OpinieTransgenderzorg
Sociologische duizendknoop overwoekert een normaal debat over transzorg
Een medisch traject is niet voor iedereen nodig die op transgenderzorg wacht, concluderen onderzoekers. Laat ik nou juist zelf daar veel baat bij hebben gehad, reageert publiciste Bertine van Brakel.
Als ervaringsdeskundige, ik ben een transseksuele vrouw (64), keek ik reikhalzend uit naar het rapport over mogelijke oorzaken van de sterke toename in het aantal transgender mensen in Nederland. Niet zozeer voor mijn eigen gemoedsrust, maar eerder om de ontspoorde gemoederen over het fenomeen transgender, en de vermeende oorzaken over de groei tot bedaren te brengen. Zodat er weer een normaal maatschappelijk debat mogelijk is.
Het rapport van onderzoekers Enny Das en Chris Verhaak, verbonden aan de Radboud Universiteit is recent verschenen onder de vragende titel Mijn Gender, Wiens Zorg. Het bevestigt wat we al weten, namelijk dat we veel nog niet weten. En wat we weten is te weinig om de stevige conclusies te trekken die de wachtlijsten bij de genderpoli doen smelten als sneeuw voor de zon.
Dat we veel niet weten is voor mij een geruststelling. Ik heb nooit een afdoende verklaring kunnen vinden waarom ik ben zoals ik ben. Maar ik mis in het rapport wel een gebalanceerde analyse die je zou verwachten bij de beloofde multidisciplinaire aanpak van het onderzoek.
Het theoretisch deel van het rapport, doorspekt met gender- en sociospeak, lijkt op een woekerende Japanse duizendknoop. Als genderdysfoor persoon raakte ik compleet het spoor bijster. Dat kan liggen aan mijn niet-academische achtergrond, maar bij het lezen van al die tijdgebonden deeltheorietjes, waar en passant ook het neoliberalisme voorbij komt, haakte ik af. Mijn genderdysforie bestond al voor de opkomst van het neoliberalisme, en zal nog bestaan lang nadat Mark Rutte heeft ontdekt dat zijn houdbaarheidsdatum is verstreken.
Genderdysforie pur sang
Verontrustend weinig aandacht wordt besteed aan genderdysforie pur sang, en het belang van een daarop ingericht pad van medische en psychologische zorg. Sterker nog, dát zorgpad wordt op een bijna vijandige manier als veroorzaker van de mismatch in de transgenderzorg geframed. Die bewering wordt vervolgens onderbouwd door te stellen dat als je de zorg enkel (psycho)medisch benadert, het een medisch probleem wordt, met pathologisering, medicalisering en gatekeeping als problematisch, ja zelfs traumatisch gevolg.
Ik heb die aanpak heel anders ervaren – als oplossing. De pathologisering bood me erkenning van mijn genderdysforie, de medicalisering hielp me mezelf dichter tot mijn lichaam te verhouden, de psychologische diagnostiek (‘gatekeeping’) leerde me te houden van de persoon die ik in de spiegel zag. Dat dit medische zorgpad door verruiming van het begrip transgender knellend kan worden ervaren, doet niks af aan de blijvende waarde. Zelf kan ik niks met het sociologische begrip ‘minderheidsstress’ waaronder transgender mensen zouden lijden. Alsof een dergelijk lijden ons exclusieve domein is. Elke minderheid kent een vorm van akelige stress.
Die proberen te elimineren door inzet op maatschappelijke acceptatie van transgender mensen is een kwestie van een heel lange adem. Een meer genderdiverse regie over de zorg zoals het rapport bepleit, hoeft voor mij ook niet. Dat leidt tot sektegedrag. De aanpak vanuit het sociologisch perspectief gaat op korte termijn het probleem van de wachtlijsten niet verhelpen.
Niet enigen in de rij voor zorg
Insteken op meer budget en meer personeel voor de transgenderzorg is ook geen reële optie. Het geld is er niet en de mensen zijn er helemaal niet. Herverdeling ten faveure van de transgenderzorg dan maar? Dat zou asociaal zijn.
Als lid van de cliëntenraad van de grootste ggz-instelling in de Randstad maak ik mee hoe de ggz moet schipperen om elke wachtlijst binnen de grenzen van het redelijke te houden. Ook voor niet-transgender mensen is de kwestie ‘wiens zorg’ urgent. Laat transgender mensen dat vooral niet vergeten. Ze zijn niet de enigen die het moeilijk hebben.
Lees ook:
Onderzoekers Radboud Universiteit: Medisch traject is niet voor iedereen nodig die op transgenderzorg wacht
Mensen die op de wachtlijst staan voor transgenderzorg kunnen in sommige gevallen beter terecht bij de reguliere ggz of de huisarts, stellen onderzoekers van de Radboud Universiteit. Mensen die vragen hebben over gender of discriminatie, hebben daar meer baat bij dan bij een medisch traject.
Wat ging er mis bij de Engelse genderkliniek voor jongeren?
Bij de enige Engelse genderkliniek voor jongeren ging veel fout de afgelopen tien jaar. Zoveel dat de kliniek dit jaar sluit. Journalist Hannah Barnes schreef er een boek over: Time to think. ‘Het is een verhaal over hoe goedwillende professionals de fout in kunnen gaan als er onvoldoende toezicht is.’