkeerd. Maar de Tweede Kamer worstelt nog steeds met besluitvorming hierover. Met het excuus dat er wetenschappelijk geen consensus zou bestaan. Wij, 35 wetenschappers, weten beter. Het gaat hier namelijk niet over meningen, maar over feiten. We geven er hier tien.
• Er is nu al te veel CO2 in de atmosfeer. Als we de klimaatdoelen voor 2030 en 2050 willen halen, moeten we dit binnen de komende
10 jaar verlagen, niet verhogen. De beste manier om dit te doen is om bomen te laten doorgroeien, want bomen zijn goed in CO2-opslag.
• Bij de verbranding van biomassa wordt per eenheid geproduceerde energie 16 procent meer CO2 dan bij steenkool en 94 procent meer dan bij gas uitgestoten. Over tientallen jaren zou die CO2 weer in bomen kunnen zijn opgenomen, maar dan is het te laat.
• Hout als energiebron vereist heel veel land, omdat planten maar een paar procent van de zonne-energie opvangen en vastleggen. Biomassa levert per vierkante meter vijftig tot honderd keer minder energie dan zonnepanelen.
• De motivatie om hout te verbranden voor energie is dat voor elke gekapte boom een nieuwe boom geplant kan worden. Het zou dus CO2-vrije energie zijn, omdat deze nieuwe aanplant de vrijgekomen CO2 weer uit de lucht haalt. Maar dit negeert het tijdsverlies: het duurt tientallen jaren voordat de nieuwe aanplant de uitgestoten CO2 weer heeft opgenomen, en nog langer voordat ook de extra CO2 die een niet-gekapte boom zou hebben opgenomen, is gecompenseerd. De korte koolstofcyclus is een illusie. Het is wetenschappelijk vastgesteld dat het gebruik van houtige biomassa in plaats van fossiele brandstof voor energie de CO2 in de atmosfeer voor dertig tot meer dan honderd jaar verhoogt.
• Binnen de EU hoeft de CO2 uitgestoten bij het verbranden van geīmporteerde biomassa – het merendeel – nergens te worden meegeteld. Dit leidt tot een volledig verkeerd beeld .
• Veelgenoemd argument door de pro-biomassalobby: ‘Als je snoeiafval niet verstookt, verrot het en komt de CO2 toch vrij’. Dit negeert de tijdsfactor. Verbranding stoot alle CO2 metéén uit, hout dat vergaat stoot in tien jaar maar een kwart tot een derde van zijn CO2 uit. Bovendien wordt een groot deel van de CO2 nooit uitgestoten, maar vastgelegd in de bodem. Dat ‘afval’ is een belangrijke bron van voedingsstoffen en daarmee onmisbaar voor de groei van het bos en dus de vastlegging van CO2. Bossen produceren geen afval: dode biomassa wordt omgezet en opnieuw gebruikt. Bossen zijn het schoolvoorbeeld van een kringloopeconomie.
• De claim dat het bij houtige biomassa om restafval gaat, is onjuist. Slechts 12 procent van het hout voor geïmporteerde houtpellets is restafval uit het bos. Documentaires uit Nederland, de VS en Estland laten zien hoe hele bomen worden gerooid en verwerkt. Waarom enerzijds kranten recyclen en anderzijds de bomen waar kranten van worden gemaakt massaal versnipperen en verbranden?
• Biomassa gebruikt enorme subsidies voor een laagwaardig product als energie terwijl die subsidie juist voor hoogwaardige producten gebruikt zou moeten worden.
• Ook zaagsel en ander restafval dat vrijkomt in de houtindustrie kan hoogwaardiger gebruikt worden, bijvoorbeeld voor spaanplaat en linoleum. Subsidiering voor energiedoeleinden verstoort deze markt en leidt tot meer houtkap.
