ColumnRob de Wijk
Nederland zou niet zwichten voor powerplay van de VS. Veel succes, dacht ik
We geven niet toe aan Amerikaanse powerplay bezwoer onze minister van economische zaken Micky Adriaansens eind vorig jaar. Haar collega voor internationale handel, Liesje Schreinemacher, stelde dat Nederland in de kwestie van de chipmachinefabrikant ASML een ‘eigen lijn’ zou volgen. Veel succes, dacht ik.
Want begin oktober had president Biden van de Verenigde Staten besloten om China hard te raken. Het land moest de toegang tot geavanceerde halfgeleiders worden ontzegd die vooral met Nederlandse machines van ASML en door het Taiwanese TSMC worden geproduceerd. Het formele argument was dat de nationale veiligheid gevaar liep. Want met die chips kunnen supercomputers geavanceerde wapens ontwikkelen. In werkelijkheid gaat het om een technologierace die moet voorkomen dat China het machtigste land ter wereld wordt.
Omdat China een totaal andere kijk op de wereld dan het Westen heeft, is er veel voor te zeggen om als Nederland samen met de Europese Unie en de VS die strijd aan te gaan. Voor het autocratische China is economie politiek, en geen vrijhandel zoals voor ons. Zie het Belt and Road Initiative, de nieuwe Zijderoutes. Dat lijkt te draaien om handel, maar gaat vooral om het vergroten van de wereldwijde Chinese invloed. De exportrestricties voor ASML zijn onderdeel van pogingen die invloed terug te dringen en de liberale wereldorde met zijn nadruk op democratie, mensenrechten en Amerikaans leiderschap zoveel mogelijk overeind te houden.
Niks geen eigen lijn
De kwestie ASML laat ook zien dat dit bedrijf een maatje te groot is voor politiek Den Haag. President Biden hoeft bij wijze van spreken maar te dreigen met beperking van de landingsrechten van de KLM in de VS, en Nederland gaat overstag. Niks eigen lijn of verzet tegen powerplay dus.
Wil je verzet organiseren dan moet dat via de EU. Alleen dan kan Nederland een vuist maken tegen landen die ons willen benadelen. Amerika heeft, net als China, aan de Europese Commissie een zwaardere kluif dan aan het kabinet Rutte. Dit pleit overigens voor het afgeven van exportvergunningen voor dit soort bedrijven door Brussel.
Brussel kan bovendien mondiale allianties van gelijkgestemde landen smeden, waardoor wij onze handelsbelangen of toegang tot grondstoffen en energie beter kunnen beschermen. Handelsakkoorden zijn daarvoor het geëigende middel. Daarmee trek je die landen naar je toe en creëer je wederzijdse afhankelijkheden. Handelsverdragen worden zo steeds meer instrumenten van machtspolitiek.
Duurzaamheidsdoelen te zwak
Helaas is dit alles niet doorgedrongen tot een groot deel van de Tweede Kamer en een klein deel van het kabinet. De ChristenUnie ging mee met een motie van de Partij voor de Dieren om de regering te dwingen het Mercosur-verdrag met Zuid-Amerikaanse landen tegen te houden. Volgens CU-fractieleider Mirjam Bikker zijn de duurzaamheidsdoelen in dit verdrag te zwak en worden onze boeren de dupe. In Trouw zegt ze te vrezen dat de sluizen voor goedkoop vlees worden opengezet, waardoor Nederlandse boeren die toch al lijden onder de stikstofmaatregelen het slachtoffer worden.
Hier wordt een internationaal verdrag gekoppeld aan een door Nederland zelf gecreëerd stikstofprobleem en wordt de EU ontzegd een vuist te maken. Dit, en de kwestie ASML maken weer eens duidelijk dat de nieuwe wereldorde voor Den Haag een nog onbekend fenomeen is.
Rob de Wijk is hoogleraar internationale relaties en veiligheid aan de Universiteit Leiden en oprichter van het Den Haag Centrum voor Strategische Studies (HCSS). Hij schrijft wekelijks over internationale verhoudingen. Lees zijn columns hier terug.