OpinieWoningnood
Opinie: Wonen op de boerderij is beter dan boerderijen slopen
Samen wonen op een boerenerf: dat biedt uitkomst voor woningzoekenden én boeren. Maar regeltjes houden het tegen, zien Sabina Gietema en Frank Wassenberg
Kamperen bij de boer, dat kennen we. Waarom zou dit niet permanent kunnen? En dan niet in een tent of caravan, maar in echte huizen. In een tot woonruimte omgebouwde oude schuur of modern prefab huisje dat kant-en-klaar uit de fabriek komt.
Boerderijwonen, zoals we het noemen, heeft tal van voordelen. Ten eerste levert het extra woningen op en vermindert zo het enorme woningtekort. Minister Hugo de Jonges hooggespannen ambitie is om jaarlijks 100.000 woningen te bouwen: alle beetjes helpen.
Boerderijwonen is een aparte vorm van wonen; je woont in het buitengebied met een handvol huishoudens bij elkaar, waarmee je het erf deelt en naar wie je omkijkt. Naar schatting zo’n 5 à 10 procent van de mensen wil graag in enige vorm van collectiviteit wonen. De behoefte om collectief te wonen is veel groter dan het huidige aanbod, zo blijkt uit diverse onderzoeken.
Ten tweede, en dat behoeft eigenlijk geen toelichting, hebben we het stikstofprobleem. De veestapel moet kleiner. Boerderijen zullen vrijkomen; erven en stallen verliezen hun functie, en wat doe je daar dan mee?
Perspectief
Ten derde biedt boerderijwonen perspectief voor de eigenaren van de boerderijen. Uit onderzoek blijkt dat de helft van de boeren van 55 jaar en ouder geen opvolger heeft. Die stoppen sowieso. De helft van hen verhuist ook metterdaad uit de oude boerderij, die dus vrijkomt. Daar kan een groep huishoudens in. De andere helft blijft er wonen. Voor hen kan toevoeging van woonruimte voor nieuwe huishoudens meerwaarde bieden: tegengaan van vereenzaming, omkijken naar de seniore boer en nieuw leven op het erf.
Boerderijwonen biedt ook perspectief voor jonge startende boeren. De ‘kinderen van’, zeg maar. De oude schuur verbouwen of enkele prefab huisjes bijbouwen biedt extra woonruimte en extra inkomsten. De nieuwe bewoners kennen ze vaak al: dikwijls dorpsgenoten, hun oude klasgenoten of spelers uit hun voetbalelftal. Uit een brede discussie in Friesland kwam boerderijwonen als meest kansrijke perspectief naar voren, voor jonge woningzoekenden en (jonge) boeren.
De regels zijn nu te beperkend
Natuurlijk zijn er allerlei belemmeringen te bedenken. Gangbaar is de gedachte dat we moeten bouwen binnen de bestaande steden en dorpen, en daar liggen geen boerderijen. Maar wees nou eens soepeler met de zogenaamde rode contouren die gemeenten en provincies soms rücksichtslos hanteren en elke toevoeging in het buitengebied verbieden. De huidige ‘rood voor rood-regeling’ mondt in de praktijk (te) vaak uit in sloop van de boerderij en nieuwbouw van één groot en dikwijls niet fraai nieuw huis. Dat kan beter.
De woningnood vraagt om een soepeler toepassing van beperkende voorschriften en regels, zoals lokale parkeernormen (zijn die nodig op een boerderij?) en verkeersbewegingen (in een willekeurige stads- of dorpsstraat is het tien keer zo druk).
Denk van tevoren na over boerderijwonen. De gemeente Ede is een mooi voorbeeld, waar een team van vier ambtenaren vooraf bedenkt hoe je boerderijwonen mogelijk maakt. Dan gaat het over de landschappelijke inpassing (lijkt het straks op omliggende boerderijen?), over het clusteren van voorzieningen (tuin, parkeren, schuur), over voordeuren aan het gezamenlijke erf en over het mengen van oude en nieuwe bebouwing. Dat geeft duidelijkheid aan initiatiefnemers. En het versnelt de beoordeling van nieuwe aanvragen.
Boerderijwonen is niet dé oplossing voor alle woonbehoeftes, stikstof en boerenleed, maar opent wel deuren waarachter perspectief lonkt. Het is aan overheden, marktpartijen en initiatiefnemers om boerderijwonen makkelijker en op meer plekken mogelijk te maken.
Sabina Gietema
Ontwikkelingseconoom
Frank Wassenberg
Woningmarktdeskundige bij Platform31
Lees ook:
Wie een goede buur wil zijn is welkom in de woonvereniging, waar bewoners er voor elkaar zijn
Sociale woongemeenschappen zijn in opkomst. Nederland kent tientallen projecten waar huurders samenwonen met mensen die ondersteuning nodig hebben. ‘Mensen hier houden er rekening mee dat ik dingen niet altijd expres doe.’