• De wereldwijde grootschalige vraag naar biomassa heeft grote negatieve gevolgen voor landgebruik en biodiversiteit. Een gevarieerd bos is multifunctioneel (lucht-, bodem- en waterkwaliteit, maximale koolstofopslag en biodiversiteit). Het omzetten van bestaand multi-functioneel bos naar energiegewassen of snelgroeiend hout in monoculturen is een vorm van landgebruik met veel negatieve milieu- en biodiversiteitseffecten.
Mede namens:
Bert Brunekreef, Em. Prof Environmental Epidemiology, Univ. Utrecht
Hans de Kroon, Prof. of Plant Ecology, Radboud Univ. Nijmegen
Geert de Snoo, Prof. Conservation Biology, Univ. Leiden en NIOO-KNAW
Jan den Ouden, Universitair docent Bosecologie en Bosbeheer Wageningen Univ.
Marcel Dicke, Prof. of Entomology, Wageningen Univ.
Ben Feringa,
Jacobus van ‘t Hoff, Distinguished Prof. of Molecular Sciences, Univ. of Groningen
Daan Frenkel, Em. Prof. of Chemistry, Cambridge Univ.
Kees Hummelen, Em. Prof. Chemie van (bio)organische materialen, Univ. Groningen
Patrick Jansen, UHD Wildlife Ecology and Conservation, Wageningen Univ.
Tjeerd Jongsma, Director Institute for Sustainable Process Technology (ISPT)
Frits Mohren, Prof. Bosecologie en Bosbeheer, Wageningen Univ.
Han Ollf, Prof. of Community and Conservation Ecology, Univ. Groningen
Jos Raaijmakers, Prof. of Microbial interactions, Univ. Leiden en NIOO-KNAW
Rudy Rabbinge, Em. Prof. Theoretische Productie Ecologie, Wageningen Univ.
Joost Reek, Prof. Supramolecular Catalysis, Universiteit van Amsterdam
Huub Rijnaarts, Prof. Environmental Technology, Wageningen Univ.
Daan Schram, Em. Prof. Technische natuurkunde, Techn. Univ. Eindhoven
David Smeulders, Prof. Energy Technology, Techn. Univ. Eindhoven
Richard van de Sanden, Prof. Plasmafysica en chemie, Techn. Univ. Eindhoven
Jos van der Meer, Em. Prof. Algemene interne geneeskunde, Radboud Univ. Nijmegen
Klaas van Egmond, em. Prof. Milieukunde en Duurzaamheid, Univ. Utrecht.
Rienk van Grondelle, Em. Prof. biofysica Vrije Univ. Amsterdam
Joop van Lenteren, Em. Prof. entomologie, Wageningen Univ.
Wim van Saarloos, Prof. of Theoretical physics, Universiteit Leiden
Wim van der Putten, Prof. Functional Biodiversity, Wageningen Univ. en NIOO-KNAW
Pier Vellinga, em. Prof. klimaatverandering, Vrije Univ. Amsterdam
Marcel Visser, Prof. of Ecological genetics, Wageningen Univ. ,RUG, en NIOO-KNAW
Rene Wijffels, Prof. in Bioprocess Engineering, Wageningen Univ.
Mary Booth, Ph.D., Director, Partnership for Policy Integrity
Bill Moomaw, Co-director Global Development and Environment Institute, Tufts Univ. Boston
Mike Norton, Prof. Tokyo Institute of Technology, Shinshu Univ. and EASAC Environment Programme Director
Tim Searchinger, Research Scholar, Center for Policy Research on Energy and the Environment, Princeton Univ.
Tarmo Soomere, President, Estonian Academy of Sciences, Tallinn, Estland
Lees ook:
Bio-energie is beter voor het klimaat dan aardgas
Aardgas als energiebron blijven gebruiken brengt meer schade toe aan het klimaat dan reststromen biomassa, stellen Martin Junginger en Gert-Jan Nabuurs.
Stop onmiddellijk met houtstook
Stop onmiddellijk met houtstook. De voorstanders zien over het hoofd dat het dertig tot vijftig jaar duurt voordat bos hergroeid is, schrijft Matthé van Hout, gepensioneerd medewerker bosbouw bij landbouw, natuur en visserij.