null Beeld

ColumnHans Goslinga

Ons bestel vraagt om een menselijk gezicht

Hans Goslinga

Willem Banning, een van de oprichters van de PvdA, meende dat geen enkele cultuur zonder een leidende geestelijke elite kan. ‘En zeker niet de democratie’, voegde hij eraan toe. ‘Zij heeft denkers nodig die de problemen van de tijd onder het licht van de eeuwigheid stellen en daarvoor de stilte en de concentratie zoeken.’

Het lijdt geen twijfel dat Banning zich in de democratie van onze dagen volledig vervreemd zou voelen. Hij zou zich afvragen wat er was geworden van ‘de geestelijke krachten van ons volk’, die hij in de jaren dertig waarnam: ‘De strenge moraal, de soberheid in het religieuze, de diepe ernst, de milde verdraagzaamheid’.

Armzalig in politieke keuzen

Het oud-Kamerlid Chris van Dam (CDA) schetste deze week in zijn Binnenhoflezing de staat van onze democratische cultuur: ‘We lopen achter mannetjes en vrouwtjes aan, meer dan achter ideeën en overtuigingen. En als partijen al ideeën hebben, dan hebben ze geen leider die dat overtuigend weet in te brengen.’

Dat laatste sloeg zonder twijfel op zijn eigen partij, die nog altijd relatief rijk is aan ideeën, maar armzalig in haar politieke keuzen. De verklaring ligt misschien in de waarneming van de historicus Huizinga: ‘Christendom en heerschappij verdragen elkaar nu eenmaal niet’. Huizinga meende dat een christelijke partij enkel op haar plaats is in de verdrukking, zoals in de 19de eeuw toen protestanten en katholieken nog van een rechtmatige plaats in het volks- en staatsleven waren verstoken.

De vraag is of deze wetmatigheid niet voor elke politieke stroming opgaat. De liberalen schreven hun geboortepapieren in de strijd tegen de macht van de absolute vorst. De sociaaldemocraten kwamen op voor een volwaardige plaats van de arbeiders in een kapitalistische maatschappij. Wat alle drie de stromingen gemeen hebben is dat nadat het doel van hun strijd was bereikt, het middel, de partij, voorop kwam te staan en daarmee een politiek van machtsbehoud en handhaving van de status quo.

De geschiedenis van de afgelopen decennia heeft laten zien dat deze lege politiek op haar grenzen is gelopen. Zij werkt een pragmatisme in de hand waarvan geen elan, laat staan wervende kracht uitgaat. Het CDA en de PvdA zijn eraan kapotgegaan, de VVD vreest het ergste als Rutte van het toneel verdwijnt.

Van Dam vertelde in zijn Binnenhoflezing dat een Curaçaose politicus zich ooit tegenover hem beklaagde over de politieke cultuur op het eiland: ‘Jullie hebben partijen met wortels, historie en waarden. Wij hebben alleen mannetjes, waar we dan achteraan lopen tot we een nieuw mannetje zien.’ Van Dam: ‘Inmiddels zijn we meer op Curaçao gaan lijken dan we willen’.

De recente geschiedenis van het CDA biedt het beste bewijs. Met het oog op de Kamerverkiezingen van 2021 leverde de denktank van de partij doordachte ideeën aan voor het nieuwe program, die voluit in de afdelingen werden besproken. Maar op uur U koos het partijbestuur voor ‘een mannetje’ dat aan dat denkwerk geen boodschap had en met de loze kreet ‘Nu doorpakken’ de verkiezingen in ging. De tragiek in een notendop.

Mannetjes boven de zaak

Nog meer tragiek: de politici Van Dam en Omtzigt, die een belangrijke rol speelden in het blootleggen van de toeslagenaffaire, maken geen deel meer uit van de CDA-fractie, de falende lijsttrekker Hoekstra is ondanks zijn politieke medeverantwoordelijkheid voor het bestuurlijke schandaal, weer minister. Van Dam wond er in zijn lezing nauwelijks doekjes om: ‘Het blijven zitten van de politieke hoofdrolspelers bevindt zich staatsrechtelijk aan de onderkant van de meetlat’.

Daarbij is dat in zijn ogen ronduit schadelijk voor het gevoel van gelijkwaardigheid van de burgers die door het toeslagenbeleid zijn geraakt. De overheid staat niet boven hen, maar is net zo goed als zij aan het recht onderworpen en moet dus ook samen met hen op gelijke voet aan herstel werken. Van Dam laakte het vanwege dat inzicht dat de politiek verantwoordelijke ministers gewoon zijn doorgegaan. ‘Het politiek functioneren raakt kennelijk hun buitenkant, niet hun binnenkant.’

Die nogal cynische conclusie laat scherp zien wat de onvermijdelijke gevolgen zijn als in de politiek de mannetjes belangrijker worden dan de zaak. Als dat hier al niet duidelijk was, maakte Boris Johnson het aan de overkant van de Noordzee wel zichtbaar: veel bluf en weinig reflectie, een blinde vlek voor de eigen tekortkomingen, geen woord van excuus.

Het alternatief van een personendemocratie voor de verdwijnende partijendemocratie is na de ervaringen met narcistische politici als Johnson en Trump dus niet aanlokkelijk. Maar hoe overleeft de democratie als model van beschaving dan wel? Chris van Dam zoekt het in een bestel dat in alle geledingen een menselijk gezicht laat zien. In alle eenvoud niet zo’n gekke gedachte.

Hans Goslinga schrijft elk weekend een beschouwing over de staat van onze politiek en onze democratie. Lees ze hier terug.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden