Opinie
Shell hoort niet aan de klimaattafel
Het is zinloos om met de fossiele industrie te onderhandelen over klimaat, vindt Lammert van Raan, Tweede Kamerlid voor de Partij voor de Dieren.
Met de fossiele tegenkrachten valt, net als bij de Klimaatwet, uiteraard geen goed akkoord te sluiten. Het Nederlandse klimaatbeleid zit klem in de wurggreep van Shell en fossiele politici, nu ook gefaciliteerd door het politieke midden.
Polderen met meestribbelaars heeft, zoals verwacht, geen resultaat opgeleverd. De keuze voor het poldermodel was van begin af aan de verkeerde. Vervuilende sectoren komen tijdens het klimaattafelen keer op keer weg met valse argumenten als ‘eerlijk speelveld’ en ‘business as usual’. Met zoveel onwil aan tafel zit er uiteraard een groot verschil tussen wat mogelijk is in de polder en wat nodig is voor het klimaat. Niet de milieuorganisaties, maar Shell, LTO en VNO-NCW moeten van tafel. Ze horen wel wat toekomstige generaties van hen vragen.
De overeenkomsten tussen Klimaatakkoord en Klimaatwet dringen zich op. In beide gevallen werden door de fossiele onderhandelaars alle tanden uit het eindresultaat getrokken die nodig zijn om het klimaatprobleem aan te pakken. Zowel ambitieuze doelstellingen als effectieve instrumenten gingen in rook op. Waar Shell, LTO en VNO-NCW het cynische sloopwerk deden bij het Klimaatakkoord, daar wisten CDA en VVD de Klimaatwet uit te kleden tot een zwakke intentieverklaring.
De 15-jarige klimaatstaker Greta Thunberg zei tijdens haar speech op de Klimaattop: “Totdat u gaat focussen op wat er moet gebeuren, in plaats van op wat er politiek mogelijk is, is er geen hoop.” Zowel de Klimaatwet als het Klimaatakkoord zijn echter niet verder gekomen dan wat politiek mogelijk werd geacht. Niet wat nodig is om de opwarming van de aarde te beperken tot maximaal anderhalve graad.
De Partij voor de Dieren deed daarom zeventien reparatievoorstellen om van de tandeloze Klimaatwet alsnog die krachtige wet te maken die urgent nodig is. In lijn met het IPCC, in lijn met het Urgenda-vonnis. De reparatievoorstellen werden allemaal weggestemd. Niet alleen door de regeringspartijen, maar ook door PvdA, SP en zelfs GroenLinks. Pijnlijk. Het zichzelf feliciterende politieke midden bewaart klaarblijkelijk liever de onderlinge goede vrede dan dat men kiest voor de maatregelen die nodig zijn.
Opgestoken middelvinger
De VVD was slim genoeg om de verdediging van de Klimaatwet over te laten aan Jesse Klaver en Rob Jetten. Zo deed zich de vervreemdende situatie voor dat we de GroenLinks-leider opeens met holle VVD-argumenten de afgezwakte ambities en het uitstelgedrag hoorden goedpraten. VVD-Kamerlid Veldman bevestigde vervolgens (onbewust) de status van de Klimaatwet als gemiste kans: “Blij te horen dat de indieners ook aangeven dat deze wet geen extra handvat biedt voor inwoners van dit land om bijvoorbeeld bij de rechter iets af te dwingen.” Een opgestoken middelvinger naar Urgenda.
Bij het Klimaatakkoord van hetzelfde laken een pak. De milieuorganisaties sloegen terecht met hun vuist op de klimaattafels. De heilige huisjes van VVD en CDA, Shell en LTO zijn onbewoonbaar geworden, maar sterk vervuilende sectoren zoals de luchtvaart, landbouw en industrie wordt nog steeds de hand boven het hoofd gehouden.
Terwijl we afkoersen op een wereld waarin een temperatuurstijging van drie graden onafwendbaar lijkt, laat het politieke midden het klimaatbeleid nog steeds dicteren door VVD en CDA. Men is klaarblijkelijk nog steeds in de veronderstelling dat het klimaat een ‘normaal’ onderhandelingsonderwerp zou zijn. Een probleem: het klimaat onderhandelt niet.
De Partij voor de Dieren zal blijven vechten voor de maatregelen die hard nodig zijn, samen met ieder die de temperatuurstijging van de aarde tot maximaal anderhalve graad wil beperken.
Lees ook:
Commentaar: Het Klimaatakkoord moet de pijn beter verdelen.
De lasten moeten zo eerlijk mogelijk worden verdeeld om het klimaat te redden, maar dat er moet worden betaald, staat vast.