De suggestie van sommige Europese landen om de buitengrenzen voor vluchtelingen te sluiten en in te zetten op opvang in de regio getuigt niet van realiteitszin, schrijft Tessa Ubels, die onderzoek doet naar vluchtelingendorpen in Oeganda.
De EU-landen zijn tijdens de migratietop op 9 en 10 februari overeengekomen dat er geïnvesteerd moet worden in het ‘bewaken van de buitengrenzen’. Hierdoor rijst opnieuw de vraag waar mensen die op de vlucht slaan voor geweld of moeten migreren wegens armoede een veilig thuis kunnen vinden. Wopke Hoekstra, minister van buitenlandse zaken, verkondigde vorige week in het tv-programma Buitenhof het ingeburgerde idee dat ‘veel meer opvang in de regio’ de oplossing voor dit vraagstuk zou bieden. Maar hoe ziet deze oplossing er in de praktijk uit?
Begin dit jaar was ik in Nakivale settlements, Oeganda, voor mijn promotieonderzoek over psychosociale ondersteuning aan vluchtelingen. Deze settlements bestaan sinds 1958 en zijn daarmee de oudste vluchtelingendorpen in Afrika. Sinds de eerste vluchtelingen uit Rwanda er arriveerden, is het uitgegroeid tot een gebied waar er meer dan 130.000 wonen. Landelijk vangt Oeganda 1,5 miljoen vluchtelingen op, met name uit de Democratische Republiek Congo en Zuid-Soedan.
In 2022 nam dit aantal opnieuw toe met meer dan 100.000 zogenaamde new arrivals. Toen ik vroeg aan mensen daar of ze genoeg hulp ontvangen, was het antwoord dat de situatie de afgelopen jaren steeds penibeler is geworden.
Huishoudens ontvingen eerst bonen, maïs, olie en andere levensmiddelen. Hoewel de hoeveelheid daarvan al ver onder de norm was van wat een mens nodig heeft, was het meer dan de huidige hulp die geboden kan worden: omgerekend 3,30 euro per persoon per maand. Door nieuwe crises in de wereld, zoals de oorlog in Oekraïne, wordt hulpgeld namelijk verplaatst, wat leidt tot een gebrek aan financiering voor het verhelpen van ‘oude’ humanitaire noden.
Hulp kan pas worden afgeschaald als zelfredzaamheid bereikt is
Het ideaalbeeld van vluchtelingenorganisatie UNHCR is dat vluchtelingen sociaal en economisch zelfredzaam worden. Dit zou uiteindelijk de afhankelijkheid van hulp moeten verminderen. Alhoewel organisaties in Nakivale settlements deze lijn proberen te volgen, blijkt de praktijk weerbarstig.
De Oegandese overheid stelt aan iedere familie die gevlucht is een stukje land beschikbaar, om een huis op te bouwen en gewassen te verbouwen. Maar deze stukjes land krimpen door de groei van het aantal vluchtelingen al jaren in omvang, en zijn nu niet meer voldoende om van te leven.
Vervolgonderwijs, dat kan bijdragen aan het verbeteren van economische posities, is moeilijk bereikbaar. Sowieso wordt het lastig om te leren wanneer je met een lege maag in de klas zit. De conclusie is dat hulp pas kan worden afgeschaald wanneer zelfredzaamheid ook echt bereikt is.
De realiteit is dat opvang in de regio allang bestond voordat het een beleidsdoel werd van Nederland en andere Europese overheden, en dat we ons af moeten vragen hoeveel meer we van deze opvanglanden mogen verwachten (driekwart van de vluchtelingen verblijft in een buurland). Stel je voor dat de situatie omgedraaid is: Oeganda bouwt een muur om de buitengrenzen te beschermen. Wat gebeurt er dan met de mensen die veiligheid zoeken?
Eerlijke blik
Opvang in de regio zou het humane antwoord zijn op de inhumane beslissing om de buitengrenzen te versterken. In dat geval moet er met een eerlijke blik naar deze opvang gekeken worden, die momenteel uit zijn voegen barst.
Meer investeren, waarvoor Hoekstra pleit, is enkel een deel van de oplossing. EU-leiders moeten financiering voor langdurige tijd toezeggen en wetenschappelijk onderbouwen, om situaties zoals in Oeganda te voorkomen.
Helaas moet ik mij aansluiten bij de woorden van de hoogleraren Leo Lucassen en Hein de Haas (Trouw, 28 oktober 2017): opvang in de regio is nog steeds een ‘holle leus’. De leefomstandigheden van mensen die worden opgevangen in de regio moeten sterk verbeteren om dit als duurzaam en moreel juist beleidsstokpaardje te kunnen presenteren.
Tessa Ubels is promovenda culturele antropologie aan de Radboud Universiteit Nijmegen
Lees ook:
De ‘opvang in eigen regio’-mantra is voorlopig niet meer dan een holle leus
Sommige plannen voor de opvang van vluchtelingen zijn echt utopisch, stellen Leo Lucassen, directeur onderzoek IISG, en hoogleraar sociale geschiedenis Universiteit Leiden Hein de Haas.
EU-landen lijken het zowaar eens over de buitengrenzen: die moeten dicht
De regeringsleiders van Europa spreken donderdag opnieuw over migratie. Na jaren van onenigheid lijken ze het op dit punt nu eens met elkaar eens te zijn.