Dit is hét moment om het basisinkomen door te voeren, vindt Eric Binsbergen.
Worden de politiek en de ambtenarij eindelijk wakker? En gaan ze ook eindelijk over tot daden? Lichte hoop daartoe biedt het interview met de vers benoemde Bart Snels tot Inspecteur-Generaal van belastingen, toeslagen en douane (Verdieping, 24 april). Daarin doet hij verslag van zijn inspectietocht door heel Nederland om de gang van zaken rond ons toeslagenstelsel boven tafel te krijgen. Zijn oordeel: dat stelsel moet zo snel mogelijk de prullenbak in. Snels geeft alleen niet aan hoe het dan wel moet.
De meest eenvoudige, charmante en solidaire oplossing is die van het basisinkomen. Jammer genoeg opperen interviewers op televisie en radioprogramma’s dit zelden als het gaat over pijnpunten als de toeslagenaffaire, oververhitte arbeidsmarkt en de kloof tussen rijk en arm.
Nogal stil bij politieke partijen
Kranten en weekbladen doen dat vaker en geven argumenten pro en contra, maar onder politieke partijen is de belangstelling niet groot. Vooral binnen D66 bestaat sympathie voor het basisinkomen (partijleden noemen het daar de negatieve inkomstenbelasting). Ook de Partij voor de Dieren en Volt hebben het er over. Bij de andere politieke partijen is het nogal stil over dit onderwerp, zeker in de hogere regionen ervan.
Voor het basisinkomen gelden wat mij betreft vier criteria: onvoorwaardelijk, individueel, leefbaar (een bedrag gekoppeld aan het minimuminkomen) en belastingvrij. Wat dat laatste betreft: belasting wordt dan pas geheven over inkomsten boven het basisinkomen. Je zou kunnen denken aan tarieven vanaf 50 procent over het inkomen bóven het basisinkomen, een tarief dat nog kan oplopen naarmate het ‘boven basisinkomen’ vele malen hoger is.
Een inkomen als recht
Maar bij de discussie over het basisinkomen gaat het allereerst om het principe. Dat basisinkomen is een recht, een basisvoorziening, net zoals de kinderbijslag en de AOW.
Het is daarnaast een prima te begrijpen en uit te leggen systeem en bovendien in de uitvoering duidelijk en eenvoudig. Elke Nederlander met een BSN (burger servicenummer) krijgt het, door een nader te bepalen instantie uitgekeerd, op het eigen rekeningnummer.
Via de jaarlijkse aanslag voor de inkomstenbelasting vindt vervolgens verrekening plaats. Bureaucratie, de wirwar van huidige regels en toeslagen zijn niet meer nodig. Ambtenaren die daar nu hun tijd mee verdoen, kunnen voor de klas gaan staan, instromen in de zorg of meewerken aan de energietransitie. Huismannen en -vrouwen, scholieren en studenten krijgen eindelijk voor hun werk en studie betaald, net als de vele vrijwilligers en mantelzorgers van Nederland.
Gemeenschapszin
Het basisinkomen is een solidaire maatregel die de gemeenschapszin onder burgers in een land versterkt. Ieder individu vanaf 18 jaar krijgt het, de rijken en de armen. De rijkeren betalen via de inkomsten- en hogere belasting op vermogen, het grootste deel van hun basisinkomen alleen weer aan de staat terug.
In kort bestek kan het basisinkomen zo, denk ik, worden uitgelegd. De uitleg strookt met mijn ervaring als langjarig lid van de Vereniging Basisinkomen en het Team Basisinkomen Amsterdam. Die is gebaseerd op veel praten, lezen, schrijven, flyeren, bezoeken van congressen in de Randstad en de provincie. De afgelopen jaren heb ik ervaren dat er onder het grote publiek alom grote sympathie is voor het idee van een basisinkomen.
Na de toeslagenaffaire is het tijd voor een nieuw belastingstelsel, vond staatssecretaris Alexandra van Huffelen al drie jaar geleden. Het hele belastingstelsel moest op de schop en alles was bespreekbaar (Trouw, 15 december 2020). We zijn nu ruim tweeënhalf jaar verder. Inspecteur-Generaal Bart Snels roept hetzelfde. Bij de komende beraadslagingen wordt het onvoorwaardelijk basisinkomen hopelijk uitdrukkelijk en volwaardig overwogen.
Eric Binsbergen is lid van de Vereniging Basisinkomen en het Team Basisinkomen Amsterdam
Lees ook:
Basisinkomen? Nee, basisvoorzieningen!
Kwetsbare mensen zijn beter af met goede basisvoorzieningen en als belastingbetalers kunnen we nog goedkoper uit zijn ook. Het gaat uiteindelijk om menselijke waardigheid – en die is niet te koop, aldus columnist en econoom Irene van Staveren.
Lees ook: Ik ben eruit: wél een basisinkomen
Geef mensen een basisinkomen waarmee ze wat vrijheid hebben om dingen te doen die zij zelf betekenisvol vinden, aldus columnist en digitaal strateeg Ilyaz Nasrullah in antwoord op Irene van Staveren